Door Carolien Stam – Omdat zorgaanbieders zelf indicaties kunnen stellen, stijgt het aantal ineens. Dat constateert het Nederlands Patiënten en Consumenten Platform (NPCF). De belangenorganisatie beticht thuiszorgaanbieders in Noord- en Oost Nederland ervan te veel te indiceren. ‘Als er een probleem is, kom dan met feiten naar buiten,’ vindt woordvoeder Frank van der Meijden van de NPCF.

Niet geïnteresseerd
‘Wij hebben de NPCF uitgenodigd om inzicht in de cijfers te geven, maar ze waren tot onze verbazing niet geïnteresseerd in een gesprek met ons,’ reageert Anneke Mossou, algemeen directeur van

Thuiszorg Groningen. Over de snelle stijging van indicaties zegt ze: ‘Wij indiceren niet zelf, wij kunnen een voorstel doen bij het Centrum Indicatiestelling Zorg, die de indicaties toetst.’

Meer indiceren
De suggestie van de NPCF dat de thuiszorgorganisatie meer zou indiceren dan mensen aan zorg nodig hebben verwerpt Mossou ten stelligste: ‘Wij zijn vaak gedwongen minder zorg te leveren dan de geïndiceerde bandbreedte (aantal uren). Dan kijken we wat professioneel nog haalbaar is voor die specifieke zorgvraag.’

Patiëntenstop
Thuiszorg Groningen en Sensire thuiszorg (Overijssel en Gelderland) kondigden afgelopen zaterdag een patiëntenstop af omdat het hen toegekende AWBZ-budget is uitgeput. De thuiszorgaanbieders, beide onderdeel van Meavita thuiszorg, lieten weten geen nieuwe patiënten meer aan te kunnen nemen. Overigens heeft het zorgkantoor vandaag een gesprek met de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). De zorgverzekeraar kan bij de NZa aan de bel trekken als er problemen dreigen te ontstaan met de te leveren zorg in de regio.

Onrust zaaien
De NPCF vindt dat de thuiszorgaanbieders over de rug van de patiënten onrust zaaien. ‘De zorg in niet in gevaar, want als de thuiszorgaanbieder geen zorg meer kan leveren, gaat het zorgkantoor in de regio op zoek naar andere aanbieders van zorg,’ zegt NPCF-woordvoerder Frank van der Meijden.

Zwaardere zorg
‘Dat klopt,’ bevestigt Anneke Mossou van Thuiszorg Groningen. ‘Wij hebben ook nooit gezegd dat cliënten geen zorg meer zouden krijgen. Wij kunnen echter geen thuiszorg meer leveren, ook niet als de klant daar juist voor zou kiezen.’ Bovendien is uiteindelijk de cliënt wel degelijk ook de dupe, zegt ze. ‘Mensen die bijvoorbeeld door een zwaardere zorgvraag een nieuwe indicatie krijgen, kunnen wij niet meer bedienen. Dan moeten vaak jarenlange relaties tussen hulpverlener en cliënt verbroken worden.’

Budgetprobleem
De NPCF neemt het de twee thuiszorgaanbieders kwalijk dat ze één dag voor het gesprek tussen het zorgkantoor en de NZa, de media opzoeken om hun budgetprobleem naar buiten te brengen. Volgens Van der Meijden heeft dat weinig te maken met een maatschappelijk probleem als de vraag groter is dan het toegekende AWBZ-budget. ‘Laat zorginstellingen dan met harde cijfers naar buiten komen: hoe zit het met die indicatiestellingen en hoe gaat het met de geldstromen.’

200 miljoen extra
‘In juni heeft de NZa nog duidelijk gemaakt dat er 200 miljoen extra is om knelpunten op te lossen. Tot nu toe heeft nog niemand een beroep gedaan op dat fonds,’ zegt Van der Meijden. Het feit dat het zorgkantoor in Noord- en Oost-Nederland nu met de NZa praat, vindt de NPCF geen reden tot onrust: ‘Het zorgkantoor inventariseert eerst welke andere zorgaanbieders thuiszorg in de regio kunnen leveren.’