Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties4

Kind met psychische problemen zit te vaak thuis

Veel kinderen en jongeren met psychische en psychiatrische problemen gaan (tijdelijk) niet naar school. Dat verergert vaak de klachten. Het is hoog tijd dat er meer aandacht komt voor ‘thuiszitters’. ‘Hoe sneller je iets doet, hoe meer kans een kind heeft.’
Kind met psychische problemen zit te vaak thuis

‘Thuiszitter’ ben je als je vier weken of langer niet of gedeeltelijk naar school gaat, al dan niet met een leerplichtontheffing. Onderzoek naar de oorzaken en gevolgen van langdurig thuis zijn, bestond niet. Totdat de cliëntenraad van GGZ Kinderen en Jeugd Rivierduinen aan de bel trok. Jongeren in deze raad hadden er zelf ervaring mee, vonden dat het probleem onderschat werd en dat er te weinig over bekend was. Gesteund door de directie van de ggz-instelling kwam er een onderzoek van H&S Consult en de DSP-groep. De resultaten staan in het rapport ‘Back tot school’.

Geen melding
Maar liefst 22 procent van de respondenten (140 jongens en 113 meisjes van de 2715 benaderde leerplichtige cliënten) bleek in een periode van twee jaar regelmatig niet naar school te zijn gegaan; 18 procent zat, variërend van een maand tot langer dan een jaar, permanent thuis. ‘Veel meer kinderen dan bekend was op basis van meldingen door scholen en leerplichtambtenaren’, aldus Inge Sleeboom van H&S Consult. ‘Het wordt dus vaak niet gemeld.’

Over wat thuiszitten betekent, bestond weinig informatie. Terwijl de gevolgen groot zijn, stelt Sleeboom. ‘School is een sleutelinstelling voor meedoen aan de samenleving. Bij uitval zien jongeren hun vrienden niet meer, ze horen er niet meer bij. Daardoor gaan ze zich nog slechter voelen. Daarnaast zakken veel jongeren terug in schoolniveau of halen helemaal geen diploma. Dat leidt tot minder goede banen of werkloosheid. Als je niet oppast, is schooluitval het voorportaal van de Wajong.”

Onbegrip
Bijna driekwart van de thuiszitters wil graag terug naar school, maar dat blijkt lastig. Onbegrip van school is de meest genoemde oorzaak, gevolgd door wachtlijsten voor een andere school. Sommige kinderen durven niet terug vanwege de confrontatie met klasgenoten. Betere begeleiding is hoognodig. ‘Bij wie kan een kind terecht als hij het moeilijk heeft, wat vertel je leerlingen in de klas, enzovoort. Weinig scholen hebben dat goed geregeld.’ Ook het contact tussen scholen en ggz kan beter, meldt onder andere een leerplichtambtenaar in het rapport.
In ons land worden 238.000 kinderen binnen de jeugd-ggz behandeld. Het is daarom alle hens aan dek om schooluitval te voorkomen en aan te pakken, vinden de onderzoekers. ‘Back to school’ bevat elf aanbevelingen, waaronder het aanwijzen van een schoolcoach. ‘Nu is niemand écht verantwoordelijk voor het terug naar school gaan. De coach, iemand uit het netwerk van het kind, moet met alle partijen een plan maken en dat bewaken. En snel, want hoe langer een kind thuiszit, hoe moeilijker de weg terug.’

Lilian Tham, directeur Behandelzaken bij GGZ Kinderen en Jeugd Rivierduinen, erkent de noodzaak van er snel bij zijn. ‘Veel kinderen die bij ons aangemeld worden, blijken al lang thuis te zitten. Wij zetten in op deze groep via PIT, onze psychiatrische intensieve thuisbehandeling. Het is heel hard werken met z’n allen om deze kinderen terug naar school te krijgen. De drempel is hoog. En als het lukt, stromen ze vaak een of twee klassen lager in dan leeftijdsgenoten. Dat maakt het extra lastig.’

Tham legt de bal vooral bij de scholen neer. ‘Vroegsignalering van problemen is cruciaal. Als een docent de signalen van een beginnende depressie bij een jongere herkent, kan er vroeg hulp geboden worden en zal er minder snel schooluitval zijn. Sommige scholen doen dat al goed, andere een stuk minder. Wij kunnen helpen met deskundigheidsbevordering voor docenten.’

Feedback
GGZ Kinderen en Jeugd Rivierduinen heeft ook enkele aanbevelingen opgepakt. ‘Er staan afspraken met scholen, leerplicht en Bureau Jeugdzorg. Intern gaan we ons beleid aanscherpen en de registratie verbeteren.’ Tham prijst de energie en positieve invloed van de cliëntenraad en cliëntenraadondersteuner. ‘Zij geven ons veel feedback waar we iets mee kunnen.’

Meer nieuws in uw inbox? Klik hier voor de gratis Zorg + Welzijn Nieuwsbrief. Voor meer achtergronden en opinies, neem hier een abonnement op Zorg + Welzijn Magazine.

4 REACTIES

  1. In mijn werk heb ik regelmatig te maken met leerlingen die thuis zitten. Soms maanden niets doen en steeds verder in de problemen raken.
    Wij zijn aan het inventariseren hoe we deze leerlingen weer aan het werk kunnen krijgen. We kijken per geval waar de hulpvraag ligt en tijdens een ronde tafelgesprek met alle dichtbij betrokkenen, gezin, familie, school en kennissen of instanties kijken we wie welke taak op zich kan nemen. De leerling krijgt 2 ochtenden in de les en daarnaast wordt individueel gekeken waar de kwaliteiten en interesses liggen.
    Wij merken dat deze aanpak werkt.

