In onze samenleving ontstaat steeds meer de neiging tot ‘cockpitdenken’, liet Jan Bransen afgelopen dinsdag zien op het Zorg+Welzijn Congres Ervaringsdeskundigheid in het sociaal domein. Cockpitdenken bevat de illusie dat hoe meer kennis je bezit, hoe beter je kunt sturen en controleren. Bransen, werkzaam aan de Radboud Universiteit Nijmegen: ‘Als je maar onderwijs volgt, dan komt het met goed met je, lijkt het idee. We spiegelen onze kinderen een snelweg voor die je naar gouden bergen brengt, naar bakken vol geld, dure auto’s en ondanks de woningnood voor jou wel een heel mooi huis. En die snelweg bereik je, denken we, als je zo hoog mogelijk onderwijs volgt’, zegt Bransen.
Kloof tussen kennis en kunde
Hij ziet een kloof ontstaan tussen kennis en kunde. Vooral theoretische kennis wordt in de samenleving zodanig gewaardeerd dat een psycholoog eerst jarenlang studeert en pas daarna ervaring gaat opdoen om kundiger te worden. Daarmee onderschatten we volgens Bransen het belang van die kunde. ‘Want het leven is natuurlijk geen kaarsrechte snelweg. Het is veel meer een bos waarin van alles woekert. En een psycholoog zal in zijn werk heel veel mensen tegenkomen met complexe problematiek, waarvoor hij toch een scherp oog moet hebben voor het onverwachte. Dat krijgt hij niet door in boeken te studeren, maar door ervaring op te doen.’
Belang onderzoekende houding
Misschien doen we er daarom wel verstandig aan om in onderwijs kennis en kunde dichter bij elkaar te brengen, zegt Bransen. En de hele samenleving heeft een andere visie op herstel nodig, vindt de hoogleraar filosofie van de gedragswetenschappen. ‘Samenleven lijkt in de hoofden van mensen steeds meer een competitie: winnaars en verliezers. Te vaak denken we ook dat we de samenleving als een vliegtuigje in de hand kunnen houden. Er is een wens om zelf in de cockpit terecht te komen, te kunnen sturen.’
Risico van cockpitdenken
De samenleving is geen geoliede machine. Er is geen cockpit. Er is geen dashboard waarop je alles kunt zien dat er te zien is. Denk je van wel, dan raak je steeds meer je vermogen kwijt om een onderzoekende houding aan te nemen. ‘Je herkent en erkent het vreemde minder goed, omdat je er misschien onterecht vanuit gaat dat je je op alles wat vreemd is al hebt voorbereid’, legt Bransen uit.
Het vreemde herkennen en erkennen
In het sociale domein is ‘het vreemde’ kunnen herkennen en erkennen ontzettend belangrijk, benadrukt hij. ‘Want je komt mensen tegen met complexe problematiek, in wiens leven veel gebeurt waar theoretische kennis je waarschijnlijk niet op kan voorbereiden.’ Daarom zijn ervaringsdeskundigen volgens Bransen zo waardevol. Zij hebben dankzij hun kunde wel het vermogen te zien wanneer zich iets ‘vreemds’ voordoet. Ze begrijpen ook wanneer een stap terugdoen nodig is om te onderzoeken wat er nu echt aan de hand is.
Daarbij is het belangrijk te realiseren dat ieder mens in feite een ervaringsdeskundige. Wel zijn er verschillen tussen ervaringswerkers en kennisprofessionals, legt Bransen uit. ‘De ervaringswerkers kennen ‘het significante lijden dat tot een ontregeld leven leidt’ van binnenuit, terwijl de doorsnee kennisprofessional dit lijden en de bijbehorende ontregeling alleen kent als aspecten die zij toeschrijven aan de levens van anderen.’
Ervaringsdeskundigen onmisbaar voor vertrouwen
Met hun vermogen het vreemde te herkennen en erkennen zijn ervaringsdeskundigen bovendien onmisbaar voor de vertrouwensrelatie met cliënten, zegt Bransen. ‘In onze samenleving functioneren we het beste als we kunnen vertrouwen op anderen. Als mensen die op hetzelfde moment aan één en hetzelfde huis werken erop vertrouwen dat ieder zijn of haar taak uitvoert, loopt de bouw soepel. Het zou zonde zijn voor dat bouwproject als één persoon continu de anderen staat te vertellen hoe hij of zij moet werken. Te sterk gecontroleerd worden heeft wantrouwen creëren als risico.’
Kunde om vreemde te zien aankomen
Vertrouwen maakt juist dat we meer stappen durven te zetten, vervolgt Bransen. ‘Als we weten dat een ander ons opvangt als hij of zij ziet dat er iets onverwachts in ons leven gebeurt, zetten we die stap, waar we anders misschien zouden stilstaan. Een goede ervaringsdeskundige geeft een cliënt het gevoel dat ook als er iets ‘vreemds’ gebeurt hij opgevangen wordt. Die ervaringsdeskundige heeft immers de kunde om dat vreemde te zien aankomen.’
Positieve Gezondheid
Ervaringsdeskundigen werken niet met cockpitdenken, en dat is een belangrijk voordeel. ‘Ze denken niet dat alles te controleren is. Hun deskundigheid is geen kwestie van aan de knoppen willen draaien. Zij hebben hun veerkracht ontwikkeld, hun eigen regie leren nemen en kunnen daardoor een voorbeeld zijn van een andere visie op herstel, eentje die past bij de Positieve Gezondheid van Machteld Huber.”