‘Natuurlijk moet er worden bezuinigd, dat begrijpt NOOM ook. Maar voor oudere migranten pakt de maatregel wel heel zwaar uit’, vindt Heygele. Samen met de koepelorganisatie van ouderenorganisaties, CSO, deed NOOM onderzoek naar de gevolgen van de veranderingen in de AWBZ. Het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) houdt onvoldoende rekening met deze groep cliënten en hun beperkingen, vinden de belangenorganisaties.
Taalprobleem
‘Er zijn twee verklaringen voor het grote verschil tussen allochtone en autochtone ouderen’, legt Heygele uit. Ten eerste laat volgens haar de diagnostiek bij oudere migranten te wensen over. ‘In het verleden werd te makkelijk gezegd: “Oh die mevrouw heeft een taalprobleem en raakt zo in een isolement en daarom krijgt ze een indicatie voor dagverzorging”. Daarmee is niet goed de achterliggende complexere problematiek, die vaak wel degelijk aanwezig is, in beeld gebracht. Een taalprobleem is nu te licht om een herindicatie te krijgen, dus vervalt nu makkelijk.’
Telefonisch
Ten tweede wordt er veel telefonisch geïndiceerd, stelt Heygele. ‘Dan vraagt men aan een migrant: “Hoe gaat het? En zorgen uw kinderen goed voor u?” Maar allochtone migranten kunnen zich door taalproblemen niet goed uiten en vinden het moeilijk om te zeggen dat hun kinderen niet vaak langskomen. Het is bovendien een taboe om de zorg buiten de eigen familie te zoeken. Het idee heerst ook bij indicatiestellers dat allochtonen wel zelf voor hun ouderen zorgen. Uiteindelijk is zo de zorgvraag onduidelijk en vervalt een indicatie snel.’
Activering
De ouderenorganisaties pleiten voor cultuurspecifieke dagverzorging voor migranten. Daarbij worden groepen met dezelfde achtergrond samengesteld. ‘Samen eten, de eigen voeding en de eigen taal zijn bij dagverzorging erg belangrijk’, legt Heygele uit. ‘Bovendien zijn deze groepen niet samengesteld op basis van ziekte. Dementerenden en niet-dementerenden zitten bij elkaar, om zo de ouderen te activeren.’ Heygele voorziet dat nu alleen de ‘zwaardere’ gevallen een herindicatie voor dagverzorging krijgen, die activeringsfunctie afneemt.
Wmo
Met het onderzoek ‘Samen uit, samen thuis’ in de hand hopen NOOM en CSO de dialoog aan te kunnen gaan met het CIZ en met staatssecretaris Bussemaker. ‘Mensen zonder herindicatie moeten zich richten tot de gemeenten en aanspaak maken op de Wmo. Maar de gemeenten hebben deze zorgvragers nog niet goed in beeld. Gemeenten kunnen bovendien dit probleem niet oplossen, want ze hebben niet voldoende geld. Wij hopen daarom dat Bussemaker extra geld beschikbaar wil stellen’, aldus Heygele.
Lees hier de rapportage ‘Samen uit, samen thuis’
Bron: Foto: ANP/Robert Vos
Gelijke behandeling van ongelijke gevallen heeft hier ernstige gevolgen voor een sterk en snel groeiende bevolkingsgroep. De AWBZ (en haar praktijk/jurisprudentie) dient op de oudere migranten afgestemd te worden.
Ook bij ons in de regio is dezlefde trend zichtbaar. Oudere migranten verliezen meer dan andere ouderen hun indicatie voor deze vormen van begeleiding. Wij hebben op basis van onze informatie hen geholpen bij het indienen van bezwaarschriften. Veel procedures zijn nog lopend, zodat wij niet de uitkomsten weten. Overigens zijn wij blij met de monitoring die nu opgezet is door VWS om te onderzoeken hoe de pakketmaatregel uitpakt. Liever laat dan nooit en het kalf zwemt nog.
Wat mensen in de praktijk al een tijdje zagen gebeuren is nu door een bijzonder goed onderzoek bevestigd. Het is te hopen dat het gesprek van het NOOM en CSO met het CIZ en met mevrouw Bussemaker tot concrete resultaten leidt.
Nu dreigen oplossingen die 100% in het beleid passen en tot aller tevredenheid zijn ontstaan weer te verdwijnen. Wie een aantal van die projecten kent weet dat dit iets is dat niemand wil. Het kan ook tot grote persoonlijke schade leiden en het veroorzaakt zeer waarschijnlijk op andere plekken in de zorg ook nog flinke extra kosten.
Voorkomen is veel beter dan genezen. Nu kan het nog…