Wie in de dikke VWS-begroting naar ‘welzijn’ zoekt komt uit bij het korte hoofdstukje over lokaal beleid. Staatssecretaris Ross wil de eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van burgers stimuleren door vier beleidsinitiatieven: de wet Maatschappelijke Ondersteuning, vrijwilligersbeleid, grotestedenbeleid en de versterking van de informatievoorziening over wat ze ‘de maatschappelijke zorg’ noemt. Tot 2009 begroot de staatssecretaris zo’n 40 miljoen euro voor ondersteuning van lokaal beleid. Ook heeft VWS jaarlijks 110 miljoen euro beschikbaar voor projectsubsidies en een vergelijkbaar bedrag voor instellingssubsidies. Daarnaast investeert VWS tussen 2005 en 2009 jaarlijks 197 miljoen euro in het grotestedenbeleid, waarin regelingen voor maatschappelijke opvang, vrouwenopvang en verslavingszorg opgaan.
Ross zet vol in op de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) die al in 2006 moet ingaan. Zoals bekend worden hierin een deel van de middelen uit de Welzijnswet ondergebracht, evenals een deel van de middelen uit de AWBZ en de gehele Wet Voorzieningen Gehandicapten. Voor de uitvoering van de WMO gaat het kabinet uit van een bedrag van zo´n zes miljard, waarvan drie miljard afkomstig is uit het gemeentefonds voor welzijn. Dit overigens na een bezuiniging op het gemeentefonds van 475 miljoen euro. Om deze uitgaven even in perspectief te plaatsen: voor de zorgsector en het nieuwe zorgstelsel reserveert het ministerie voor 2005 bijna 46 miljard. De term ‘welzijn’ gebruikt VWS nog nauwelijks, het ministerie spreekt liever van ‘maatschappelijke zorg’. Tegelijk plegen andere ministeries forse investeringen op welzijnsterrein: zo heeft Binnenlandse Zaken voor 2005 ruim 333 miljoen euro beschikbaar voor de derde periode van het grotestedenbeleid.
Forse kritiek
De WMO-plannen en gelijktijdige bezuinigingen stuiten op forse kritiek van grote organisaties uit het veld, zoals Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Maatschappelijke Ondernemersgroep. Voor de VNG is het onverkwikkelijk dat de bezuinigingen op de welzijnsmiddelen samenvallen met een gedeeltelijke afschaffing van de onroerende zaak belasting en een mogelijk verbod op het aanspreken van gemeentereserves vanwege Europese begrotingsregels. Tegenover de forse taakverzwaring die de WMO voor gemeenten oplevert, staan hierdoor de komende jaren aanzienlijk minder inkomsten. De VNG heeft daarom het overleg met Ross onlangs gestaakt.
Brancheorganisatie Maatschappelijke Ondernemersgroep wijst de afslanking van het gemeentefonds en afzien van integratie met de bestaande Welzijnswet af. In een reactie op de VWS-begroting schrijft de MOgroep: ‘Welzijnsdiensten die van cruciaal belang zijn voor het slagen van de WMO worden afgestoten. Ondernemers in welzijn kunnen alleen kwalitatief goede diensten aanbieden (…) als hier een toereikend budget voor beschikbaar is.’
Een lokale welzijnsinstelling als Raster Welzijnsgroep in Deventer kijkt al lang niet meer naar uitsluitend naar het beleid van VWS, maar ook naar dat van Binnenlandse Zaken, VROM, Justitie en Onderwijs, vertelt directeur Gerard Faas (zie ook kader). De landelijke regie zoals VWS die in vroegere tijden voerde, ontbreekt nu geheel, stelt Faas. ‘De verschillende regieniveaus zijn onvoldoende afgestemd. Als VWS welzijn helemaal decentraliseert, ontbreekt straks de landelijke coördinatie tussen al die beleidsterreinen. Maar de W van welzijn is inmiddels zo klein geworden, dat het nog maar de vraag is of die in de volgende regeerperiode nog terugkeert.’ Staatssecretaris Ross kondigt in haar beleidsagenda een Visienotitie vrijwilligersbeleid aan. Binnen het programma ‘Lokale Agenda/Meedoen’ – dat in 2005 10,5 miljoen euro mag kosten – trekt ze 4 miljoen uit voor vrijwilligerswerkbeleid. ‘Het is allemaal heel erg mager, ’ vindt Ronald Hetem van Civiq, het landelijk instituut voor de ondersteuning van vrijwillige inzet. ‘Voor ons is het nog tasten in het duister. De nota vrijwilligersbeleid is er nog niet, terwijl de WMO draait om eigen verantwoordelijkheid. Die ontwikkeling wordt in gang gezet, terwijl ze nog niet weten wat ze met het vrijwilligerswerk willen. Er moet bijvoorbeeld snel wat gebeuren aan de wet- en regelgeving voor vrijwilligers, aan al die regels – arboregels, verzekeringen en aansprakelijkheid – die vrijwilligers bij hun werk vaak belemmeren. VWS reserveert vier miljoen voor vrijwilligersbeleid. Verder hoor je mooie woorden als eigen verantwoordelijkheid en meedoen, maar zijn er nog weinig daden van de staatssecretaris.’
Gerard Faas, directeur van de Raster Welzijnsgroep in Deventer, heeft zich eind september nog niet met de Miljoenennota bezig kunnen houden. ‘Prinsjesdag is voor ons al heel lang niet meer het belangrijkste ijkpunt, dat is het lokale beleid. De wet Maatschappelijke Ondersteuning is natuurlijk een majeure ontwikkeling, maar dat is ook een decentralisatie-operatie. We bereiden ons daarop voor omdat in het toekomstige beleid een stevige plek moet blijven voor welzijn. Dat is niet eenvoudig, omdat de zaak bij de samenvoeging van middelen voor AWBZ, WVG en Welzijnswet budgettair uitgeperst wordt.’
Raster is al volop bezig met de voorbereiding van de WMO. ‘Met andere organisaties in wonen, zorg en welzijn willen we dat in Deventer samen richting geven, onze dienstverlening vernieuwen en samen een gesprekspartner zijn voor de gemeente. Bij de herstructurering van een aantal wijken hebben we bijvoorbeeld van corporaties en zorgpartijen als welzijnspartner al een duidelijke rol gekregen. En samen met een zorggroep hebben we bijvoorbeeld een experiment rond sociale zelfredzaamheid voor ouderen.’