Met de overheveling van delen van de AWBZ naar de Wmo en de decentralisatie van de jeugdzorg zal het takenpakket van de sociaal werker breder worden. ‘Professionaliseren is best haalbaar’, vindt Marijke Vos, ‘maar niet van vandaag op morgen. Het welzijnswerk speelt een cruciale rol in alle veranderingen die komen: welzijnswerkers kennen de buurt, het sociale netwerk, de andere maatschappelijke organisaties. Samen met hen kunnen ze de nieuwe groepen met een zwaardere problematiek uit de AWBZ bieden wat nodig is. Dat vertrouwen heb ik.’
Begeleiding
Een pijnlijk punt is echter de bezuinigingen, vindt de voorzitter. ‘De sociaal werker zal zich moeten professionaliseren door middel van scholing en dat kost geld. Door de bezuinigingen wordt dat lastig. Het moet niet zo zijn dat alles over de schutting op het bordje van het welzijnswerk wordt gegooid. Dat de sociaal werker psychische begeleiding moet geven, omdat er geen geld voor een specialist is. Daar maak ik me wel zorgen over.’
Bevlogenheid
Vos vindt het belangrijk dat de sociaal werker de vakbekwaamheid vergroot, trots is op zijn vak en de beroepsidentiteit vergroot. ‘Ik zie veel bevlogenheid onder professionals, maar ze kunnen niet altijd vertellen wat ze hebben bereikt. En dat is juist zo belangrijk om in deze tijden niet wegbezuinigd te worden’, waarschuwt de voorzitter. ‘Leer je verhaal vertellen, wat je doet is een vak en dat kan niet iedereen. Vertel wat je met partners hebt gedaan en wat je rol daarin is geweest en hoe dat bijdraagt aan de maatschappij. Dat is ook een verantwoordelijkheid van de welzijnsorganisaties.’
Kennis
De MOgroep heeft samen met de vakbonden en beroepsverenigingen het Actieprogramma Professionalisering Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening opgesteld. Met dit programma onderkent de hele branche dat er een professionaliseringsslag nodig is het sociale werk. ‘Alle betrokken partijen werken samen om vorm te geven aan een gezamenlijke visie. Er is heel veel kennis in de branche, maar die moet ook toegepast worden en niet op de plank blijven liggen. Ook moeten we n iet overal opnieuw het wiel uitvinden. Met het actieprogramma moeten de algemene ideeën omgezet worden in concrete voorstellen zoals een scholingsplan en samenwerkingsverbanden tussen welzijnsorganisaties in de regio.’
Tijdens het Welzijnsdebat op 10 oktober zal Marijke Vos de award uitreiken aan de Sociaal Werker van het Jaar 2012. De winnaar is die sociaal professional die het verschil maakt en die de toegevoegde waarde van zijn of haar werk zichtbaar maakt. Tijdens het Welzijnsdebat kunt u ook meepraten over de toekomst van de welzijnssector. Onder deskundige begeleiding van dagvoorzitter Pieter Hilhorst, gaat u in gesprek met vakgenoten, hoogleraren en topsprekers vanuit de gehele branche. Kijk hier voor het programma van het Welzijnsdebat >>
Bron: Foto: Paulien de Gaaij
Beste Juul,
ik ben het geheel eens met je reactie, dat we het alleen redden met nauwe samenwerking. Dit is altijd mijn uitgangspunt geweest, ook al lijkt dit niet zo sterk in mijn eerdere reactie.
Ik reageerde naar aanleiding van eerdere reacties en mijn jarenlange frustratie in deze (samenwerken) als ouderenadvsieur. Helaas vaak tegen een muur gelopen, zelfs zorgers deden welzijn er wel even bij, werd niet als een apart specialisme gezien door AWBZ-werkers. Altijd jammer gevonden, immers het gaat erom dat de cliënt zo goed, efficient en effectief geholpen wordt.
Ik ben nog steeds heel erg in voor samenwerking en dat betekent dat welzijnwerk(ers) zich helderder dienen te profileren/duidelijk maken naar partners het belang van hun werk.
Dus mijn excuses dat mijn eerdere reactie jouw reactie teweeg heeft gebracht
de overheveling van ‘awbz taken’ naar de gemeente vergt een gemeenschappelijke inspanning van alle disciplines die in de eerste lijn en in de wijk aan het werk zijn. De sociaal werker speelt daarin een belangrijke rol maar ook de wijkverpleegkundige, eerstelijns ergotherapeut, huisarts, fysiotherapeut, ambulante ggz verpleegkundigen, medewerkers van de woningcorporatie, buurtregisseur enzenz. Ik vind het altijd jammer als een beroepsgroep roept dat ze ‘het best’ zijn uitgerust om een bepaalde taak op zich te nemen. Alleen met nauwe samenwerking gaan we t redden!
Ik ben het geheel met bov enstaand artikel eens plus het commentaar van Corrie.
Welzijnswerkers zijn de smeerolie van de kanteling, maar hebben wel tijd, scholing e.d. nodig om hun professie enigszins nieuwe invulling te kunnen geven en zich goed te profileren. Dit is wel belangrijk, zoals ook weer blijkt uit de reaties van martijn (zorgers zijn hele andere werkers dan welzijnwerkers, die kun je niet vevanger door AWBZ-werkers!) en Jeanet. Wel goede tip om ABWZ werkers/organisaties nauw te betrekken bij deze verandering.
Zo grappig!
“De sociaal werker zal zich moeten professionaliseren door middel van scholing en dat kost geld. Door de bezuinigingen wordt dat lastig.”
Wil je participatie vanuit de professionals, dan moet je hen vooral mee laten debatteren. Niet over maar met hen debatteren. Maar heb je gezien hoeveel deelname aan het welzijnsdebat kost????
Te komisch voor woorden!
Of neem de werknemers over van de AWBZ instelling. dan heb je de kennis ook.
Geen echt probleem.
AWBZ organisaties beschikken bij uitstek over medewerkers met kennis van zaken m.b.t. de bijzondere doelgroepen. Betrek deze mensen bij de uitvoering van de begeleiding die naar de gemeenten overgeheveld gaat worden. M.a.w. gemeenten haal de AWBZ organisaties naar je toe!