Veel bestuurders vinden het een ‘ongunstig ondernemersklimaat’ om over te gaan op deze kleinere woonvormen. Ze kiezen voor veilig beleid en dat is vaak het handhaven van de huidige situatie. ‘Veel bestuurders denken dat kleinschalig wonen teveel risico met zich meebrengt. De omslag is een lastig proces, maar wel degelijk iets dat haalbaar is’, aldus Eric Krijger van Vilans.
Aanspraak
Vooral financiële kwesties spelen mee bij de bestuurders van zorgorganisaties. Een deel van het kleinschalig groepswonen speelt zich af in de extramurale sfeer, dat betekent een scheiding van wonen en zorg. Deze woonvormen kunnen geen aanspraak maken op de 80 miljoen regeling van Bussemaker, zo stelt het kenniscentrum. De staatssectretaris stelt dit bedrag beschikbaar om in vier jaar tijd 20.000 plaatsen in kleine woonvormen te realiseren.
Woud
Om gehoor te geven aan de roep om kleinere woonvormen nemen steeds meer particulieren het initiatief. Bij het oprichten van een woonvorm worden zij vervolgens afgeschrikt door ‘het woud van regels en modellen’, stelt het kenniscentrum. Zij missen vaak de routine, het inzicht en de ervaring om zich te verdiepen in de wet- en regelgeving. Vilans start daarom het project ‘Werk aan de woning’ dat particuliere initiatiefnemers ondersteunt.
Thema’s
Het meerjarige ondersteuningsprogramma is bedoeld voor iedereen die van plan is te starten met het opzetten van een kleinschalige woonvorm. Kenniscentrum Vilans geeft hulp bij belangrijke thema’s zoals exploitatie, mogelijke samenwerkingspartners, regels en wetgeving en vormgeving van kleinschalige woonvormen.
Op zaterdag 28 maart organiseert Vilans de bijeenkomst ‘Werk aan de woning’.
Meer weten? Lees dan ook de gratis Zorg + Welzijn Nieuwsbrief. Daarvoor kunt u zich hier aanmelden.
Bron: Vilans/Foto: ANP