‘Een opbouw van financiële reserves bij zorgorganisaties acht ik
vanzelfsprekend’, schrijft Ross aan de Kamer. ‘Een ondernemende opstelling en
meer cliëntgerichtheid van instellingen zijn van groot belang voor de
verbetering van de kwaliteit van de bedrijfsvoering en de zorg.’
Het nemen van risico’s hoort daar bij, vindt Ross. De staatssecretaris
krijgt bijval van tal van zorgdirecteuren. Allen vinden zij de opbouw van een
eigen vermogen voor zorginstellingen noodzakelijk. Niet alleen om financiële
tegenvallers te kunnen opvangen, maar ook voor de noodzakelijke
zorgvernieuwing.
Philadelphia, organisatie voor gehandicaptenzorg, is een van de blikvangers
in de Netwerk-uitzending. Enfant terrible van het Nederlandse bedrijfsleven en
bedrijfsanalist Pieter Lakeman wordt op de Philadelphia-jaarcijfers losgelaten
en weet te melden dat de zorgorganisatie 1,5 miljoen euro ‘winst’ heeft gemaakt,
die is toegevoegd aan het eigen vermogen.
Volgens Philadelphia-bestuursvoorzitter Frits Brink is Lakeman met deze
uitspraak totaal voorbij gegaan aan de marktwerking die in de AWBZ is ingevoerd.
Brink wijst erop dat tegenwoordig nieuwe instellingen in een werkgebied kunnen
worden toegelaten, de contracteerplicht is afgeschaft en zorgkantoren en
gemeenten volop bezig zijn met aanbestedingsprocedures. Met alle
bedrijfsrisico’s van dien.
Volgens de bestuursvoorzitter is een reservepotje dan ook noodzakelijk om
plotselinge veranderingen in de zorgvraag van cliënten en de soms ontoereikende
financiering vanuit de AWBZ te kunnen opvangen. Ook heeft vijftien procent van
zijn cliënten een persoonsgebonden budget (PGB), wat met een opzegtermijn van
twee maanden kan worden opgezegd. Bij Philadelphia staat jaarlijks voor tien
miljoen euro aan PGB-geld uit, voor de inning van dit bedrag moet echter voor
twee miljoen aan aanmaningen worden verstuurd.
Het gehele artikel is te lezen in Zorg + Welzijn Magazine 2,
februari 2007. Drie maanden na publicatie wordt het op de website
geplaatst.