Mentoring is geen therapie, het is geen hulpverlening en geen maatschappelijk werk. Maar mentorprojecten kunnen wél iets betekenen in de lokale jeugdzorg, vindt het Verwey-Jonker Instituut. ‘Want mentoren denken in de kracht en kansen van jongeren en versterken die door gewoon contact.’ In een mentorproject worden vrijwilligers aan kinderen en jongeren gekoppeld die tijdelijk een steuntje in de rug kunnen gebruiken. Jongeren die bijvoorbeeld vastlopen op school, werk of in hun gezin.
Door te spreken met sleutelfiguren bij jeugdzorgorganisaties, ambtenaren en organisaties die veel met mentoren werken, heeft het Verwey-Jonker Instituut een aantal tips opgesteld:
1. Maak de stap weloverwogen
Een samenwerking met jeugdzorg zal tijd kosten, het heeft alleen zin om er aan te beginnen als het mentorproject er energie en menskracht voor uittrek. Overhaast deze stap dus niet en bedenk hoeveel tijd en zin er is om het nieuwe domein van de jeugdzorg te verkennen.
2. Verdiep je in de Jeugdzorg
Staan jullie open voor samenwerking met de gemeente of jeugdhulpverlening? Verdiep je dan in de preventie en aanpak van problemen rond jeugd en gezin. Bedenk waar jullie een rol willen spelen en maak je dan bekend bij de lokale spelers. Geef presentaties en neem enthousiaste mentoren en mentees mee die kunnen vertellen over het project.
3. Ga op zoek naar partners
Maak iemand vrij om op zoek te gaan naar partners om mee samen te werken. Zo’n taak moet niet zomaar bovenop de werkzaamheden die er al zijn terecht komen. Kies je ervoor om af te wachten tot anderen jou benaderen, zorg er dan voor dat er iemand is die deze potentiële relaties goed beheert.
4. Laat je horen bij de gemeente en het wijkteam
Maak een afspraak met een ambtenaar en maak duidelijk dat mentoring aansluit op eigen kracht en het belang van het eigen netwerk. Vertel hoe belangrijk vrijwilligers en rolmodellen zijn voor bepaalde doelgroepen. Het is ook belangrijk dat het wijkteam jullie weet te vinden.
5. Maak duidelijk wat wel of niet haalbaar is
Iedere organisatie heeft haar eigen manier van werken en haar eigen waarden. Weet bij welke organisatie, doelgroep, problematiek mentoring wel of niet werkt. Heb je een partner op het oog, proef dan de cultuur op de werkvloer en maak duidelijk waar mentoring over gaat en wat wel of niet haalbaar is.
6. Weet welke thema’s gevoelig liggen
In de jeugdzorg liggen thema’s als transparantie en de preventie van seksueel misbruik gevoelig. Laat weten hoe deze thema’s spelen voor het mentorproject en geef een concreet voorbeeld hoe de samenwerking rond deze gevoeligheden zou gaan.
7. Begin met een pilot
Ga je samenwerken, maak dan concrete plannen voor een pilot. Werk een samenwerkingsconstructie uit: bepaal de grenzen tussen betaald en onbetaald werk, de werkzaamheden en wie welke verantwoordelijkheden draagt.
8. Leer van de samenwerking
Denk van te voren na over het effect dat je beoogt met de samenwerking. Waar let je op om succes en falen te kunnen vaststellen? Evalueer het proces, ook met de mentoren en mentees en beslis hoe je verder wilt.
De foto bij dit artikel dient ter illustratie. De personen op de foto doen niet mee aan een mentorproject.
