Het lukt 86% van de meer dan 1000 onderzochte personen met een psychotische aandoening niet om maatschappelijk te herstellen. Zij houden problemen op het gebied van wonen en zelfzorg, werken, opleiding of zinvolle dagbesteding en sociale contacten. Dat stelde hoogleraar Stynke Castelein tijdens haar oratie aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Ernstige psychische aandoening
Casteleins gaat onderzoek doen naar de mogelijkheden voor maatschappelijk herstel van deze groep psychiatrische patiënten. Nederland telde in 2013 zo’n 281.000 mensen met ernstige psychische aandoeningen – epa. De grote meerderheid heeft een psychotische stoornis, ongeveer 60%. Tien procent heeft een verslavingsprobleem en 30% heeft diverse diagnoses als ernstige depressie, angststoornis, persoonlijkheidsstoornis dan wel autisme. Vaak hebben mensen ook meerdere diagnoses tegelijk.
Psychisch herstel
Is het algemeen maatschappelijk herstel een groot probleem voor mensen met een epa, er zijn twee herstelmogelijkheden die wel goede uitkomsten laten zien. In de eerste plaats laat de helft van de onderzochte personen met een psychotische aandoening vermindering van de psychische klachten zien. In de tweede plaats gaat het persoonlijk herstel – het terugvinden van een psychische balans – ook goed: 80% herstelt.
Uit Z+W magazine:
Waarom het aantal verwarde personen blijft stijgen. Het lijkt logisch. Wie wat wil doen aan de toename van de mensen die verward op straat belanden, voorkomt dat mensen überhaupt zo verward raken. Maar dat gebeurt weinig. ‘Eerlijk gezegd is er de afgelopen vijf jaar niets verbeterd.’ Lees dit premium magazine-artikel>>
Verschil maken
Volgens hoogleraar Casteleins is een ‘brede herstelbenadering’ nodig om herstel van mensen met een epa te bevorderen. ‘Er moet aandacht zijn voor symptomatisch, maatschappelijk én persoonlijk herstel. Want alleen als je al die terreinen tegelijk aanpakt, kun je écht verschil maken in het leven van mensen met ernstige psychische aandoeningen.
Verbetering klachten
De hoogleraar pleit er voor om meer nadruk te leggen op factoren die zorgen voor verbetering van klachten. Casteleins: ‘We kijken veel naar beperkende factoren en maar weinig naar bevorderende factoren, terwijl dat juist zo belangrijk is. Zo weten wij uit onderzoek dat iemand met een sociaal netwerk en met voldoende steun op de lange termijn veel beter herstelt, zowel symptomatisch als maatschappelijk.’
Sociaal netwerk
De onderzoeksgroep van Casteleins zet sterk in op het sociaal netwerk als een belangrijke factor bij herstel. Het kan gaan om contact met lotgenoten, maar ook om contact met naastbetrokkenen. Een voorbeeld is het ‘Hospitality-project’, dat inzet op het versterken van iemands netwerk door contact te hebben met lotgenoten in de thuissituatie. Door voor elkaar te koken en met elkaar te eten worden er allerlei vaardigheden getraind en actief ervaringen met elkaar gedeeld.
Ik verwachtte een succesverhaal: ‘Bijna één op de tien patiënten met een ernstige psychotische aandoening lukt het niet om volwaardig mee te doen in de maatschappij.’ Dat impliceert dat 90% van deze patiënten daar wél in slaagt.
Verder lezend blijkt dat het 86% van deze groep er niet lukt om maatschappelijk te herstellen. Kleine tekstwijziging in de eerste alinea?