Beleidsmatig staat integraal werken hoog in het vaandel. Het ontbreekt in geen gemeentelijk beleidsplan. Al aan de vooravond van de decentralisaties heeft de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) een visie neergelegd waarin een integrale aanpak centraal staat. En niet voor niets. Er was veel onvrede over de enorme versnippering en ook de overtuiging dat we echt een betere ondersteuning voor burgers moesten kunnen bieden.
Betekenis integraliteit
Maar wat betekent integraliteit eigenlijk? Verweij, Panhuijzen en Van Houten onderscheiden twee betekenissen:
- Een integrale aanpak of benadering die, gezien vanuit de klant, samenhangend is en aandacht heeft voor alle leefgebieden. Het gaat om een allesomvattende, holistische aanpak van de vraagstukken van de klant.
- Het organisatorische aspect van integraliteit waarin professionals met elkaar samenwerken en processen, werkwijze en expertise op elkaar afstemmen om tot een gezamenlijk plan voor de klant te komen.
Basisbehoeften
Kijkend naar de eerste omschrijving, die uitgaat van het perspectief van de burger, zou ondersteuning op het gebied van werk en inkomen een logisch onderdeel van de integrale benadering moeten zijn. Participeren in de samenleving en het hebben van een inkomen zijn immers basisbehoeften.
In de kinderschoenen
Maar in hoeverre lukt het gemeenten om ondersteuning op het gebied van werk en inkomen daadwerkelijk een plek te geven in integrale ondersteuning? ‘Gebaseerd op literatuurstudie en praktijkverkenningen, zien we dat er volop geëxperimenteerd wordt, maar dat verbinding van werk en inkomen met andere domeinen in een integrale benadering nog in de kinderschoenen staat. Deze verbinding kan op verschillende manieren vorm krijgen, zowel binnen een sociaal (wijk)team als daarbuiten.’
Oppervlakkig
Een voorbeeld dat deze verbinding nog niet echt gemaakt is, blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat tussen 2014 en 2015 het aantal wijkteams met een medewerker van de Dienst Werk en Inkomen daalde van 54 naar 37 procent. Verder stellen Verweij, Panhuijzen en Van Houten dat de samenwerking tussen professionals in werk en inkomen en professionals in de zorg buiten de context van een wijkteam beperkt is en veelal (nog) oppervlakkig van aard (zoals doorverwijzingen). ‘Intensieve vormen van samenwerking, zoals samenwerking via een centrale contactpersoon, komen slechts zelden voor.’
De grote belofte van de decentralisaties was het integraal werken. Zorg en ondersteuning dichterbij, minder versnipperd en minder duur. Is dat al realiteit? ‘Er zijn nog forse slagen te maken. Met name in de samenwerking tussen de domeinen.’ Lees meer >>
Verschillende kaders
Waarom is het maken van een verbinding tussen het domein werk en inkomen en andere domeinen in de praktijk nog niet vanzelfsprekend? ‘Hierbij speelt mee dat de ondersteuning vanuit twee of meer wettelijke kaders geboden wordt: veelal de Wmo en de Participatiewet. Deze wetten kennen verschillende doelen, een andere focus en zijn anders georganiseerd. Dit alles maakt het voor wijkteams moeilijk, zo niet onmogelijk, integrale ondersteuningsplannen op te stellen, gebaseerd op maatwerk per huishouden.’
Meerwaarde
Integraliteit verder ontwikkelen, vraagt volgens Verweij, Panhuijzen en Van Houten om een gedragsverandering van alle betrokken partijen. ‘Het gaat onder andere om andere doelen, andere samenwerkingspartners, andere manieren van werken en andere vaardigheden. De ultieme vraag of integraal werken echt in de praktijk vorm gaat krijgen, is dan ook of op alle niveaus, van beleid tot praktijk, de meerwaarde van integraliteit en de intentie tot gedragsverandering in voldoende mate ervaren wordt.’
Lees het hele artikel in Sociaal Bestek van juni/juli >>
Het artikel is gebaseerd op een publicatie van Movisie die op 30 juni 2017 is verschenen: Werk en inkomen in integrale aanpakken. Een verkenning van theorie en praktijk.