‘Voor veel andere sociaal werkers is dat een jaloersmakend percentage’, zegt projectleider Els Hofman, die met drie andere onderzoekers van Movisie de monitor uitvoerde. Het cijfer blijkt uit de eindrapportage Monitoring Waakvlamvoorziening Zwijndrecht. Het rapport noemt het als een belangrijke succesfactor: ‘De lifecoach heeft tijd om een luisterend oor te bieden en kan een vertrouwensband opbouwen.’
Waakvlam
Tijdens de tweejarige pilot in Zwijndrecht werkten drie lifecoaches met in totaal veertig cliënten. De coaches werkten samen 72 uur per week. Een lifecoach fungeert als een waakvlam: hij is laagintensief betrokken en gaat uit van de aanwezige zelfredzaamheid. Idealiter is hij er levenslang en levensbreed, en hij schaalt op naar zwaardere hulp of ondersteuning als het nodig is.
Cliënten
De cliënten in de pilot maakten (nog) geen gebruik van zware individuele begeleiding en/of begeleid wonen. Ze waren zeer te spreken over deze nieuwe vorm van cliëntondersteuning. Zo zegt een cliënt: ‘Ik heb zelfs al vriendinnen verteld dat ze ook een lifecoach nodig hebben. We kunnen niet alles alleen en soms loopt de emmer over.’
Verwijzers
Er waren drie soorten verwijzers in de pilot: vanuit het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) en vanuit de gemeente. De twee verwijzende VSO-scholen verwezen hun leerlingen door, meestal in het laatste jaar van de opleiding. Het regionale werkbedrijf en het samenwerkingsverband van de sociale diensten in de Drechtsteden verwees volwassenen door.
Opvallend positief
Het monitoringsonderzoek telde drie meetmomenten: bij aanvang, halverwege en aan het einde van de twee jaar. De onderzoekers spraken steeds met de coaches, met cliënten en met de verwijzers. Op alle drie de momenten waren zij allemaal positief over de pilot. Hofman vond dat met name opvallend voor de tussenmeting: ‘In dit soort trajecten zie je vaak dat het enthousiasme halverwege de looptijd een dip heeft.’
Gelukkig leven
Hofman kan de positieve ervaringen wel plaatsen vanuit haar jarenlange onderzoekswerk bij mensen met een licht verstandelijke beperking. In de zoektocht naar wat hen echt kan helpen om een prettig en gelukkig leven te hebben, tekenden de sleutelwoorden ‘holistisch’ en ‘levenslang’ zich steeds scherper af. ‘Met deze mensen ben je er niet in een traject van twee jaar, zij blijven over het algemeen altijd afhankelijk van ondersteuning.’
Ingaan op wat nodig is
De holistische of levensbrede werkwijze van de lifecoaches komt ook expliciet naar voren als succesfactor in het genoemde eindrapport: ‘Hierdoor kan de lifecoach een goed beeld vormen van wie de cliënt is, welke bejegening bij iemand past en hoe in te gaan op wat er nodig is.’ In deze pilot was er uiteraard geen sprake van levenslange ondersteuning, maar kenmerkend was wel dat de ondersteuning niet gericht was op het vergroten van zelfredzaamheid.
Preventief
Dat is een duidelijk verschil met individuele begeleiding die vanuit de jeugdhulp en de Wmo geboden wordt en die juist wel gericht is op vaardigheden zodat de cliënt na afloop van het traject meer zelfstandig verder kan. Een ander werkzaam element is volgens het rapport de preventieve werking die uitgaat van de lifecoach. Hofman: ‘De lifecoach heeft regelmatig problemen kunnen voorkomen of oplossen. Bijvoorbeeld als mensen op de wachtlijst stonden voor zwaardere hulpverlening.’
Onafhankelijke positie
Hofman is zeer te spreken over de uitkomst in het onderzoek dat de onafhankelijke positie van de lifecoaches positief is uitgepakt. ‘Ze werkten alle drie als zzp’er. Dat zij niet in dienst zijn van een organisatie brengt verschillende voordelen met zich mee. Zij hoeven maar met één belang rekening te houden en dat is het belang van de cliënt.’ In andere constructies speelt ook het belang van de werkgever mee en op de achtergrond vaak het verlengen van de gemeentelijke opdracht.
Naar eigen inzicht
De onderzoekster noemt nog meer voordelen van de ongebondenheid: ‘De lifecoaches zijn niet beperkt tot bepaalde methodieken en ze kunnen hun tijd bovendien naar eigen inzicht verdelen over de cliënten. De ene week twee keer extra contact met een cliënt en daarna misschien een paar weken niet, als de situatie er naar is en de cliënt aangeeft dat het niet nodig is.’
Goed georganiseerd
Hofman benadrukt verder dat het succes van de pilot niet alleen te danken is aan de lifecoaches zelf. ‘De pilot is erg goed georganiseerd. Dat is echt belangrijk: de verwijzers waren bijvoorbeeld goed gekozen, en ook de informatievoorziening vooraf over inhoud en doel was helder. Voor een groot deel was dit te danken aan de bevlogen projectleider die hart en handen krachtig combineert.’
Aandachtspunten
In het rapport worden ook de aandachtspunten bij de pilot genoemd. Bijvoorbeeld dat de verwijzers meer terugkoppeling wensen. Dat komt vaak voort uit persoonlijke betrokkenheid, merkt Hofman. ‘Bijvoorbeeld een docent van het vso die leerlingen heeft doorverwezen. Die heeft zich jarenlang met ziel en zaligheid ingezet voor die jongeren en die vindt het lastig om hen dan los te laten. Die betrokkenheid mag je best honoreren met meer informatie over wat het vervolg heeft opgeleverd.’
Terughoudend
Hofman vindt het heel begrijpelijk dat zo’n docent op de hoogte wil blijven. Maar ze begrijpt het ook als de lifecoaches daar wat terughoudend in zijn, aangezien die hun tijd zo veel mogelijk aan direct cliëntcontact willen besteden. Toch is ze overtuigd van de meerwaarde van informatie over de voortgang naar de verwijzers.
Ambassadeursrol
‘Behalve op het persoonlijke vlak is het ook nuttig voor de toekomst van lifecoaching. Als een verwijzer ziet hoeveel baat zijn voormalige leerling er bij heeft, dan zal hij automatisch een ambassadeursrol op zich nemen.’ Datzelfde geldt ook voor de betrokkenen in de ring rondom de verwijzers heen, zoals wijkteamleden, andere beleidsafdelingen of organisaties die met mensen met een lvb werken. Ervaringsverhalen van cliënten zijn daarvoor een krachtig middel.
Combinatie met collectief
Al met al heeft het onderzoek de waarde van de lifecoach volgens Hofman onomstotelijk aangetoond: ‘Zij kunnen een groot effect hebben op een prettiger en gelukkiger leven, zonder al te veel inspanning.’ Tegelijkertijd is de lifecoach niet dé oplossing, benadrukt ze tot slot: ‘De lifecoach werkt individueel. Daarnaast zijn ook collectieve aanpakken superbelangrijk. Goede ondersteuning betekent dat er op maat geschakeld en gecombineerd kan worden met individueel en collectief aanbod.’
Ook interessant:
Waakvlamvoorziening blijkt stevige steun in rug voor mensen met een lvb | Movisie
Meld je aan: