In de beleving van Jan Joost Meijs, directeur van Gezondheidscentrum de Roerdomp in Nieuwegein, verkeren veel van zijn patiënten in een vicieuze cirkel. De bewoners in de wijk Doorslag worden steeds eenzamer. Tegelijkertijd komen zij regelmatig bij hem met klachten die niet verholpen kunnen worden door medicijnen. Vaak worden die klachten namelijk in stand gehouden door hun sociale of psychische problemen zoals slaaptekort, weinig sociale contacten of te weinig ruimte voor ontspanning. Om deze mensen werkelijk verder te helpen, besloot hij samenwerking te zoeken met de Stichting Welzijn Nieuwegein. Op die manier wil hij hen graag meer bieden dan alleen medicijnen of een doorverwijzing naar de geestelijke gezondheidszorg.
Dankzij dit vernieuwende initiatief worden in Nieuwegein nu met name patiënten met psychosociale klachten verwezen naar het welzijnswerk om daar deel te nemen aan een cursus ‘Beter slapen’, ‘Positief denken’ of ‘Bewegen voor ouderen’ om klachten door bijvoorbeeld stress of eenzaamheid te verminderen.
Aparte werelden
Om de kloof tussen de eerstelijn en het welzijnswerk te overbruggen, werd een beroep gedaan op het Trimbos-instituut. In een kortdurend traject bracht het instituut in kaart in hoeverre de nieuwe partners op de hoogte zijn van elkaars werk. Daarnaast adviseerde ze ook welke interventies het beste kunnen worden ingezet om mensen met psychosociale klachten verder te helpen.
De eerstelijn en het welzijnswerk blijken graag toenadering te zoeken maar tegelijk weten nauwelijks van elkaar wat ze doen. Het zijn twee aparte werelden. Begrijpelijk, want medewerkers van het gezondheidscentrum zijn vooral bezig met ziekte en zorg, terwijl de focus van welzijnswerkers vooral op de sociale omgeving ligt. Hierdoor hebben de medewerkers van het gezondheidscentrum vaak geen goed beeld van de welzijnsactiviteiten die in de buurt worden aangeboden. Evenmin weten zij welke patiënten daar geschikt voor zouden zijn en op welke resultaten zij kunnen rekenen door hen aan deze activiteiten te laten deelnemen. Dat zijn echter belangrijke voorwaarden voor een succesvolle samenwerking tussen het gezondheidscentrum en het welzijnswerk.
De samenwerking tussen zorg- en welzijnsorganisaties is een belangrijke stap vooruit. Uit onderzoek blijkt namelijk keer op keer dat de leefomgeving en de leefstijl veel invloed hebben op de gezondheid. Deze kennis dringt steeds verder door in de gezondheidszorg. Het initiatief in Nieuwegein is daar een goed voorbeeld van.
Plan van aanpak
Om de samenwerking in Nieuwegein een impuls te bieden, dacht het Trimbos met beide partners mee over een passend welzijnsaanbod, gebaseerd op de behoeften van patiënten én doorverwijzers. Dat vergt met name van het welzijnswerk een kwaliteitsslag, zodat dat werk kwalitatief hoogstaander wordt, met meetbare resultaten, een goede terugkoppeling daarvan aan de huisarts en een inzichtelijk aanbod.
Daarnaast is het van groot belang de vanzelfsprekendheid van ‘welzijn op recept’ bij alle betrokkenen te vergroten. Naarmate het welzijnsaanbod meer bekendheid krijgt, zal het gemakkelijker worden om patiënten vanuit het gezondheidscentrum te gaan verwijzen.
Deze voorzet werd positief ontvangen door het gezondheidscentrum en het welzijnswerk in Nieuwegein. Dennis Duiker, directeur van Stichting Welzijn Nieuwegein, verwacht dat de geïntensiveerde samenwerking de komende jaren inderdaad zal leiden tot de beoogde kwaliteitsslag. Door middel van professionalisering wil het welzijnscentrum een duidelijke bijdrage gaan leveren aan de gezondheid en de kwaliteit van leven van de bewoners in deze wijk. En hopelijk wordt zo ook de druk op de nu overvolle huisartsenpraktijken verlicht.
Verschuivende focus
Het initiatief in Nieuwegein staat niet op zich. Ook in andere steden wordt steeds vaker geëxperimenteerd met vergelijkbare samenwerkingsinitiatieven tussen de eerstelijn en welzijnsorganisaties. Daaruit blijkt dat de focus voor ziekte en zorg steeds meer verschuift naar gezondheid en leefstijl.
Iris Hilderink (ihilderink@trimbos.nl), Debbie van der Linden (dlinden@trimbos.nl), Anna Muntingh (amuntingh@trimbos.nl), Lotte Voorham (lvoorham@trimbos.nl) Trimbos Intstituut
Bron: Foto: ANP/Robert Vos