Door Carolien Stam – Welzijnsorganisatie Alifa voert diverse projecten uit die zijn te bestempelen als ‘het voortraject van inburgeringscursussen’. Die projecten kunnen dienen als vindplaats voor vrijwillige inburgeraars. ‘Het zou goed zijn als deze projecten nu ook uit het Participatiebudget kunnen worden gefinancierd,’ aldus Beatrijs van Riessen, directeur van welzijnsorganisatie Alifa in Enschede. (Foto: Alifa)
Licht
Per 1 januari 2009 wordt met de Wet Particiatiebudget de middelen voor inburgering, reïntegratie en educatie samengevoegd. Doel is om op die manier meer mensen te bereiken voor inburgeringscursussen. Op het Congres ‘Landelijk Platform Inburgering, nieuwe maatregelen en aanpak inburgering 2009, kunnen gemeenten en trajectaanbieders hun licht opsteken over een effectieve aanpak van de problemen met inburgering.
Bezoekvrouwen
Formeel is de welzijnsorganisatie in Enschede geen partij bij inburgeringscursussen. Maar de welzijnswerkers bereiken wel een belangrijke doelgroep met projecten als ‘Taal in actie’, het loodsenproject en het toekomstige project ‘bezoekvrouwen’. Bij het eerste project kunnen vrouwen Nederlands leren van vrijwilligers in drie fasen: taal aan huis, taal in de wijk en taal in de stad. ‘Deze groep vrouwen zijn juist de doelgroep voor vrijwillige inburgeringscursussen,’ aldus Van Riessen.
Samenwerking
Het project wordt uitgevoerd in nauwe samenwerking met de gemeente Enschede (Taal & Inburgering), die het project ook deels financiert. Het Oranje Fonds subsidieert drie jaar en de gemeente vervolgens twee jaar.De nauwe band tussen Alifa en de partnerorganisaties VUE en SIVE vormt het draagvlak voor de samenwerking tussen Alifa en de gemeente.
Netwerk
‘We beschikken over een fijnmazig netwerk in de wijk waar mensen met elkaar samenwerken. Tijdens de inburgeringstrajecten blijven mensen vaak actief in de wijk, die kun je dan weer inzetten om vrouwen uit de eigen cultuur te betrekken.’ Van Riessen: ‘Wij zien bijvoorbeeld een groeiende groep oudere ongeletterde vrouwen, die niet verder komen na een inburgeringscursus. Voor hen moet je een natraject zoeken. Dat geldt ook voor jonge vrouwen die immobiel zijn, bijvoorbeeld vanwege kinderen of hun partner. Het is heel belangrijk dat mensen vanuit hun persoonlijke situatie in de trajecten in kunnen stromen.’
Gefaseerd
‘Daarom is het belangrijk dat we trajecten hebben in verschillende fases: aan huis, in de wijk en in de stad. Volgend jaar gaan we een vierde fase uitvoeren: toeleiding naar vrijwilligerswerk. Een vijfde fase is nog een wens: toeleiding naar betaald werk.’ De gefaseerde aanpak werkt volgens Van Riessen erg goed. ‘Er is veel vraag naar onze trajecten. Wij hebben nu zo’n 300 vrouwen en 45 vrijwilligers binnen.’