De economische crisis heeft sinds eind 2008 de huishoudens in Nederland in de portemonnee getroffen: de koopkracht daalde in 2012 voor het derde jaar op rij en het armoederisico steeg. Toch heeft het doorsnee-huishouden ondanks het koopkrachtverlies van de afgelopen jaren, nog steeds 15 procent meer te besteden dan begin jaren negentig, aldus het CBS.
Onderwijs
Bij werknemers in de zorg en welzijn ging de koopkracht er juist op vooruit, blijkt uit cijfers van het CBS. Ook voor werknemers in het onderwijs en in de financiële dienstverlening ontwikkelde de koopkracht zich redelijk gunstig.
Cao
De stijging van de koopkracht voor zorg- en welzijnsmedewerkers is het gevolg van relatief gunstige cao-afspraken. Vooral in de beginjaren van de crisis nam de koopkracht fors toe met respectievelijk 5,2, 3,2 en 3,7 procent. In de jaren daarna verminderde de koopkracht.
Armoede
De economische crisis had in het begin een bescheiden effect op het armoederisico. Pas vanaf 2011 nam het percentage huishoudens met een inkomen onder de lage-inkomensgrens flink toe en bereikte in 2012 het hoge niveau van 9,4 procent. In 2012 steeg voor het eerst sinds jaren ook het risico op langdurige armoede. Toch blijft in Nederland de kans op armoede of sociale uitsluiting volgens EU-criteria met 15 procent in 2012 het laagst van alle lidstaten.
Een goede cao is belangrijk voor de werkgevers en werknemers in de sector. Maar regelmatig komen hun ideeën niet overeen en moet er onderhandeld worden over arbeidsvoorwaarden als salaris, vakantiedagen, werktijden en bijscholing. Lees in het dossier Cao het laatste nieuws, achtergronden en opinie over de cao’s in zorg en welzijn >>