Volgens de onderzoekster van het Nederlands
Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI) is met name de kwaliteit van de
relatie van de ouders een factor in de ontwikkeling van het kind. Kinderen die
te maken krijgen met een gebrek aan consequente regels en weinig toezicht, lopen
een vergroot risico in de criminaliteit te belanden.
Een andere bepalende factor is de manier waarop mensen zelf omgaan met hun
keuzes. Een laag niveau van zelfcontrole en het niet-nemen van
verantwoordelijkheid vergroot de kans op criminaliteit. Ook genetische aanleg
speelt een rol. Mensen met agressieve of impulsieve ouders lopen een verhoogd
risico om in aanraking te komen met de politie.
Maar kinderen van vechtende ouders hoeven niet altijd in de criminaliteit
te belanden. Dykstra; ‘Iemand kan een slechte jeugd hebben, maar nog goed
terechtkomen en andersom.’ Uit het onderzoek blijkt dat de nabijheid van de
grootouders een beschermende factor is, evenals een moeder die thuisblijft. Een
werkloze vader heeft geen invloed op de kans dat kinderen in de criminaliteit
terechtkomen. Opgroeien in een van de vier grote steden ook niet. Dykstra
plaatst wel de kanttekening dat opgroeien in de G4 nu niet te vergelijken is met
vroeger, waardoor de resultaten van dit deel van het onderzoek over een aantal
decennia volstrekt anders kunnen uitpakken. Verder voorspelde Dykstra dat de
criminaliteit de komende jaren zal afnemen. De risicofactoren dalen volgens
haar. ‘Grote gezinnen zie je minder vaak, ouderlijke echtscheiding blijft
stabiel en het aantal jongeren tussen de 15 en 25 jaar zal de komende jaren niet
toenemen.’