De problemen waar zorg- en welzijnsinstellingen mee
kampen, hebben de volle aandacht van Heino van Essen, lid van de hoofddirectie
van PGGM. De enige pensioenverzekeraar voor de sectoren zorg en welzijn in
Nederland is net als de werkgevers niet gebaat bij personeelstekorten en
ziekteverzuim. Nu de overheid zich de afgelopen jaren steeds verder terugtrekt
en verzekeraars meer direct met werkgevers en individuele klanten om de tafel
moeten, bemoeit ook PGGM zich met deze obstakels in het veld.
‘Ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid zijn voor ons grote
schadeposten. Arbeidsongeschikten betalen geen pensioenpremie en dat kost ons
tientallen miljoenen guldens per jaar,’ zegt Van Essen. Om de
arbeidsongeschiktheid in de sector aan te pakken heeft PGGM in het begin van de
jaren negentig samen met ziektekostenverzekeraar VGZ aandelen overgenomen van
Avios arbo. Om hun positie op de arbeidsmarkt te versterken hebben PGGM en VGZ
vorig jaar de aandelen overgenomen van arbodienst De Twaalf Provincieën. In
april van dit jaar zijn de beide arbodiensten samengevoegd onder de naam Maetis,
dit vormt nu de twee na grootste arbodienst in de sector.
Wat hem tot nu toe het meest is opgevallen, is dat werkgevers alleen
nog maar kleine contracten bij de arbodiensten afsluiten. Van Essen: ‘Ze draaien
elk dubbeltje om en zeggen dat ze zelf wel een actief ziekteverzuimbeleid zullen
voeren. Maar wat ik zie, is nog steeds een gebrek aan aandacht voor dit
probleem. Wat nodig is, is maatwerk.’
Komen uw activiteiten als de overname van arbodiensten niet
enkel voort uit commerciële belangen? U zegt zelf dat het ziekteverzuim u
miljoenen per jaar kost. ‘Het komt erop neer dat als het goed
gaat met de sector het ook goed gaat met ons, zo simpel is het. Wij zijn erbij
gebaat dat mensen plezier hebben in hun werk, dat de zorg en het welzijnswerk
leuk zijn om in te werken en dat de werkdruk wordt aangepakt. Zo krijgt het werk
een beter imago en verdwijnen mensen niet uit de sector en komen er hopelijk
meer werknemers bij. Hierdoor beschikken wij over meer geld waardoor wij de
sector nog beter kunnen bedienen en nog meer kunnen steken in een goede
prijs/kwaliteitverhouding, daar hechten wij veel belang aan. Winst maken is niet
ons credo. Ons bestaansrecht hebben we te danken aan de werkgevers, zij zijn in
feite onze eigenaren. Als we het niet goed doen, lopen onze eigenaren
weg.’
Maar de klant heeft weinig te kiezen. Als enige
pensioenverzekeraar in de sector heeft u niet te maken met
concurrentie.‘Wat betreft de pensioenen klopt het inderdaad
dat werkgevers wettelijk verplicht zijn met ons in zee te gaan. Maar het is voor
ons wel een uitdaging zo goed mogelijke pensioenpakketten voor een zo laag
mogelijke prijs samen te stellen. Bij PGGM hangt het beleid rond pensioenen,
premies en beleggingen sterk samen. Dat betekent dat wij ons best moeten doen om
ons geld goed te investeren, uiteindelijk is het de verzekerde die daarvan het
meest profiteert. Op het gebied van aanvullende financiële diensten als levens-
en schadeverzekeringen ondervinden we wel degelijk concurrentie.’
Om de personeeolstekorten van zorg- en welzijnsinstellingen op
te lossen, moeten de arbeidsvoorwaarden verbeteren. Wat doet u
daaraan?‘PGGM is vorig jaar begonnen met de invoering van het
Flex-pensioen. Dit om in te spelen op de individuele wensen van personeel. Voor
werkgevers is het een manier om hun oudere werknemers aan zich te kunnen binden.
