Peter Faber (80) groeide op als straatschoffie in Amsterdam-Noord. Dat hij toch goed terecht is gekomen, dankt hij aan zijn levenslust, durf en acteertalent. Iets daarvan probeert hij via zijn stichting over te dragen op jongeren en gedetineerden. ‘Iedereen verdient het om te groeien en te bloeien.'
‘Mijn leven begon in Nazi-Duitsland’, vertelt Peter Faber op een mooie herfstochtend in een café in de Amsterdamse binnenstad. Het is een onwaarschijnlijk verhaal, bijna een filmscenario, hoe zijn Nederlandse vader zijn Duitse moeder leerde kennen midden in de oorlog in een schuilkelder in Hamburg. Hij een bakkersknecht die opgroeide in een (Nederlands) pleeggezin dat in Duitsland belandde. Zij, dochter van een nazi-gezinde familie die ze om die reden ontvluchtte.