Juist omdat we denken dat het ‘anders-zijn’ in de maatschappij ‘best wel’ geaccepteerd is, hebben we weinig oog voor de problemen die mensen die anders zijn toch tegenkomen, stelt Maurits Boote van Kenniscentrum MOVISIE. Lesbo’s, Homo, Biseksuelen en Transgenders krijgen negatieve reacties en worden gepest. Bovendien is de samenleving niet op LHBT-ers ingericht. Instanties gaan er bijvoorbeeld toch nog vaak automatisch van uit dat een getrouwd koppel bestaat uit een man en een vrouw. Ook staan ze er bijna nooit bij stil dat de geregistreerde sekse niet overeen kan komen met de identiteit van de persoon, zoals bij transgenders het geval kan zijn.
Verliefd
Wanneer LHBT’ers hulp nodig hebben, ervaren zij een behoorlijke drempel om over hun geaardheid te beginnen, meent Boote. ‘Zij vragen zich af: Begrijpt die hulpverlener mij wel?’ Dan helpt het niet wanneer een sociaal werker aan een meisje vraagt: Heb je een vriend? Er is dan een grote kans dat dit meisje haar seksuele voorkeur verzwijgt voor de hulpverlener. ‘Vraag dan liever: Ben je wel eens verliefd geweest? Of: Heb je een relatie?’ Een andere advies is: ga mee in de zelfbenoeming van de cliënt. ‘Wanneer iemand nog onzeker is en zegt misschien ook op jongens te vallen, zeg dan niet meteen: je bent homo. Benoem het als “je zegt misschien ook op jongens te vallen”‘, legt Boote uit.
Geheimhouding
In het boekje staat onder meer informatie over hoeveel mensen er homo, lesbisch, bi of transgender zijn, waar je mee te maken krijgt als LHBT’er en wat kan je als sociaal werker kunt doen voor LHBT’ers. De informatie in het boekje is gebaseerd op wetenschappelijke literatuur en veel praktische tips zijn over de jaren heen verzameld in de verschillende projecten van MOVISIE. ‘We hebben ook jongeren gevraagd welke negatieve ervaringen zij hebben gehad met hulpverleners’, zegt Boote. ‘Zo blijkt dat zij weinig weten van de geheimhoudingsplicht. Ook stellen sommige hulpverleners dat deze groep geen bijzondere aandacht nodig heeft. Terwijl het goed is LHBT’ers te ondersteunen in hun netwerk: laat ze kennismaken met mensen die hetzelfde meemaken.’
Intake
Een voorbeeld in het boek van hoe het niet moet, is dat van een intakegesprek van een transvrouw bij het maatschappelijk werk. De intaker zegt: ‘Dus ik begrijp dat u als jongen bent geboren maar nu een vrouw bent?’ Cliënt: ‘Dat klopt’. Intaker:’Zo dat is wat zeg. Wanneer bent u omgebouwd?’ Cliënt: ‘U bedoelt wanneer ik geopereerd ben?’ Allereerst is een term als ‘ombouwen’ zeer onrespectvol en beledigend. Daarnaast is de vraag of het passend is om al aan het begin van een contact dergelijke persoonlijke vragen te stellen. Een beter alternatief is dat de intaker zegt: ‘Wat wilt u vertellen over hoe dat proces is gegaan?’ Dan voelt de cliënt zich veilig om te vertellen wat zij wil.
‘Kijk jij al door een roze bril’ is vanaf 19 april gratis te downloaden op www.movisie.nl