Restaurant Fifteen, koeriersbedrijf Valid Express, restaurant Freud, hotel
Philadelphia en brouwerij De Praal. Dat zijn voorbeelden van sociale
ondernemingen zoals Mechtild van den Hombergh ze graag ziet.
‘Goede projecten vind ik initiatieven met veel activiteiten, goede
rolmodellen en mensen die zelf de schouders eronder zetten. Ik ben erg voor
sociaal ondernemerschap, daar ben ik dol op. Gewoon met mensen met een handicap
een lunchroom runnen, een restaurant of een hotel. Mensen moeten gewoon mee
kunnen doen.’
FragmentatieMechtild van den Hombergh praat direct en
enthousiast over haar werk bij Stichting DOEN. Want voor sociale fondsen in
Nederland is nog genoeg te doen. ‘Onze samenleving fragmenteert, er is
segregatie tussen bevolkingsgroepen. Ik vind het niet erg dat groepen
Marokkanen, Surinamers of Ghanezen bij elkaar wonen.’
‘Maar het is wel goed dat ze elkaar af en toe ontmoeten, begrijpen of
aanvoelen. Dat ze op een positieve manier met elkaar geconfronteerd worden. Dat
wil DOEN graag financieren, bijvoorbeeld via Community Art-projecten die een
hele wijk op de been krijgen met behulp van culturele activiteiten’, aldus Van
den Hombergh.
‘Maar initiatieven op het gebied van sociale cohesie zijn vaak versnipperd
en de duurzaamheid ervan valt soms tegen. De maatschappij heeft ook een groot
deel van de sociale infrastructuur afgeschaft. Het zijn bijna cliché’s: kerken,
buurtcentra en veel opbouwwerkers zijn verdwenen en daardoor staat ook de
samenhang in de maatschappij onder druk.’
Duurzame initiatievenStichting DOEN is het fonds van
drie goededoelenloterijen: de Nationale Postcode Loterij, de BankGiro Loterij en
de SponsorBingo Loterij. Jaarlijks besteedt het fonds zo’n 32 miljoen euro aan
duurzame initiatieven op het gebied van mensenrechten,
ontwikkelingssamenwerking, natuur en milieu, cultuur, welzijn en sociale
cohesie. Het budget voor welzijn en sociale cohesie omvat een kleine 4 miljoen
euro.
Aan afzonderlijke initiatieven op deze terreinen keert Stichting DOEN
gemiddeld 50.000 euro uit. Hierdoor hebben de programmamanagers hun handen vol
aan het verantwoord besteden van het geld, schetst Van den Hombergh. ‘We hebben
op dat gebied jaarlijks ongeveer vijftig tot zeventig projecten. Daarbij kiezen
we steeds vaker voor meerjarige initiatieven, omdat we ons willen onderscheiden
van andere financiers. Maar organisaties die meerjarig echt grote bedragen
kunnen ontvangen, zijn er niet zo veel.’
U bedoelt dat u geen grote bedragen kunt investeren in de
welzijnssector? Hoezo?‘Fondsen als Stichting DOEN willen graag grote
projecten opzetten. In een versnipperd landschap als de welzijnssector krijg je
niet zomaar 4 miljoen euro weggezet. De meeste instellingen willen eerst een
pilotproject en zijn vaak heel lokaal en niet landelijk gericht. Pas bij
gebleken succes kun je het landelijk uitrollen.’
Het geld goed besteden is überhaupt niet gemakkelijk, aldus Van den
Hombergh. ‘Neem de BurgemeestersPrijs die we jaarlijks toekennen. Daarvoor
bestond dit jaar weinig animo. In totaal 443 burgemeesters konden binnen drie
maanden een project indienen op het gebied van deradicalisering, maar we kregen
slechts vijf voorstellen binnen. Te weinig om de prijs door te laten gaan. En
dat terwijl ze er 50.000 euro mee konden winnen!’
‘De gemeenten doen natuurlijk al veel en hebben daarvoor ook veel geld. Ze
kregen onlangs bijvoorbeeld 28 miljoen van minister Ter Horst voor het tegengaan
van radicalisering. Maar ik denk dat er weinig creativiteit bestaat rond een
thema als deredacalisering.’
Lees het hele artikel in Zorg + Welzijn Magazine nummer 11, 7
november 2007