In het stuk plaatst Derksen kanttekeningen bij onder andere het betalen van ervaringsdeskundigen: ‘Het onttrekt geld aan de zorg dat ingezet moet worden om de kwaliteit van de klinische behandeling te verbeteren. Ervaringsdeskundigen vullen een leegte in de zorg die de samenleving zou moeten opvullen, dat kan met vrijwilligerswerk’, stelt hij.
Derksen krijgt de indruk dat ervaringsdeskundigen willen behandelen, terwijl hier niet voor niets een opleiding voor is: ‘De behandeling van psychische aandoeningen is veel te complex, daar heb je een langdurige en hoge opleiding voor nodig. (…) De zorg moet behandelen, ervaringsdeskundigen kunnen ondersteunen, zoals de kerken dat bijvoorbeeld vroeger deden. (…) Je zet toch ook geen niet-opgeleide chirurg aan een operatietafel?’
Reacties
Zijn betoog roept op social media weerstand op. ‘Dan merk je het verschil tussen mensen die alleen met hun verstand werken en mensen die hun hart en ziel erin leggen, zoals een ervaringsdeskundige. De cliënt heeft liefde nodig, geen theoretisch boekje’, reageert ervaringsdeskundige Maarten Van Nieuwkerk op onze LinkedIn-pagina. ‘Jan Derksen is helaas iemand die totaal niet bij de huidige tijdsgeest aansluit’, vindt ervaringsdeskundige Jasper Wagteveld.
‘Neerbuigende manier’
Ook Michel Steyger is niet te spreken over de mening van Derksen: ‘Helaas barst het van dit soort onprettige types die denken alles te weten en verheven boven een ander te zijn. (…) Ervaringsdeskundigen mogen gewoon niet worden weggewuifd of worden onderschat en zo is het maar weer dat het juist een nut en een functie heeft om vooral tegen grote ego’s in te blijven gaan die echt denken alles op een neerbuigende manier te kunnen blijven zeggen.’
Oneens
‘Ervaringsdeskundigheid is ook nooit bedoeld als vervanging van hoogopgeleide begeleiders of behandelaren,’ reageert Marcel Hoiting op onze Facebookpagina, ‘maar als aanvulling op een team, om zo een brug te slaan tussen cliënt en zorgverlener.’ Projectmanager Wilma Meere geeft aan verdrietig te worden van het stuk: ‘Het is stigmatiserend en niet constructief. Mijn ervaring als onafhankelijk projectleider is totaal anders en komt niet overeen met deze stelling. De ervaringsdeskundigen waren cruciaal in het herstelproces van cliënten en hun families.’
Een enkeling vindt dat het interview stof tot nadenken geeft. Zoals teamleider Herman Atsma: ‘Zeker goed om over na te denken. Ervaringsdeskundigen kunnen mijns inziens wel een rol vervullen binnen de ggz en het mag nooit bezuiniging als uitgangspunt hebben.’
Reactie Jan Derksen
In een reactie zegt Jan Derksen niet wakker te liggen van de reacties: ‘Ik heb zelf ook een twintigtal boze reacties gehad. Hierin klonk door: we doen het al, dan is het toch goed? Ja, de oorlog in Oekraïne is er ook, dat is ook niet goed. Deze reacties had ik al voorspeld, mijn visie belemmert ervaringsdeskundigen in hun missie. Het is logisch dat dit hen tegen de borst stuit.’
Geen onderscheidend criterium
Maar niet alleen ervaringsdeskundigen, ook vakgenoten plaatsen een kritische noot bij de mening van Derksen: ‘Klopt, ik kreeg ook een mail van een psychiater die zei heel goede ervaringen te hebben met ervaringsdeskundigen. Maar dat zegt mij weinig. Als je mensen toevoegt die gesprekken voeren met patiënten, is het logisch dat die positief beoordeeld worden. Want iemand voelt zich gehoord en krijgt sociale steun. Maar dat is voor mij geen onderscheidend criterium als je de grote problemen in de ggz wil oplossen.’
Boswachter worden
Op de reactie dat de ervaringsdeskundige een aanvulling op het team is en een brug slaat tussen zorgverlener en cliënt, zegt Derksen: ‘Dan moet die zorgverlener boswachter worden. Het is essentieel dat een zorgverlener een goede relatie met de patiënt kan opbouwen. Als dat niet lukt, heeft hij het verkeerde vak gekozen. Het lijkt me niet de bedoeling dat ervaringsdeskundigen de zwaktes van de professional gaan compenseren.’
Verkapte bezuinigingsmaatregel
Dus ondanks de weerstand blijft zijn mening onveranderd: ‘Ik vind een kwaliteitsverhoging in de ggz zinvol, maar dat bereik je niet door een laagopgeleide discipline toe te voegen die geld opslokt. Dat geld kun je beter gebruiken door de huidige disciplines nog beter te scholen en de zorgpaden te verbeteren, zodat je de complexe zorg beter vormgeeft. Nu is het een verkapte bezuinigingsmaatregel.’
Niet hardop zeggen
Wel denkt Derksen dat hij niet helemáál goed begrepen wordt: ‘Ervaringsdeskundigen zijn zéker nuttig. Vooral in de verslavingszorg en psychosezorg kunnen zij, als vrijwilliger, een zinvolle bijdrage leveren. Maar als ik kijk naar de kwaliteitsverhoging die in de ggz nodig is, dan behoren ze niet tot mijn keuze. Ik weet ook zeker dat er collega’s zijn die er hetzelfde over denken als ik, maar die zeggen het niet hardop. Want niet iedereen kan ertegen om van onder uit de zak te krijgen. Maar het zou toch jammer zijn als hierdoor geen ander geluid klinkt. De kritiek raakt mij niet.’
Ik werk als woonondersteuner in de ggz. Ik ben een professional met ervaringskennis. Verslaving komen bijna in alle takken van sport voor binnen de zorg. Verslaving weet ik uit eigen ervaringen alles wel van, maar daarin zit niet mijn ervaringsdeskundigheid. Ik ben liever deskundig in het herstellen ervan en hoe pak ik het gewone leven weer op. Ik ondersteun de kwetsbare mensen in hun wensen, en ondersteun ze op alle vlakken van de ADL. door mijn levens ervaring vind ik heel snel aansluiting en ga ik echt in verbinding met de mensen. Ik zie een ervaringsdeskundige als een verlengstuk van de psychologen en psychiaters en persoonlijk begeleiders, hoe erg zij dat ook vinden. Ik doe geen therapeutische handelingen zoals deze man beweerd, maar zit met de professionele hulpverleners op een lijn. Samen werken wij als een eenheid aan de behoeften van de cliënt. Jan Derksen is duidelijk een van de oude stempel, Ik weet meer dan jij en ik ben meer dan jij. De een gaat mee met de tijd en de ander blijft zitten in oude patronen en gewoontes. Wat ik vooral uit dit artikel haal zijn de duidelijke stigmatiseringen van deze hoog opgeleide zorg professional. Ik richt me vooral op herstel en de psycholoog richt zich op de genezing of behandeling, en ik zie beiden als iets geheel iets anders. Ik richt me niet op wat niet goed gaat, maar kijk naar wat kun je nog wel. En eigen ervaringen deel ik eigenlijk maar weinig tenzij dit ten goede komt bij het herstel van het mens dat voor me zit.