Bert Brands, voorzitter Vereniging van sociale
advocaten Nederland: ‘Wij zijn erg ongelukkig met deze plannen. Nu al
is het zeer de vraag of mensen met een kleine beurs in juridisch opzicht
voldoende geholpen worden. Als dit doorgaat, dan is het zeker dat dat niet geval
is. Hiermee wordt een stelsel van juridisch bijstand, dat in twintig jaar
opgebouwd is, gewoon weggegooid. Je kunt natuurlijk zeggen dat wij hierdoor meer
werk krijgen. Maar we zitten al jarenlang bomvol. Het probleem waar we in de
sociale advocatuur mee zitten, is dat we vergrijzen, dat er nauwelijks nieuwe
aanwas is en dat mensen afhaken. Als je bedenkt dat het tarief in de commerciële
advocatuur minstens 170 euro is, dan is wat wij krijgen gewoon veel te laag. Wij
pleiten voor prikkels die ons werk aantrekkelijk maken. In plaats daarvan komt
Donner met maatregelen die advocaten eerder doet besluiten om dit werk niet te
doen.’
Ineke Woudenberg, ambtelijk secretaris Vereniging voor
Rechtshulp: ‘Donner zegt dat hij zich baseert op de adviezen van de
commissie-Ouwerkerk. Maar die heeft juist voorgesteld om de publieke functie van
de rechtsbijstand steviger neer te zetten. Veel mensen kennen de Bureaus
Rechtshulp niet en maken er dus ten onrechte geen gebruik van. Ons voorstel is
om de eerstelijnsrechtshulp juist te versterken in plaats van die in te krimpen.
Wij voorzien dat een heleboel cliënten, vanwege de hogere kosten, niet
doorstromen naar de advocatuur. Zij vallen letterlijk tussen wal en schip van de
rechtshulp. De verhoging van het tarief van sociale advocaten steunen we, temeer
omdat het een uitstervend ras aan het worden is. Maar de kosten daarvan mogen
niet afgeschoven worden op de cliënten. Wij komen op voor de onderkant van de
maatschappij, zeker in een tijd dat het economisch slechter gaat. Dat vertaalt
zich meteen in volle wachtkamers bij de Bureaus Rechtshulp.’
Cisca Joldersma, CDA-Kamerlid: ‘Het CDA is ervoor dat het
tarief voor de sociale advocaten omhoog gaat. Maar met de minister vinden we dat
dat binnen de huidige begroting van 330 miljoen opgelost moet worden. Wat de
eigen bijdrage betreft, denken we dat het beter is om de laagste inkomens te
sparen en voor hen de eigen bijdrage op het oude niveau te houden. Ten aanzien
van het stelsel vinden we dat de discussie nu langzamerhand afgerond moet
worden. De enige vraag die wij nog hebben, is wat we aan moeten met het
schemergebied tussen het loket en waar je een advocaat voor nodig hebt.’
Wiebe Alkema, woordvoerder Justitie: ‘Waarom het aantal
loketten omlaag gaat? Omdat wij inschatten dat er door de informatietechnologie
minder vestigingen nodig zullen zijn. Bovendien is ons gebleken dat in het
huidige systeem van Bureaus Rechtshulp al een herschikking van de vestigingen
mogelijk was. Nogmaals, dit is de inschatting die we nu maken. Eerst moeten we
nog het debat in de Tweede Kamer voeren, en daarna gaan we dit plan pas concreet
invullen.’
Kees van Mil, sociaal raadsman: ‘De bedoeling was dat het
nieuwe stelsel drempelverlagend zou werken. Maar ik ben bang dat het eerder
drempelverhogend uitpakt. Dertig loketten is natuurlijk veel te weinig om
landelijk dekkend te zijn. Daaraan wil men tegemoet komen door er een virtueel
loket aan te plakken. Maar onze ervaring is dat juist deze doelgroep, de mensen
met lage inkomens, daar helemaal geen gebruik van maakt, mede door gebrek aan
kennis en vaardigheden. Ook de advocatuur zit absoluut niet te wachten op deze
klanten. Dat soort werk is voor hen nauwelijks lonend. Bovendien zal de
verhoging van de eigen bijdrage ook weinig mensen motiveren. Met als gevolg dat
het vangnet dat wij als raadslieden vormen helemaal zal dichtslibben. Want we
zitten al hartstikke vol. Alles bij elkaar genomen is dit plan een enorme
verschraling van de rechtshulp, met name voor de laagst betaalden.’
Mieke van den Burg, voorzitter Vereniging Rechtshulporganisaties
Nederland: ‘Ons uitgangspunt is dat door een wijziging van het stelsel
de rechtshulp en de toegang daartoe niet in gevaar mogen komen. De minister
heeft die wijziging natuurlijk niet voor niets voorgesteld. Het liep allemaal
niet zoals het zou moeten. De medewerkers denken dat de voorstellen een
verslechtering inhouden. Wij als bestuur zijn nog niet zover. Wij willen eerst
goed onderzoeken wat de consequenties zijn voor zowel de vraag om rechtshulp als
het aanbod. Als mocht blijken dat de plannen slecht uitpakken, dan zullen we
onze kritiek uiteraard aan de Tweede Kamer en de minister melden.’/ Marty PN van
Kerkhof