Kinderen in jeugdzorg moeten gezien en gehoord worden. Helaas is dit te vaak niet het geval. Dat zorgt voor grote problemen. “De juiste aandacht had de helft van mijn trauma’s kunnen voorkomen”, zegt de 18-jarige Evita. In drie jaar tijd woonde ze op zeventien verschillende plekken in jeugdzorg. “Voortdurend dacht ik dat mensen boos werden en me zouden verlaten of straffen.”
Een overvloed aan regels, protocollen en tijdsdruk belemmeren hulpverleners vaak om voldoende aandacht te geven. De focus ligt te veel op problemen van kinderen in plaats van op hun behoeften. Kinderen verliezen hierdoor het vertrouwen in zichzelf en in de hulpverlening. “Kijk je niet naar wat een kind echt nodig heeft, dan komen ze slechter uit de jeugdzorg dan ze erin gingen”, vertelt jeugdhulpverlener Jordi. Hij werkte zo’n zeven jaar in woongroepen met jongeren met autisme, hechtingsproblemen en trauma.
Maar hoe zorg je ervoor dat kinderen de aandacht krijgen die ze zo hard nodig hebben? “Hulpverleners kunnen dit veranderen, zij zijn het belangrijkste instrument”, zegt Jordi. Zo houdt hij intensief contact met jongeren die hij ondersteunt. Hij stuurt bijvoorbeeld regelmatig berichten en gaat mee naar belangrijke gebeurtenissen. “Ik wil het gevoel blijven geven dat jongeren er niet alleen voor staan.”
Volgens orthopedagoog-generalist Eva is aandachtsvolle zorg even belangrijk voor hulpverleners als voor kinderen. “Zorg maar eens dat je rustig en liefdevol blijft als je bent uitgescholden of geslagen. Door hier open gesprekken over te voeren met andere hulpverleners ontstaat een omgeving waarin het werk beter te dragen wordt. Hoe complex de situatie ook is. Ook leer je elkaars triggers kennen. Zo kunnen we elkaar ondersteunen en zorgen dat het kind er niet de dupe van wordt.”
De boodschap van Het Vergeten Kind is duidelijk: praat erover. Laat kwetsbare kinderen niet barsten en kom in actie. Daag jezelf en collega hulpverleners uit om hierover in gesprek te gaan. Ga naar hetvergetenkind.nl/ingesprek voor gespreksstarters. Maak samen van aandacht geen bijzaak, maar hoofdzaak.