Tijdens haar studententijd maakte Anne-Fleur schoon bij mensen met een Wmo-indicatie voor hulp in het huishouden. Ze genoot van de kopjes thee en de verhalen die haar werden verteld. Maar bij meneer De Groot kwam ze er niet doorheen, tot ze de woonkamer mocht schoonmaken.
‘Mevrouw De Groot had kanker en zat in een rolstoel. Meneer De Groot had ook iets waardoor hij niet meer in staat was om het huishouden zelf te runnen. Slechte benen of een zwakke rug of zoiets.
Wij waren de vierde hbh-organisatie (hulp bij huishouden) die bij de familie De Groot over de vloer kwam. Ik was hun zesde hulp. Meneer De Groot had ze allemaal weggestuurd omdat ze hun