Erik van Ingen, socioloog aan de Vrije Universiteit Amsterdam, onderzocht het nut van online fora waar mensen sociale steun kunnen vinden. ‘Vanuit de wetenschap zou je verwachten dat dat niet werkt. Sociale steun is een tijdsinvestering voor de mensen die het geven en een hulpontvanger moet zich open stellen. Dat doe je niet zomaar bij een vreemde.’ Toch ontdekte Van Ingen dat online fora door gebruikers juist als fijn en nuttig ervaringen worden. ‘De bijdragen op fora zijn vaak heel uitgebreid en van goede kwaliteit.’

Zeldzamen vragen en stigma’s

Vooral voor mensen met een zeldzame ziekte of situatie zijn dit soort fora handig. Van Ingen: ‘In dat geval is het lastiger om iemand een vergelijkbare ervaring te vinden. Op het internet zijn die er meestal wel.’ Ook mensen die met een probleem zitten waar een stigma op rust, hebben baat bij online fora, zegt de onderzoeker. ‘Als je je schaamt voor je ziekte of probleem, dan is het moeilijk om er met je naasten over te praten. Online heb je het voordeel dat je anoniemer kunt opereren.’

Jongeren en hun telefoon

Sociaal werkers kunnen deze wetenschap inzetten door hun cliënten door te wijzen naar online fora en andere informatie sites. Als de doelgroep vaardig is met de computer en het internet. ‘Jongeren zitten toch al op hun telefoon. Als ik hen een paar websites geef, kunnen ze die telefoontijd nuttig gebruiken,’ grapt Michelle Emmen. Emmen is ambulant jeugdhulp verlener bij Intermetzo in de regio Utrecht. Ze verwijst haar cliënten graag door naar websites waar ze informatie over hun vragen en problemen kunnen vinden en waar ze kunnen chatten met lotgenoten.

Regie bij cliënt

‘Als ik een client één uur per week zie, vind ik het zonde om een uur lang informatie te geven die ook op het internet staat. Verwijzen naar websites als iedereenisanders.nl of websites over geld of huisvesting maakt mijn werk efficiënter. En ik laat de regie bij de cliënt. Op deze manier kunnen ze zelf kiezen wat ze aanklikken.’ Als ze een week later terug komt bij een cliënt zijn ze geholpen door de websites. ‘Vaak hadden ze er zelf niet aan gedacht.’

Lotgenotencontact normaliseert

Op zulke platforms kunnen jongeren leren van anderen die hen voorgingen. Emmen: ‘Het is nogal jongeren eigen om te denken dat wat zij meemaken alleen bij hen gebeurt. Door op fora te kijken en te chatten met jongeren die hetzelfde meemaken, realiseren ze zich dat ze niet alleen zijn. Het werkt normaliserend. En ze kunnen leren van de ervaringen van anderen.’

Jonge sociaal werkers verwijzen vaker

Emmen merkt wel een verschil tussen collega’s in het gemak waarmee ze doorverwijzen naar het internet. ‘Met mijn jongere collega’s wisselen we aan de lopende band apps en websites uit. Wij gebruiken zelf ook allerlei meditatie-apps. Internetbankieren is voor ons heel normaal. Dat ligt wat anders bij mijn oudere collega’s. Zij doen niet aan internetbankieren en gebruiken hun werktelefoon vooral om te bellen en soms om te appen met cliënten. Je merkt dat ze het spannender vinden om hun cliënten naar fora of websites te verwijzen, omdat ze er zelf ook minder vertrouwd mee zijn.’