Als gevolg van een ontvoering door één van de ouders, keerden na de zomervakantie van 2017 36 kinderen niet terug naar Nederland. De meeste kinderen werden meegenomen naar Polen (vijf), Marokko (vier) en Turkije (vier), gevolgd door Armenië, Curaçao en Italië (elk drie). Het jongste ontvoerde kind is zes maanden, het oudste vijftien jaar.
Beslissing forceren
Het aantal kinderen dat na de zomervakantie niet terugkeert, neemt al jaren toe. In 2014 ging het om 19 kinderen, in 2015 werden 25 kinderen ontvoerd, in 2016 34 en in 2017 dus 36. Driekwart van de kinderen (27) werd ontvoerd door de moeder en een kwart (9) door de vader. Over de reden van de ontvoeringen zegt het centrum IKO: ‘Soms komen ouders er samen niet uit in welk land hun kinderen zullen opgroeien. De zomervakantie wordt dan gebruikt om een beslissing te forceren. Dat betekent een lege plek in een klas, een kind minder bij zwemles en een speler tekort in je voetbalelftal.’
Als een kind eenmaal is ontvoerd door een ouder, komt de helft van deze kinderen niet meer terug. Het is daarom belangrijk dat problemen herkend worden in een fase dat de ouders nog on speaking terms zijn. Lees meer >>
Leerplicht
Het centrum IKO benadrukt dat kinderontvoering naast allerlei emotionele gevolgen ook praktische gevolgen heeft. ‘Achterblijvende ouders kunnen bijvoorbeeld problemen krijgen met de leerplichtambtenaar. Van de kinderen die na deze zomer niet zijn teruggekomen, zijn er 25 leerplichtig.’ Achterblijvende ouders die juridisch advies willen hebben over hoe deze praktische zaken aan te pakken, kunnen hulp krijgen van het Centrum IKO.