Frank van IJzerloo, Constant Hijzen en Clara Pels – Veel jongeren kampen met meerdere problemen. Ze vallen uit op school, hebben verslavingsproblemen, durven of kunnen niet naar huis, hebben vastgezeten, zijn geconfronteerd met misbruik of mishandeling, missen een dak boven hun hoofd, zitten met schulden, enzovoort. Hun problematiek is vaak een samenstelling van problemen op meerdere domeinen (zorg, wonen, werk, welzijn, onderwijs en justitie).
Meerdere problemen betekent in Nederland meerdere instanties. Alle jongeren die met meerdere problemen tegelijk kampen, hebben met een veelheid van instellingen te maken. Soms met wel meer dan twintig en regie ontbreekt. Anderzijds komt het ook voor dat ze bij geen enkele instelling op de kaart staan, omdat ze een uitzondering vormen op bestaand beleid en bestaande regels. Ze behoren niet tot de bestaande doelgroepen van beleid. Ze willen wel worden geholpen, maar voldoen niet aan de geldende criteria. Ze zijn te oud voor de jeugdzorg, te jong voor een uitkering, te arm voor een woning, niet gekwalificeerd voor een leerwerktraject, en ga zo maar door.
Nu is het natuurlijk niet zo dat hulpverleningsorganisaties hun werk niet goed doen, integendeel. De organisaties zijn bedreven in het aanpakken van de problemen waarin zij gespecialiseerd zijn. Maar hulpverleners letten vooral op zaken waar zij zelf wat aan kunnen doen. Onbedoeld ontstaat er dus een selectiebeleid: alleen de kansrijke doelgroepen komen in aanmerking voor hulpverleningstrajecten.
Maatwerk
Het huidige apparaat van hulpverlening is daarom niet adequaat. Er is maatwerk nodig om te voorkomen dat het huidige systeem met al zijn tekortkomingen permanent kansloze jongeren produceert. Dit is – zeker gezien de ronduit moeilijke doelgroep – geen eenvoudige taak. Toch zijn er lokale initiatieven om jongeren die nergens terecht kunnen, nog een nieuwe kans te bieden. Het MKB Netwerkproject in Leiden is zo’n initiatief.
Het MKB Netwerkproject richt zich op jongeren die door andere hulpverlenende instanties zijn opgegeven of onvoldoende worden geholpen. Doel van het project is om jongeren die tussen wal en schip vallen, te koppelen aan volwassenen die ze kunnen helpen. Het gaat om jongeren die kampen met meerdere problemen die ze, om wat voor reden dan ook, niet zelf kunnen oplossen. Deze jongeren hebben op het moment dat ze binnenkomen geen werk en gaan niet naar school. Daarnaast gaat het om volwassenen die in termen van een netwerk iets te bieden hebben aan deze jongeren. Dit gaat niet altijd meteen om een baan of opleiding, maar om de eerste kleine stap in die richting.
Die koppeling vindt plaats tijdens netwerkavonden, waar jongeren zich presenteren en volwassenen aan kunnen geven waarmee ze de jongeren kunnen helpen. Dat kan bijvoorbeeld door ze te helpen met hun schulden of schoolkeuze, of door ze een baan(tje) te bieden. Jongeren geven aan wat ze nodig hebben en volwassenen spelen daar op in.
De samenstelling van de deelnemers – jongeren en volwassenen – ontstaat spontaan. De jongeren kunnen zich aanmelden, evenals de volwassenen. Om geen druk op de avond te leggen vindt vooraf geen ‘matching’ plaats tussen eventuele ambities van de jongeren en het netwerk van de volwassenen. Ook zijn werkgevers die vacatures willen opvullen niet welkom, de netwerkavond is immers geen veredelde banenmarkt. Voor volwassenen ligt de motivatie voor deelname in de mogelijkheid om jongeren te helpen.
Tijdens de avond vertellen de jongeren kort over hun ambities. Vervolgens geven ze aan waar ze op dat moment hulp bij nodig hebben, hoe moeilijk dat soms ook is. Daarna bestaat er voor de volwassenen de mogelijkheid om vragen te stellen, waarbij het expliciet verboden is ‘met het vingertje te zwaaien’. Uiteindelijk is het de bedoeling dat de volwassenen hun netwerk gebruiken om de jongeren hulp te bieden bij het zetten van een eerste stap naar school of werk.
Waarom werkt het?
In principe is elke jongere met problemen welkom bij het MKB Netwerkproject. De duur van de hulp staat niet van tevoren vast. Er zijn geen regels, wachtlijsten, formulieren of procedures waardoor de drempel om deel te nemen laag is. De initiatiefnemers werken samen met andere organisaties als dat nodig is om een jongere te helpen. De jongere blijft echter altijd centraal staan en bepaalt zelf wat hij of zij nodig heeft. Dat is geen kwestie van ‘u vraagt, wij draaien’, maar eenvoudigweg het serieus nemen van de jongere. Aansluiten bij de motivatie van de jongere zelf vergroot de kans op succes.
Twee begeleiders met een brede ervaring leiden het project. Ze kennen het veld en slagen erin om sociaal kapitaal te mobiliseren. Volwassenen stellen over het algemeen graag hun netwerk voor korte tijd beschikbaar aan de jongeren. Daarnaast werken de begeleiders met één pot geld: de gelden zijn niet geoormerkt voor bepaalde doeleinden. Dit biedt de mogelijkheid om direct hulp in te schakelen als dat nodig is.
Ten slotte is het project informeel van karakter. Er is geen kantoor, er zijn geen procedures, formulieren en wachtlijsten. Jongeren kunnen komen en gaan. Ook de inzet van het netwerk van mensen die willen helpen is volledig vrijwillig. Deze informaliteit bevordert de creativiteit en daarmee de mogelijkheid dat er spontaan oplossingen ontstaan.
Resultaten
Het MKB Netwerkproject hanteert een onorthodoxe, succesvolle methode. De meeste van de jongeren zijn na een netwerkavond in ieder geval een stap verder. Ruim de helft van de deelnemende jongeren vindt een werkplek of gaat weer naar school. Gezien de doelgroep zijn dit indrukwekkende resultaten.
Het project voorziet duidelijk in een behoefte waar het hulp aan jongeren met meerdere problemen betreft. De werkwijze van het project is breed toepasbaar en verdient navolging in de rest van het land.
Frank van IJzerloo werkt bij onderzoeks- en adviesbureau Zenc. Hij maakt tevens deel uit van de Kafkabrigade.
Constant Hijzen werkt bij Stichting Nederland Kennisland als onderzoeker en adviseur op het thema ‘Slimme Overheid’. Ook hij is één van de onderzoekers van de Kafkabrigade.
Clara Pels is een van de initiatiefnemers van het MKB Netwerkproject. Zij werkt als zelfstandig adviseur jeugdzorg en welzijn.