Door Matthijs Uyterlinde (MOVISIE) – De afgelopen jaren berichtten de media met regelmaat over een nieuw maatschappelijk probleem: hangouderen. Het leidde in Oude Pekela in 2005 tot een samenscholingsverbod voor ouderen. In Almere ontzegde de franchisehouder van McDonalds de ouderen de toegang tot het etablissement. De ouderen klaagden dat er voor hen geen geschikte voorzieningen waren. MOVISIE onderzocht of er sprake is van een nieuw maatschappelijk probleem.
Begin 2008 is het onderzoek afgerond en de conclusie luidt: ouderen die elkaar in de publieke ruimte ontmoeten vormen geen maatschappelijk probleem. De berichtgeving in de media is sterk overtrokken. Wij spraken op vijf onderzoekslocaties – in grote en kleine steden, in de Randstad en daarbuiten – met de ouderen zelf en met omstanders, zoals winkeliers, toezichthouders en voorbijgangers. Op geen van de locaties was sprake van concrete overlast. Soms waren er lichte spanningen, maar de ouderen beschikken over voldoende zelfregulerend vermogen om aanvaringen te voorkomen. Volgens veel omstanders vormen de hangouderen juist een toegevoegde waarde aan het straatbeeld. Hun aanwezigheid zorgt voor sociale controle en levendigheid. Als kenners van hun stad, dorp of wijk wijzen ze bezoekers de weg.
Openluchtsociëteit
Bovendien maakt het onderzoek duidelijk dat de ouderen er bewust voor kiezen om elkaar te ontmoeten in de publieke ruimte. Ze zijn bekend met het lokale aanbod van Welzijn Ouderen, maar hebben daar geen behoefte aan. Ze willen zich niet conformeren aan huisregels en vaste openingstijden. Je mag er bijvoorbeeld niet roken en geen schuine moppen vertellen. Veel hangouderen, doorgaans autochtone mannen in de leeftijd van 60 tot 80 jaar, zien zichzelf als ‘vrije jongens’. Ze hebben een leven van hard werken in de buitenlucht achter de rug, als bouwvakker, glazenwasser, vrachtwagenchauffeur of bollenteler. Op de hangplek – die fungeert als een door hen zelf gecreëerde ‘openluchtsociëteit’ – zetten ze die leefstijl in feite voort. De belangrijkste drijfveren voor de gang naar de hangplek zijn gezelligheid, humor, afleiding, onderlinge support en het aanbrengen van structuur in hun dag.
Investering in buitenruimte
Elkaar ontmoeten in de buitenruimte is voor deze ouderen een vorm van participatie, een bewijs dat ze nog volwaardig deelnemen aan de samenleving. Het creëren van speciale hangplekken voor ouderen is daarom niet wenselijk; deze worden als stigmatiserend ervaren, leiden tot uitsluiting van andere groepen en zijn vandalismegevoelig. Veel belangrijker is het om aandacht te besteden aan de toegankelijkheid en de verblijfskwaliteit van de openbare ruimte, want die is volgens veel ouderen ondermaats: bankjes zijn slecht onderhouden en veel pleinen, parken en winkelcentra zijn slecht toegankelijk voor mensen met beperkingen.
Volgens een voorzichtige schatting telt Nederland zo’n 80.000 hangouderen. Op zonnige dagen zijn groepen van meer dan tien ouderen geen uitzondering en met de vergrijzing gaan ouderen mogelijk een grotere claim leggen op de openbare ruimte. Tijd dus om te investeren in kwalitatief hoogwaardige openbare ruimten. Dat is niet alleen belangrijk voor ouderen, maar voor alle burgers.
Matthijs Uyterlinde is projectleider Trends & Onderzoek bij MOVISIE, kennis en advies voor maatschappelijke ontwikkeling