Op 20 september en 8 november 2023 zijn de bijeenkomsten van de transitiearena ‘Ontwikkelingsperspectief voor jongvolwassenen: het kan wél’. Daar vertellen initiatiefnemers hoe zij het voor elkaar krijgen om in een passende context praktische en levensbrede ondersteuning te bieden, en hoe zij het hoofd bieden aan de knelpunten in overgang van 18- naar 18+.
Drie pijlers
‘We hebben gekozen voor de vorm van een transitiearena’, vertelt Roos van Schaijk, projectleider bij Movisie, ‘en die zijn gebaseerd op de transitietheorie van Drift. Deze theorie rust op drie pijlers: verandering ontstaat vaak van onderop, werken aan verandering kost tijd, en gedeelde waarden zijn een basisvoorwaarde.’ Tijdens de arena-bijeenkomsten vertellen succesvolle initiatiefnemers hoe dat er in de praktijk uitziet: Hoe is hun initiatief ontstaan? Hoe houden ze vol? Hoe gaan zij om met onzekere financiering? Welke waarden delen zij met hun samenwerkingspartners?
Wat is een transitiearena?
In een transitiearena werkt een gemixt gezelschap aan maatschappelijke verandering: aanbieders van zorg en ondersteuning, gemeenten, inwoners, werkgevers, sociale ondernemers, beleidsmakers en onderzoekers. In een serie bijeenkomsten verkennen ze oude en nieuwe waarden, wisselen ze vernieuwende praktijkvoorbeelden uit en bespreken ze vraagstukken. Het is een groeiproces en valt te zien als een geurige stoofpot. Movisie faciliteert drie transitiearena’s: over waardevol werken, ontwikkelperspectief voor jongvolwassenen en werk in de wijk. Zie hier de agenda.
Sterke drive
Gery Lammersen, eveneens projectleider bij Movisie, constateert: ‘Dat initiatieven van onderop ontstaan, komt meestal voort uit een directe betrokkenheid bij de doelgroep, bijvoorbeeld door ouders of professionals van een zorginstelling. Ze zien dat het reguliere aanbod niet past en hebben een sterke drive om iets te organiseren dat wel aansluit bij de ontwikkeling van jongeren.’
Ondernemend
Van Schaijk ziet onder de initiatiefnemers veel ondernemende (zorg)professionals. En dat draagt zeker bij aan de kans op continuïteit. ‘Een belangrijke waarde die onder de ondernemende insteek ligt, is de sterke focus op participatie in plaats van op zorg. Er is dus meer aandacht voor wat de jongeren willen en kunnen dan voor hun problemen.’
Op hun vak richten
In een vergelijkbare transitiearena over het thema Waardevol Werk, komt de focus op participatie en ondernemerschap ook terug, vertelt Van Schaijk. ‘Daar vertelden initiatieven voor arbeidsmatige dagbesteding hun verhaal. De deelnemers willen daar vaak niet hun hele leven blijven. Een deel wil graag een eigen onderneming waarin ze zich toe kunnen leggen op het vak waar ze goed in zijn. Maar door alle administratie en regelgeving die daar bij komt kijken is dat soms een stap te ver.’ Begeleiders kunnen dan een brug vormen tussen de deelnemers en een sociale coöperatie. Als deelnemers zich daarbij aansluiten, kunnen zij zich op hun vak richten, terwijl de coöperatieleiding de randzaken regelt.
Lastig inkopen
De ondernemersskills zitten vooralsnog niet in de opleiding van zorgprofessionals. Maar ze zijn wel een factor van betekenis in de continuïteit van initiatieven, weet Van Schaijk. ‘Veel mooie initiatieven gaan op den duur ten onder omdat ze de financiering niet meer rond krijgen. Als je het anders doet dan gebruikelijk, bijvoorbeeld door niet met een vaste trajectlengte te werken, dan vinden gemeenten het lastig om in te kopen.’ Een mentaliteit van doorpakken en overtuigingskracht zijn dan waardevol. Lammersen voegt eraan toe dat de politieke context wat dat betreft ook meespeelt, en de mate waarin er in het lokale beleid aanknopingspunten te vinden zijn.
Onderliggende waarden
Succesvolle initiatieven weten in de samenwerking met financiers en andere partijen hun meerwaarde duidelijk neer te zetten. Daarbij helpt als al je de onderliggende waarden van je initiatief helder weet te verwoorden. Van Schaijk: ‘Als je die goed uit kunt leggen en de gemeente daarin kunt meenemen, dan kun je er samen uitkomen.’ Lammersen vult aan: ‘Het kan ook helpen om de beslissers van de gemeente uit te nodigen, zodat ze zelf kunnen zien wat je allemaal doet. En laat ze in gesprek gaan met de deelnemers.’
Ontwikkelingsgericht werken
Bij veel van de succesvolle initiatieven is ontwikkelingsgericht werken zo’n onderliggende waarde. Het ligt in het verlengde van de ondernemende insteek: ze focussen op een talent of hobby van de jongeren, die los staat van de ondersteuningsvraag. Dat maakt ook dat er een shift gaande is in het soort professional dat er werkt, zegt Van Schaijk. ‘Onder de begeleiders zien we een verschuiving van zorgmedewerkers naar mensen met vakkennis. Bijvoorbeeld een fietsenmaker of een radiomaker die zelf ervaring heeft met re-integreren, of een zangcoach.’
Leren zingen
‘Als een jongere heel goed leert zingen,’ legt Van Schaijk verder uit, ‘dan komt de focus op die positieve ontwikkeling te liggen. Het oorspronkelijke probleem verschuift daardoor naar de achtergrond.’ Ze noemt WerkRaat (zie de video in dit artikel) als voorbeeld waar dit sterk naar voren komt. Bij dit leerwerkcentrum vinden veel jongeren een plek die om diverse redenen zijn uitgevallen op school of niet de stap hebben kunnen maken naar werk.
Verschillende labels
Lammersen: ‘Bij WerkRaat hebben ze verschillende labels: een fietsenmakerij, een ICT-afdeling, horeca en een radiostudio. Er kwam een jongen die al een hele tijd ergens in de dagbesteding had gezeten, zonder ruimte om zich te ontwikkelen en nieuwe dingen te ontdekken. Pas toen hij bij WerkRaat kwam, ontdekte hij zijn passie voor muziek. De ontwikkeling daarvan hielp hem vervolgens op drie niveaus.’
Belangrijke stap
Het eerste niveau is het directe niveau, vertelt Lammersen: ‘Het is gewoon fijn om een passie te hebben, om te ervaren hoe leuk het is om naar concerten te gaan. Die concertbezoeken hielpen hem op het tweede niveau: hij bouwde een privé-netwerkje op van mensen met wie hij samen ging. Het delen van de passie gaf hem zelfvertrouwen. En dat is an sich een belangrijke stap richting opleiding of werk, het derde niveau. Voor deze jongen betekende het dat hij zelf radio ging maken en naar buiten trad met zijn eigen muziek.’
Op 20 september is de volgende transitiearena ‘Ontwikkelingsperspectief voor jongvolwassenen: het kan wél’. Bekijk het programma en meld je aan via deze link.