Woosh! Ik weet net op tijd te bukken om de rechtse directe van mijn coach te ontwijken. ‘Dekking hoog houwe, hè’, zegt hij met een grijns en op z’n Haags. Hij legt me nog maar eens een keer uit op welke manieren mijn tegenstander me te grazen kan nemen als ik mijn bokshandschoenen te laag laat zakken. Ik knik en kijk serieus. Niet dat ik plannen heb om de ring in te gaan, maar dat durf ik coach nog niet te vertellen.
De combinaties duizelen me: linkse hoek, pad, rechtse directe, duiken, afweren. ‘Heup indraaien! Het is net dansen’, hamert hij door.
We trainen in een garage. Niet omdat het de Rocky Balboa-sfeer ten goede komt, maar omdat de sportschool de coach en zijn opgeschoten pupillen liever zag gaan dan komen. Hij traint vooral jongens die graag hun stoottechniek willen verbeteren. ‘Je weet wel van die gastjes.’ De kicks doen ze maar