De moeder van mijn vriend Theo is aan het dementeren. Onlangs werd hij weer gebeld. Of hij haar wilde ophalen bij het gemeentehuis in Houten. Ze wilde zich daar inschrijven voor een nieuwe woning. Kennelijk was haar verhaal zo onsamenhangend, dat de ambtenaar nattigheid rook. Als goede zoon kan je dan slechts zuchten, in de auto stappen en mama weer ophalen.
Ze herkent haar zoon nog wel, gelukkig. Al levert die herkenning vaak een golf van mopperen op. Dat haar dit moet overkomen, en vanochtend wilde een zwarte vrouw haar ook al wassen. Stel je voor: een zwarte vrouw die haar moet verzorgen! Ik dacht altijd dat mijn moeder een moderne, ruimdenkende vrouw was, bekent Theo met het schaamrood op de kaken. Hij constateert dat zijn moeder na al die jaren pas nu een racist blijkt.