Met het Flex-pensioen kan de werknemer vanaf zijn 55’ste levensjaar zelf
beslissen wanneer hij stopt met werken. Deelnemers kunnen tot uiterlijk hun
65’ste per jaar 1,75 procent van het salaris aan Flex-pensioen opbouwen.
Onderdeel van het pensioen is een ptremievrije opbouw gedurende vijf jaar vanaf
het moment dat men gebruik maakt van het Flex-pensioen. Deelnemers die voor 1949
zijn geboren, kunnen volgens een overgangsregeling vanaf zestigjarige leeftijd
een overbruggingspensioen krijgen waarbij de pensioenopbouw doorloopt. Zij
hebben inderdaad minder kunnen opbouwen en zullen waarschijnlijk één of
misschien twee jaar langer moeten doorwerken.’
Hoe houdbaar is de Flex-regeling gezien de enorme vergrijzing
die de komende jaren voor de deur staat?‘Wij willen met de
regeling niet promoten dat straks iedereen op zijn 55’ste helemaal stopt met
werken. We willen alleen meer keuzemogelijkheden inbouwen. Nu werkt al ruim
tweederde van de Nederlanders boven deze leeftijd niet. Met het Flex-pensioen
kan het aantrekkelijk worden om bijvoorbeeld twee of drie dagen te blijven
werken. Werkgevers behouden het oudere personeel dan langer voor de sector. En
zelf vinden werknemers het vaak ook prettig om geleidelijk aan en op hun eigen
manier met werken te stoppen.’
PGGM wil doorzichtiger worden voor zijn klanten, meer rekening
houden met individuele wensen en een zo optimaal mogelijke
informatieverstrekking. Wat heeft u daarvoor tot op heden
gedaan?‘Nog niet zo lang geleden hielden we een enquête onder
onze klanten. Daaruit bleek dat we door velen nog steeds als “die chique en
afstandelijke verzekeraar uit Zeist” gezien werden. We proberen al een tijdje
onder dat imago vandaan te komen. We hebben inmiddels een website waarop
bezoekers zich kunnen laten informeren over onze organisatie en onze
werkzaamheden. We zijn momenteel druk bezig met het verkennen van
e-commerce-oplossingen. PGGM wil dat klanten via internet een persoonlijke
pensioensituatie kunnen raadplegen en wil daarbij de klanten goed voorlichten
over de mogelijkheden. Via het net moeten klanten te allen tijde kunnen bekijken
hoe ze er op dat moment voor staan.Om contact te houden met de instellingen
bezoeken onze accountmanagers regelmatig de instellingen in het land. Ook voor
de werknemers zijn we bereikbaar. We organiseren vragenuurtjes bij organisaties,
bijvoorbeeld over de invoering van het FLEX-pensioen. Onlangs is binnen de
CAO voor verpleeg- en verzorgingshuizen het Meerkeuzesysteem Arbeidsvoorwaarden
ingevoerd. Het systeem houdt in dat werknemers in deze branche kunnen schuiven
met tijd en geld. Door nu extra te werken of een deel van het brutosalaris in te
zetten kunnen individuele wensen nu en later worden vervuld. Te denken valt aan
zaken als extra vrije tijd, meer pensioen om eerder te stoppen met werken of
vermindering in de kosten van de kinderopvang. Bij het realiseren van het
meerkeuzesysteem vervult PGGM een ondersteunende en faciliterende rol naar de
werkgevers toe. Eigenlijk zijn dit allemaal ontwikkelingen die voortkomen uit
marktwerking. Ik vind überhaupt dat we meer aan de markt moeten overlaten. Zorg
en welzijn moeten we niet als collectieve lastenposten beschouwen. Het zijn voor
de economie belangrijke elementen die we op basis van een goede solidariteit
moeten vormgeven.’/Jeannine Westenberg