Inmiddels zijn we vijf jaar verder. Het programma kende tot dusver vier subsidierondes en een zesde subsidie- ronde staat nu open. ZonMw heeft in juni 2020 de opdracht gekregen om een vervolgprogramma uit te voeren tot en met 2025. Tot nu toe participeren (of hebben geparticipeerd) 111 gemeenten in 59 lopende en/of afgesloten projecten.
Al deze onderzoeks- en ontwikkelprojecten werden uitgevoerd in samenwerking met de lokale praktijk. Zodoende is er een leerproces op gang gebracht tussen onderzoekers en professionals om bepaalde werkwijzen te evalueren op hun resultaten, en werpt dit vruchten af voor de professionalisering van de praktijk.
We concluderen dat het programma aanslaat, veel beweging en enthousiasme teweeg heeft gebracht en ook tot betekenisvolle resultaten leidt. Dit betekent echter niet dat alle projecten goed lopen. Belangrijke risico’s voor dit type projecten zijn: de weerbarstige praktijk, wisselingen in de gemeentelijke top waardoor draagvlak voor onderzoek onvoldoende wordt overgedragen aan een nieuwe wethouder of directeur, te weinig deelnemers die willen meedoen aan een onderzoek (te hoge non-respons) en/of tegenvallende inhoudelijke antwoorden op de onderzoeksvraagstelling op basis van de onderzoeksresultaten (nieuwe aanpak blijkt niet beter te werken). De realistische conclusie is daarom dat er naast successen ook tegenvallers zijn.
Kennisateliers
Verlenging programma
Versnelde participatie en integratie van vluchtelingen: Amsterdam
Onderzoeksvragen
|
De gemeente Amsterdam heeft haar aanpak om vluchtelingen te begeleiden naar werk of opleiding grondig herzien. Doel van de nieuwe aanpak is dat statushouders sneller dan voorheen beginnen aan werk of opleiding en aan inburgering. Zij worden intensief begeleid door een team van gespecialiseerde klantmanagers. Ook zetten de klantmanagers diverse instrumenten in die speciaal ontwikkeld zijn voor de doelgroep vluchtelingen, waaronder een assessment en diverse cursussen gericht op kennismaking met de Nederlandse taal en maatschappij. Is deze Amsterdamse aanpak effectief? En wat zijn belangrijke werkzame bestanddelen van de aanpak?
|
Uitkomsten
|
Het onderzoek laat zien dat vluchtelingen binnen de Amsterdamse aanpak snel starten met de inburgering, deelnemen aan diverse trajecten en intensief worden begeleid richting werk. Vluchtelingen krijgen veel persoonlijke aandacht, en voelen zich gehoord en gesteund door hun klantmanager. Ook komen vluchtelingen in de gemeente Amsterdam vaker dan voorheen, en vaker dan op andere plekken in Nederland, aan het werk. Vluchtelingen werken meestal parttime, om het werk te kunnen combineren met de inburgering. Ook werken ze meestal in een contract voor bepaalde tijd, en relatief vaak in de horeca. Naast deze opbrengsten zijn er ook een aantal aandachtspunten voor de toekomst. Zo stopt de eerste baan van de meeste vluchtelingen binnen een jaar. Dit kan komen door uitval uit de baan, maar kan ook zijn vanwege een overstap naar een andere baan of het starten met een studie. Verder blijft de participatie onder enkele kwetsbare groepen achter, zoals onder vrouwen en Eritreeërs. Dit komt ook uit landelijke onderzoeken naar voren.
|
Implementatie
|
De gemeente Amsterdam heeft de resultaten op verschillende manieren benut. Zo is er nu meer aandacht voor vrouwen, bijvoorbeeld door hun een empowermentcursus aan te bieden. Daarnaast is de begeleidingsperiode verlengd voor diegenen die nog wel inburgeringsplichtig zijn, maar geen uitkering meer hebben. Doordat de statushouder nog steeds met vragen of problemen bij de klantmanager terecht kan, wordt de kans op een duurzaam resultaat vergroot.
|
Links
|
Big data in de gemeentelijke praktijk: Rotterdam
Onderzoeksvragen
|
In dit project is onderzocht of betere, op maat gesneden re-integratietrajecten kunnen worden ontwikkeld met behulp van de ‘big data’ waarover gemeenten, het CBS en andere instellingen beschikken. Daarnaast werden de benodigde voorwaarden onderzocht: zijn er genoeg data van goede kwaliteit? Is het mogelijk om de data zuinig en efficiënt uit te wisselen? Is de privacy van de betrokkenen gewaarborgd? En hoe kunnen met behulp van big data kennisvragen van gemeenten over de effectiviteit van interventies onderzocht worden? Het onderzoek vond plaats in Rotterdam.
|
Uitkomsten
|
Het onderzoek heeft uitgewezen dat bij het doel iemand binnen een of twee jaar aan een baan te helpen, matching aan een baan effectiever dan is pre-matching (eerst vaardigheden versterken). Hierbij zijn de methodische, ethische en organisatorische voorwaarden beschreven voor het gebruik van big data voor dergelijk onderzoek en de gemeentelijke uitvoeringspraktijk. Als onderdeel van het onderzoek voerden de teamleden bijvoorbeeld ‘data-dialogen’ met bijstandsgerechtigden en leden van cliëntraden. Daaruit bleek dat cliënten vooral heel graag willen weten waar de data precies voor worden gebruikt en welk voordeel dat hun oplevert.
