Ten eerste is het onderwerp nauwelijks afgebakend. Nadat veel is geschreven over verstandelijk gehandicapten, blijkt na dik 50 pagina’s dat blinden en slechtzienden ook onder de noemer vallen. En doven later ook. Daarmee vervaagt de scoop. Ander gebrek is dat onduidelijk blijft wanneer deze geschiedenis nu begint. Ook krijgt de lezer te weinig kapstokken: erg vaak ontbreken jaartallen. En tegelijkertijd wordt heel wat voorkennis verwacht. Het ‘medische model’, ‘Dennendal’, ‘verdunningsplannen’ en ‘Pet met de Zet’ komen zonder uitleg voorbij. De gemiddelde 18-jarige zal de weg kwijtraken.
Hoofdstuk 4, De Mensen, is zonder meer het sterkst. Daarin gaat de geschiedenis echt leven met getuigenissen van cliënten, verpleegkundigen en een enkele directeur. We lezen hoe verstandelijk gehandicapte meisjes thuis werden gehouden om het huishouden te doen. Dat in instellingen wel eens paratyfus uitbrak. En dat de broeders bij Piusoord tot begin jaren ’70 wel 20 uur per dag werkten. Dát is interessant. Niet het geneuzel over jubileumboeken en fusies. Want wie wil er nu weten dat ‘de Koninklijke Effatha Groep op 1 januari 2009 opnieuw is gefuseerd, met Viataal en Sint Marie, tot de KEGG Vitaal groep, en dat deze groep vanaf 2010 opereert onder de naam Konin-klijke Kentalis’?
Titel Liefdewerk en oud papier
Auteur Christa Carbo en Max Paumen
Uitgever Bohn Stafleu van Loghum
Prijs € 19,50