Hoewel jongeren in toenemende mate slachtoffer worden van online seksueel geweld en de impact hiervan zeer groot kan zijn, bestaat er op dit moment nog geen interventie die zich specifiek richt op herstel en het verminderen van negatieve gevolgen. Psychotraumatherapeut Rik Knipschild en Iva Bicanic, landelijk coördinator Centrum Seksueel Geweld, starten daarom een nieuw onderzoeksproject: ‘Herstellen na online seksueel geweld’.
Overschrijdende ervaringen
Rik Knipschild, Psychotraumatherapeut bij Karakter kinder- en jeugdpsychiatrie en projectleider van het onderzoek: ‘Jongeren geven in toenemende mate via digitale kanalen vorm aan hun relaties, zo ook seksueel. Dat zal ongetwijfeld in de meeste situaties op een plezierige manier gebeuren, met wederzijdse instemming en respect voor elkaars grenzen en privacy. Er is echter ook een groep jongeren die overschrijdende ervaringen mee maken. Bijvoorbeeld doordat naaktfoto’s of filmpjes van hen zonder toestemming verspreid worden. In de behandelkamer zien wij dat deze groep jongeren veel angst en stress ervaart, zeker wanneer het gepaard gaat met fysieke en/of verbale dreigementen, cyberpesten of wanneer sexting heeft geleid tot het afdwingen van ongewild seksueel contact. De komende periode willen we samen met jongeren en betrokkenen gaan onderzoeken wat er nodig is om te herstellen van dergelijke ingrijpende gebeurtenissen. De ideeën hierover zullen we uitwerken in een interventie.’
Interventie
De multimodale interventie die ontwikkeld wordt, richt zich op herstellen na online seksueel geweld. De interventie is bestemd voor jongeren tussen de 12 en 21 jaar die te maken hebben gehad met online seksueel geweld en hierdoor zijn vastgelopen op sociaal, psychisch, medisch en/of maatschappelijk vlak. Naar verwachting kan het project begin 2020 worden afgerond waarna de interventie, in samenwerking met Zorg+Welzijn uitgeverij Bohn Stafleu van Loghum (BSL), wordt uitgegeven als behandelprotocol (boek) met e-Health toepassingen.
Kwetsbare slachtoffergroep
Fonds Slachtofferhulp is financier van dit onderzoeksproject en ziet de grote waarde en noodzaak van het initiatief van Knipschild en Bicanic. Ineke Sybesma, directeur Fonds Slachtofferhulp: ‘Deze relatief nieuwe vorm van seksueel geweld vraagt ook om een nieuw en specifiek hulpaanbod; op maat ontwikkeld voor de vaak jonge slachtoffers die hiermee te maken krijgen en vastlopen in hun dagelijkse leven. We zijn dan ook blij met dit onderzoeksproject waarin wordt toegewerkt naar een gerichte interventie waar jeugdhulpverleners en andere professionals, maar vooral deze kwetsbare slachtoffergroep enorm bij gebaat zal zijn.’
Aanpak
De afgelopen jaren zijn er diverse preventieprogramma’s ontwikkeld en platforms opgericht om slachtoffers in de eerste weken na het meemaken van online seksueel geweld te ondersteunen. Hierbij gaat het voornamelijk om het technisch weghalen van beeldmateriaal van het internet en het doen van aangifte. Gezien de impact die online seksueel geweld kan hebben op het leven van jongeren is er binnen onder andere het onderwijs en de jeugdzorg echter een groeiende behoefte aan specifieke interventies die zich richten op herstel en het verminderen van negatieve gevolgen over verschillende domeinen. Dit onderzoeksproject beoogt in deze behoefte te voorzien en kent een drietal fases:
- Fase 1: Behoeftebepaling
In deze oriënterende fase worden vragenlijsten afgenomen bij jeugdhulpverleners, leerkrachten, en andere betrokkenen/experts op het gebied van online seksueel geweld. Hiermee worden ervaringen en behoeften in kaart gebracht. - Fase 2: Focusgroepen
Op basis van het oriënterende onderzoek worden ‘ruwe’ aanbevelingen opgesteld waar de interventie aan moet gaan voldoen. Tijdens individuele interviews en een tweetal sessies met focusgroepen worden de aanbevelingen bediscussieerd, geconcretiseerd en aangevuld. Deelnemers aan de focusgroepen zijn: jeugdhulpverleners, politie/recherche, beleidsmakers, leerkrachten, jongeren die zelf slachtoffer zijn van online seksueel geweld en andere betrokkenen/experts op dit gebied. - Fase 3: Ontwikkelen interventie
De resultaten uit fase 1 en fase 2 worden vertaald naar een multimodale interventie. Een interventie die zich richt op herstel binnen meerdere domeinen: psychisch-, maatschappelijk- en fysiek herstel.
De interventie wordt uiteindelijk aangeboden aan de Erkenningscommissie van het Nederlands Jeugd Instituut voor opname in de databank effectieve jeugdinterventies. Voor meer informatie en/of deelname aan de focusgroepen kan gemaild worden naar Margôt Buschers (projectbegeleider) onderzoek.osg@karakter.com