De onderzoekers beschreven de kansen, risico’s en (on)mogelijkheden bij het gebruik van big data om de effectiviteit en kwaliteit van gemeentelijke re-integratie te verbeteren. Hiervoor is een aantal concrete aanbevelingen geformuleerd en een werkwijzer voor gemeenten ontwikkeld die relevant is voor beleidsmakers, directie en werkconsulenten. In deze werkwijzer wordt uitgelegd hoe onderzoek met toepassing van big data zodanig kan worden ingericht dat men toe kan werken naar het beantwoorden van betekenisvolle onderzoeksvragen op een manier die aan de wettelijke en ethische overwegingen voldoet.
|
Implementatie
|
De onderzoekers geven een masterclass voor consulenten van de gemeente Rotterdam om de inzichten over te dragen. De gemeente Rotterdam bevordert voortaan actief dat onderzoek en praktijk standaard samenwerken, om zowel het onderzoek als de implementatie van uitkomsten daarvan te verbeteren. ZonMW bekijkt met de betrokken kennisinstellingen of er een soortgelijk onderzoek in een andere gemeente kan worden uitgevoerd.
|
Links
|
Naar een effectieve budgetcursus: Alblasserdam, Dordrecht, Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik-Ido-Ambacht, Houten, IJsselstein, Leerdam, Lingewaal, Lopik, Molenwaard, Nieuwegein, Papendrecht, Sliedrecht, Vianen, Zederik, Zwijndrecht, Zwolle
Onderzoeksvragen
|
Gemeenten hebben de opdracht om mensen met schulden te helpen. De budgetcursus wordt veelvuldig ingezet door gemeenten en maatschappelijke organisaties. De budgetcursus heeft als doel problematische schulden te verminderen dan wel te voorkomen door gedragsverandering te bewerkstelligen. Onbekend is echter of de budgetcursus gezond financieel gedrag bevordert en bijdraagt aan het voorkomen en/of verminderen van problematische schulden. Is een budgetcursus effectief? Zo ja, welke elementen zijn dan effectief? De onderzoekers onderzochten zowel een traditionele budgetcursus waarbij de nadruk meer ligt op de overdracht van kennis en vaardigheden, als een aangepaste cursus waarbij er meer aandacht is voor het handelen van de cursisten in het dagelijks leven.
|
Uitkomsten
|
De onderzoekers concluderen dat de aangepaste budgetcursus positieve effecten heeft op financiële kennis en vaardigheden en op financieel gedrag. Op basis van het huidige onderzoek kan echter niet worden vastgesteld dat de aangepaste cursus effectiever is dan de traditionele cursus. Zowel cursisten van de aangepaste als van de traditionele cursus ervaren meerwaarde van het volgen van de cursus. Over het algemeen zijn cursisten van mening dat zij (meer) financiële vaardigheden hebben na het volgen van de budgetcursus, dat zij beter met geld omgaan en zich er beter toe zetten om hun geldzaken bij te houden. Ook vinden ze dat ze veel tips hebben gekregen om beter met geldzaken om te gaan. Cursisten denken zelf dat ze het meest hebben geleerd van het delen van ervaringen en zelf aan de slag zijn met hun eigen financiën. De cursisten benoemen dat ze van elkaar leren doordat ze herkenning bij elkaar vinden. Een belangrijk minpunt was dat veel mensen niet gemotiveerd zijn om deel te nemen aan dergelijke cursussen. De deelname aan budgetcursussen moet dus vooral verbeterd worden om meer mensen met schulden te kunnen helpen.
|
Implementatie
|
De onderzoekers en betrokken gemeenten gaan verder met de uitkomsten en gaan met name aan de slag om de deelname aan dergelijke cursussen te vergroten en te zorgen dat men deze deelname ook volhoudt.
|
Links
|
Literatuur en verwijzingen
2 Anne Wermers, Femke Bennenbroek en Lissa Hollmann. ‘Wetenschappelijke kennis toepassen was nog nooit zo makkelijk’.Sociaal Bestek juni 2020.
3 Zie diverse artikelen op https://www.divosa.nl/nieuws/verhalen
4 Zie https://publicaties.zonmw.nl/e-magazine-kennisateliers-wat-werkt-in-jouw-praktijk/
6 Anne Wermers, Femke Bennenbroek en Lissa Hollmann. ‘Wetenschappelijke kennis toepassen was nog nooit zo makkelijk’.Sociaal Bestek juni 2020.