Hans van Bree stond ooit bekend als zorgwekkende zorgmijder. Hij was het destijds spuugzat dat er steeds voor hem werd besloten. ‘Geen mens vroeg mij ooit wat ík wilde, alsof ik een hond was.’ Op z’n 27ste, na een leven in de jeugdzorg, op straat en in de gevangenis, stond Van Bree voor het eerst open voor hulp. Het was bij een ontmoeting met professional Els Keet.
Zij mocht hem helpen op voorwaarde dat niet alleen hij voor haar zou buigen, maar zij ook voor hem. En Koot boog voor hem. Van Bree merkte dat Keet in hem was geïnteresseerd. Ze hoorde en zag hem en vroeg hem ook om hulp: of hij wilde meedoen in de belangenorganisatie voor dak- en thuislozen en onderzoek wilde doen naar de hiaten in de opvang. ‘Dat we in elkaar investeerden was voor mij een eyeopener’, zegt Van Bree. Uiteindelijk stelde hij Keet voor samen een stichting op te richten voor dak- en thuislozen waarin hun verlangens en behoeften centraal zouden staan.
Thuishaven voor mensen die sociaal kwetsbaar zijn
Inmiddels is Stichting Ervaring die Staat uitgegroeid tot een thuishaven voor mensen die sociaal kwetsbaar zijn. Er werken 22 medewerkers, een mix van ervaringswerkers, professionals en ervaringsdeskundigen, aangevuld met vrijwilligers. Samen zetten ze projecten op die aansluiten op wat dak- en thuislozen belangrijk vinden. Zo kwamen er zelfbeheerwoningen waarin zij met elkaar leren woonvaardig te worden voordat ze doorstromen naar een eigen woning. Er is een Flexibel Integraal Team (FIT) opgezet dat intensief optrekt met zorgmijdende groepen met multiproblematiek, gedragsproblemen en/of middelengebruik. En een Outreachend Straatteam, waarin ervaringswerker en professional Maikel Snels teamleider is, zoekt contact met mensen met agressief, verward en opdringerig gedrag.
Wie zijn de dak- en thuislozen bij Ervaring die Staat?
Keet: ‘Mensen die overal tussen wal en schip belanden zoals arbeidsmigranten, mensen met verward gedrag uit de GGzE en jongvolwassenen die onrecht is aangedaan en zelf niet verantwoordelijk zijn voor hun dakloosheid.’ Snels: ‘Ook mensen die uitstromen uit beschermd wonen. Door de lange wachtlijsten binnen de psychiatrie worden hun problemen steeds complexer en forser. Het zijn vaak zorgmijders, of liever zorgvuldige zorgzoekers, omdat ze nog maar weinig vertrouwen hebben in de reguliere zorg.’
Waarom hebben ze daar geen vertrouwen meer in?
Van Bree: ‘Instanties luisteren vaak alleen naar werkers en niet naar mensen zoals ik. Na 18 jaar dakloosheid wilde ik er echt iets van maken. Werkers dachten dat een woning de oplossing zou zijn, regelden een huis voor me en zeiden dat ik er een thuis van moest maken. Maar ik wist niet eens hoe ik een huis moest verven en inrichten. Ik had bovendien nog nooit betaald met een acceptgiro en snapte weinig van administratie. Mijn brievenbus zat op een gegeven moment vol met onbetaalde rekeningen. Alles ging fout terwijl het leven op straat mij wel goed afging. Hulpverleners namen geen tijd voor me en hun hulp sloot niet aan bij wat ik nodig had.’
Snels: ‘Mensen zijn vaak van de ene hulpverlener naar de andere gestuurd. Organisaties werken vaak volgens systemen maar dak- en thuislozen laten zich daardoor niet leiden. Ze zijn bezig met overleven waardoor ze afspraken bij instanties niet onthouden en dus niet goed geholpen worden.’
Congres onbegrepen en zorgmijdend gedrag
Het is voor sociaal werkers lastig om in contact te komen wanneer er sprake is van zorgmijden. Een steeds vaker voorkomend probleem wat zich in alle vormen van zorg in de eigen thuissituatie voordoet. Zorgmijders lijden vaak een teruggetrokken bestaan, dit geeft hen op een bepaalde manier gevoel van veiligheid wat lastig te doorbreken is door hulpverleners. Op het Zorg+Welzijn Congres onbegrepen en zorgmijdend gedrag op 22 mei krijg je antwoord op vragen als:
- Hoe benader je mensen met onbegrepen gedrag?
- Hoe motiveer je dak- en thuislozen?
- Waar moet je op letten bij mensen met een lvb in combinatie met dementie?
- Hoe bied je de juiste hulpverlening aan de cliënt?
- Hoe verbeter je de samenwerking met derden zoals de politie?
- Hoe blijf je in contact met je cliënt bij verergering van onbegrepen gedrag?
- Hoe ga je om met tegenstrijdige belangen van de cliënt en de gemeente?
- Hoe doorbreek je weerstand bij de cliënt als zij dingen moeten doen die ze niet willen?
Els Keet, Hans van Bree en Maikel Snels geven op dit congres een sessie over het aansluiten bij de zogenaamde zorgmijders en mensen met onbegrepen gedrag. Lees hier het volledige programma.
Hoe win je als hulpverlener het vertrouwen terug?
Keet: ‘Maak verbinding met mensen, neem de tijd, luister naar elkaar, sluit aan op de leefwereld van mensen en wees liefdevol. Op vrijdag gaan we bij Ervaring die Staat met elkaar om tafel en praat iedereen mee over ideeën, beslissingen en oplossingen. Met elkaar zoeken we steeds naar wat het beste werkt voor mensen die uitvallen.’
Snels: ‘Als mensen op straat zwaar vermoeid zijn en er geen vertrouwen meer in hebben, gaan we samen op een bankje zitten. We gaan met ze mee hun put in waardoor zij ervaren dat je naar ze omkijkt. Iemand mag zich rot voelen en krijgt daar ook de ruimte voor. Pas als hij zich wat beter voelt gaan we aan de slag. Ik doe dan wat ik zeg maar vertel ook dat ik niets kan beloven en dat passende hulp zoeken tijd kost. Ik houd iemand goed op de hoogte van wat ik doe en met wie ik gesprekken voer. Je moet iemand gemotiveerd houden voor hulp dus lange wachtlijsten zijn lastig. Als hij het niet meer ziet zitten, mag hij altijd later terugkomen. Belangrijk is dat ik de regie uit handen durf te geven als iemand zelf of een ander iets beter kan dan ik.’
Van Bree: ‘Leer inschatten wanneer iemand hulp nodig heeft en accepteert. Pas toen het mis met mij ging op straat en mij dat niet meer zo veel uitmaakte, stond ik open voor hulp. Op dat moment is het wel nodig dat je als hulpverlener de regie van hem overneemt en duidelijk maakt in welke situatie hij zit.’