In Kippenvel interviewt journalist Maarten Dallinga zorg- en hulpverleners over een kippenvelmoment in hun carrière. Luister naar aflevering 11 via je favoriete podcastapp, zoals Apple Podcasts of Spotify.
Luisteren biedt de beste ervaring. Toch liever lezen? We hebben het interview voor je samengevat:
Nadine de Koning (33): ‘Ik kwam op straat een bijzondere groep jongeren tegen. Ze waren 15 tot 17 jaar oud en vielen op door hun uiterlijk en gedrag. Sommigen maakten grappen over de Tweede Wereldoorlog, over Joden. De rest lachte mee. Hitler had ook veel goede dingen gedaan, zeiden een paar. Ze droegen bomberjacks, hadden kale koppies. Ik was bang dat ze verder zouden afglijden richting extreemrechts en besloot ze daarom uit te nodigen in het jongerencentrum.
Hitlergroet
Sommigen kwamen binnen met Hitlergroet Sieg Heil. Wat ga ik hiermee doen?, dacht ik. Het liefst wil je op zo’n moment meteen zeggen: wat doe je, waar ben je mee bezig? Maar ik besloot vooral nieuwsgierig te zijn. Op andere plekken – op school, thuis, in de hulpverlening – hadden ze al een deur in hun gezicht gekregen. Ik wilde met ze in gesprek blijven. Het zijn kinderen, dacht ik, er zit iets goeds in.
Ik bedacht een heel traject. Met behulp van subsidie zijn we naar het Verzetsmuseum geweest, musical Soldaat van Oranje én Auschwitz, met het vliegtuig. Sommige collega’s zeiden: je hebt een pretpakket voor ze geregeld. Maar ik was ervan overtuigd dat dit de enige manier kon zijn om deze jongeren écht aan het denken te zetten.
Knopje om
Vlak voordat we in Auschwitz aankwamen, zeiden sommigen dat het stoer en gaaf zou worden. Maar direct toen we bij het hek waren, zag ik al iets veranderen. Toen ze geconfronteerd werden met tekeningen van kinderen uit het kamp, dacht een van de jongens eerst dat ze nep waren. Maar toen ik uitlegde dat dit niet zo was, werden de ogen van die jongen zo groot als schoteltjes en zag ik zijn hartslag in zijn adamsappel. Bij hem ging het knopje om.
Later, in de gaskamer, zagen ze de krassen van nagels op de muren. Mensen probeerden nog te ontkomen. Uiteindelijk zeiden de jongeren: ik schaam me dood voor de uitspraken die ik eerder heb gedaan. Het is echt een ervaring geweest die zij en ik nooit meer zullen vergeten. Nu zijn de bomberjacks en de kale koppies weg. En belangrijker: de foute grappen en opmerkingen. De grote les voor mij is: zet je eigen vooroordelen opzij, bijt op je tong en kijk wat er gebeurt als je het gesprek echt openhoudt.
Positief beïnvloed
De reis kostte drie- of vierduizend euro. Dat is een hoop geld, maar anders hadden deze jongeren de samenleving uiteindelijk misschien wel veel meer gekost. Ik denk dat we ze positief hebben beïnvloed voor de rest van hun leven. Ik zie dat collega’s nu ook meer maatwerk proberen te leveren.’