Op woensdagavond 26 maart vond het tweede deel van het plenaire debat over de Wet Verbetering Beschikbaarheid Jeugdzorg plaats. Dit debat werd opgesplitst in twee delen, omdat er kort voor het eerste debat nog twintig ingrijpende amendementen werden ingediend. Het doel? Een hervormde wet, tijdige en passende hulp aan kwetsbare kinderen en gezinnen in alle Nederlandse gemeenten en een einde aan de versnippering van de jeugdzorg. De discussie stond opnieuw in het teken van de balans tussen urgentie en zorgvuldigheid, net als in het eerste debatdeel.
Brief met zorgen
Samenwerkende organisaties van cliënten, naasten, zorgverleners en instellingen hebben opnieuw – net als voorafgaand aan het eerste debat – een brief gestuurd, waarin ze hun bezorgdheid uiten. Zij wijzen erop dat verschillende ingediende amendementen een ingrijpende herziening betekenen van afspraken die juist tot stand kwamen na jarenlang overleg tussen overheden en de driehoek. Met name wijzigingen rondom regionale samenwerking en zorginkoop dreigen het draagvlak voor de wet te ondermijnen.
Ook staatssecretaris Karremans deelt deze zorgen. In zijn officiële reactie op de amendementen liet hij weten dat bepaalde voorstellen ‘ernstig ontraden’ worden. Binnenlands Bestuur publiceerde hierover een uitgebreid artikel.
Betere hulp voor meest kwetsbare jongeren
Volgens Karremans is een nieuwe wet hard nodig, omdat te veel jongeren te lang wachten op specialistische jeugdzorg. Dit wetsvoorstel moet dat veranderen door gemeenten te verplichten om regionaal samen te werken bij de inkoop van specialistische jeugdhulp. Op deze manier verwachten ze versnippering tegen te gaan. Dit zou zorgen voor snellere, passendere hulp.