‘Je kunt posttraumatische stress zien als een normale reactie op een abnormale gebeurtenis’, vertelt Audrey Buerman, psycholoog bij GGZ-instelling Dokter Bosman. Ze is gespecialiseerd in de behandeling van mensen met angsten en trauma’s. ‘Typische posttraumatische stressreacties zijn bijvoorbeeld het steeds herbeleven van hetgeen er gebeurd is, heel erg alert zijn en vermijden van bepaalde situaties of mensen.’
In de gaten houden
Hoe kun je een cliënt die iets traumatisch heeft meegemaakt nou het beste helpen? Volgens Buerman dus niet per se door er zo veel mogelijk over te praten. ‘In de eerste weken na een traumatische gebeurtenis is het belangrijk dat iemand wordt opgevangen door zijn omgeving. Het gaat erom dat hij of zij zich veilig en gesteund voelt. Het betekent echter niet dat er per se over de gebeurtenis gesproken moet worden. In de psychologie hebben we hier een mooie naam voor: watchful waiting. Je houdt iemand dus goed in de gaten, maar doet niet te veel. Je pusht iemand niet om een gesprek te hebben, maar laat de persoon wel zijn of haar hart bij je luchten.’
Averechts effect
Te veel praten in de eerste weken na een traumatische gebeurtenis zou zelfs een averechts effect kunnen hebben. Buerman: ‘In de jaren tachtig ontstond de zogeheten debriefing, een methode waarbij mensen direct na een schokkende gebeurtenis een opvanggesprek kregen met een hulpverlener. Inmiddels is uit onderzoek gebleken dat door zo’n gesprek het psychisch herstel niet sneller gaat. Bovendien zijn er aanwijzingen dat je juist méér posttraumatische stress krijgt door snel na een schokkende gebeurtenis over je gevoelens en ervaringen te praten. Kortom, te snel, te veel praten over een trauma zou de kans op een posttraumatische stressstoornis kunnen vergroten.’
Meer weten over trauma-informed werken? Op het Zorg+Welzijn congres Huiselijk geweld, signaleren, multidisciplinair aanpakken en samenwerken wordt hier aandacht aan besteedt. Meer informatie of aanmelden >>
Luisteren
Wat kun je dan wel doen? Volgens Burman in elk geval een luisterend oor bieden of praktische ondersteuning geven zodat je cliënt zijn leven weer op de rit krijgt. Ook wijst ze op het nut van psycho-educatie. ‘Leg je cliënt uit wat een trauma met je doet, hoe een verwerkingsproces doorgaans verloopt en welke klachten hij kan verwachten. Hiermee laat je zien dat zijn reactie normaal is, dat het niet raar is dat hij bijvoorbeeld slapeloze nachten heeft of overstuur is. Het hoort bij het proces en het betekent zeker niet dat het nooit meer goed komt.’
Richt je op wat wel goed gaat
Mensen met een trauma kunnen ook last hebben van kortademigheid, een kort lontje en nachtmerries. Dat komt volgens de psycholoog omdat de spanning van de traumatische gebeurtenis nog in het lijf zit. Om je cliënt te helpen daarvan af te komen, kun je hem wijzen op ademhalingsoefeningen of ontspanningsoefeningen. Tot slot adviseert Buerman om je cliënt te helpen zich te richten op wat wel goed gaat. ‘Vraag bijvoorbeeld naar wat je cliënt nu wel gedaan heeft wat hij twee weken geleden nog niet kon. Al is het maar iets simpels als weer een keer koken of boodschappen doen, het is een vooruitgang. Benadruk dat.’
Gespecialiseerde hulp
Volgens Buerman gaan bij verreweg de meeste mensen posttraumatische klachten na een paar weken vanzelf over. Mocht je te maken krijgen met een cliënt bij wie dat een paar maanden na het gebeurde nog niet het geval is, raadt Buerman aan om gespecialiseerde hulp in te schakelen.