  2. Lees alle reacties
  3. O ja en nog een klein toevoeginkje:
    Laatst was ik op een symphosium over kinderen met angst en agressie op school en in de hulpverlening. Ik raakte in gesprek met een leerkracht van een speciale school. Ik wist toen nog niet dat ze leerkracht was en ze vroeg mij naar hoe het inmiddels met mijn zoon op school ging (Ik had meegedaan met een film, die daar vertoont was). Ik zei haar dat het halen en brengen was en dat ik het het moeilijkste vond dat ik eigenlijk naast mijn zoon bijna niets kon doen, omdat school van mij verwachtte dat ik steeds met de oplossingen aan kwam draven. Ik ben een alleenstaande moeder en ik werk. Ik heb kantoor aan huis, maar ik kom dus amper aan werken toe, omdat school voor de kleinste probleempjes al naar mij belt om te vragen wat ze moeten doen. De pedagoog die daar rondloopt, is er maar een paar keer in de week, heeft mijn zoon nog nooit gesproken, maar roept wel tijdens ieder gesprek met mij en de therapeut: Wat moeten we doen? Wat???
    Maar goed, als reactie van deze leerkracht kreeg ik: Ja, maar hoe denk je dat het is voor ons leerkrachten? Hoe denk je dat het voelt om ’s middags als de kinderen de klas uit zijn in huilen uit te barsten?
    Ik wil niemand zijn of haar gevoel bagitaliseren, maar het valt me wel keer op keer op dat jullie vinden dat jullie het moeilijker hebben dan wie dan ook. Ik als moeder moet constant uitkijken dat ik niet op de tere zieltjes van de leerkrachten oid trap. En nu ben ik fel, maar normaal gesproken ben ik erg power2the peaceful en dilpomatisch. Maar ook hierin moet ik dus een professionele houding aannemen. Want als ik MIJN frustratie laat zien, dan ben ik de goodwill van zo’n school kwijt en dan zit ik helemaal met de gebakken peren. Ik moet het maar aan blijven kunnen. De school en het gezeik daaromheen, niet mijn zoon. Dat is thuis, op straat, waar dan ook, een heerlijk jong. Maar hij en school, het klikt niet, het werkt niet. Hij is een beelddenker, een buiten de lijntjes denker, geen stamper en ook geen volger. Hij heeft faalangst, maar uit dit niet door in een hoekje te huilen. Nee, hij slaat zijn boek dicht en zegt bekijk het maar. Het is niet makkelijk, OOK niet voor een leerkracht, maar zijn wij als ouders en jullie als leerkrachten er niet om hem hiermee te helpen? En wat voor een hulp zijn we dan als we tegen hem en iedereen roepen: Wij weten het niet, wij kunnen het niet! Dat is een kind dwingen naar een dokter te blijven gaan die roept dat hij niets voor je kan doen. Maar toch dwingen te blijven gaan. Wat creeer je daarmee? Precies: Demotivatie, uitval, wantrouwen. En de school maar piepen. Wees toch eens die stevige grond, man!

  4. O ja, laten we het weer rot vinden voor de scholen. Want die hebben het per slot van rekening zo moeilijk. Weleens aan de kinderen gedacht? Mijn zoon wordt al jaren uitgekotst door het onderwijs.
    Ik weet heus wel dat de scholen ook gebukt gaan onder de politiek, die er geen moer van lijkt te begrijpen en tegen EEN IEDER roepen ‘ Niet thuis!’, maar als scholen zich nou eens iets minder machteloos op zouden stellen en zouden doen waar ze potverdorie zoveel jaar voor op school hebben gezeten. Vaak heeft het geen zak te maken met geld of met mankracht, maar met inzet. Met wil. Ik ben al 10 jaar bezig om scholen aan te sturen, aan te zwengelen, voor te kauwen wat ze kunnen doen. Zelf roepen ze om het hardst: Wij weten het niet meer! En als ik dan zeg: Nou, je zou het zo of zo kunnen bekijken/aan kunnen pakken. Dan is het: O ja. En het blijkt 9 van de 10 keer nog te werken ook. Tot het volgende probleem zich voordoet (zoals nu faalangst) en dan zitten ze weer opnieuw met de handen in het haar. Niemand die op het idee komt van een faalangstreductietraining. Tot ik het opper en dan is het weer: O ja. En dan heb ik het hier nb over een cluster4-school! Ik ben de moeder, zij de pro’s. Maar ik ben degene die de deskundigheid in huis moet hebben EN het doorzettingsvermogen EN de onuitputtelijke positiviteit. Hoe moet ik, en belangrijker, hoe moet mijn zoon, vertrouwen gaan krijgen/hebben/houden in degenen die ervoor betaald worden om hem te helpen. Ze geven daar keer op keer totaal geen reden voor.
    En dan WORDT er een handelingsplan opgesteld, maar dan houdt school zich daar niet aan. Waarop ze vervolgens roepen: Het werkte niet. DAAR gaat veel fout en dat heeft geen ZAK te maken met dat de politiek niet luistert. Maar alles met dat jullie drukker bezig zijn de verongelijkte doelgroep uit te hangen ipv te doen waar je ooit voor koos. Met je hart. Als het goed is.

  5. Mevrouw Tham,
    u bent geweldig!
    Nu nog een lijstje met telefoonnummers en de garantie dat GGZ binnen een week of zo reageert als er een melding wordt gedaan vanuit onderwijs. U legt de bal bij het onderwijs. Creëert u nu een doel waarin geschoten kan worden? Onderwijs zit te springen op hulp, maar horen steeds maar weer: “niet thuis”.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.