Behandel alle leefgebieden
Door vragen te stellen over de zeven leefgebieden (wonen, financiën, sociale relaties, fysieke gezondheid, psychische gezondheid, werk en activiteit, zingeving) krijg je een compleet mogelijk beeld van de zorgvrager.
Laat de zorgvrager vertellen
Het is belangrijk dat je niet begint met de vraag: wie kan iets voor jou doen? Laat de steunvrager eens vertellen over de begeleiding die hij krijgt en wat dat voor hem betekent. Wat zou gebeuren als die begeleiding weg zou vallen?
Benoem wat je ziet
Ervaar je weerstand of spanning bij je gesprekspartner? Benoem dan wat je ziet: ik heb het idee dat u zenuwachtig bent of dat u dit gesprek onprettig vindt, klopt dat? Hoe komt dat zo?
Let op dat mensen niet te weinig zorg krijgen
Hou er rekening mee dat er mensen zijn die hun problemen kunnen aandikken én mensen die problemen bagatelliseren. (Ik kan het allemaal zelf nog wel) Waak ervoor dat de laatste groep niet te weinig zorg krijgt.
Nodig de mantelzorger uit
Nodig als het kan ook de mantelzorger uit voor het gesprek. Zo kun je achterhalen welke ondersteuning deze nodig heeft om de zorgvrager te kunnen te helpen. Een mantelzorger kan ook helpen de zorgvraag te verduidelijken.
Is de zorgvrager gemotiveerd?
Probeer er achter te komen of iemand zelf gemotiveerd is of gestuurd wordt door bijvoorbeeld een familielid. (Mijn zus vindt dat ik om hulp moet vragen, maar ik heb geen hulp nodig!) Het kan zijn dat deze mantelzorger overbelast is of andere zorgen heeft.
Let op foto’s in huis
Wanneer je probeert te ontdekken wie belangrijk zijn in het leven van de zorgvrager om het sociale netwerk in kaart te brengen, kun je vragen wie er op de foto’s staan in het huis.
Ken de verschillende problematiek
Zorg dat je voldoende kennis hebt over verschillende problematiek. Verstandelijke beperkingen, psychische stoornissen, lichamelijke beperkingen en sociale problematiek.
Stel de kernvraag
De kernvraag in ieder gesprek is eigenlijk: hoe zou de zorgaanvrager willen dat zijn dagelijkse leven er uitziet, ondanks de beperkingen? Neem de tijd die nodig is, stem je tempo af op de zorgvrager.
Luister goed
Denk out of the box als het gaat om oplossingen en luister goed naar de ideeën die de zorgvrager hier zelf over heeft;
Ga in het begin het gesprek voeren samen met een collega. Je leert van elkaar en je houdt elkaar scherp.
Wees duidelijk
Als je slecht nieuws komt brengen, bijvoorbeeld dat iemand geen of bijna geen ondersteuning meer krijgt, wees dan duidelijk en draai er niet omheen. Soms helpt het om het nieuws even te laten bezinken en later weer contact op te nemen om het gesprek te vervolgen.
Deze tips komen uit het artikel ‘Het trainen van gespreksvaardigheid, tussen meebewegen en helder zijn’. Een interview met Els Hofman en Anne Marie van Bergen van kenniscentrum Movisie in Zorg + Welzijn magazine van maart.
‘Als je slecht nieuws komt brengen, bijvoorbeeld dat iemand geen of bijna geen ondersteuning meer krijgt, wees dan duidelijk en draai er niet omheen. Soms helpt het om het nieuws even te laten bezinken en later weer contact op te nemen om het gesprek te vervolgen.’
Als het goed is kom je geen ‘nieuws brengen’, maar ga je in gesprek. De uitkomst kan dan wel nadelig zijn voor cliënt, maar dat hoort pas zeker te zijn uit de loop van het gesprek. Een gemeente heeft namelijk de plicht de ondersteuningsvraag goed te onderzoeken. Een gemeente die zijn medewerkers er op uitstuurt om sowieso slecht nieuws te brengen is fout bezig. Helaas gebeurt dit in de praktijk al, Zie het aantal rechtszaken over HH1.
Een aantal nuttige tips, vooral de tip ‘stel de kernvraag’ spreekt mij erg aan. Als je een gesprek voert is het heel prettig voor de client om de verbeterde situatie voor zich te zien. Daar als het waren een scherp beeld van krijgt. Daar vragen we heel doelgericht naar.
Voor je die vraag kunt stellen laat je inderdaad de client vertellen. Belangrijk daarbij dat de consulent dan heel nauwgezet luistert en precies aansluit bij het perspectief van de ander. Misschien is dit wel de sleutel tot een goed gesprek. In de progressiegerichte aanpak heet dat: ‘Aansluiten met de letterlijke woorden van de ander’. Je maakt het de client gemakkelijk als je laat merken dat je hem goed begrijpt en ook wilt begrijpen.
Later in het gesprek kun je vragen of het al eens voorkomt dat de situatie iets beter is? Wat er dan anders is? Hoe dat toen lukte? etc etc. Op deze wijze komen er vaak op natuurlijke manier kleine oplossinkjes voorbij die misschien bruikbaar zijn voor de client.
Deze vriendelijke en effectieve gespreksvoering is prima te leren. Een paar dagen intensief trainen en daarna veel oefenen en in de praktijk toepassen. Kijk eens op. Tot Ziens!
http://www.gespreksvoeringzorgenwelzijn.nl
Een heel leuk en informatief artikel. Op één punt wil ik graag even reageren, namelijk de vraag of de cliënt gemotiveerd is.
Cliënten zijn altijd gemotiveerd. De vraag is waarvoor en het is niet altijd waarvoor een hulpverlener hoopt dat z/hij gemotiveerd is. Waar het om gaat is dat hulpverleners leren hun vragen zo te stellen dat ze achter de motivatie van de cliënt komen, welke motivatie dat ook is, en die dan als vertrekpunt hanteren. Open vragen stellen en goed doorvragen zijn dan zeer adequate interventies.