Neem het gezinsdrama in Zeist. De twee jongens die na dagenlang zoeken vermoord gevonden werden. Een vader die zelfmoord pleegde. Het leek wel alsof het gezin in een soort vacuüm leefde, merkt de hoogleraar pedagogiek op.
Vrienden
‘Het is in Nederland zo dat bij dit soort langzaam uit de hand lopende situaties de professionals het moeten oplossen. En als die het dan niet lukt, ondanks dat ze alles “goed” gedaan hebben, dan is er niet zoveel meer. De rol die familie, vrienden en buren spelen of kunnen spelen als het gaat om gezinsproblemen is buiten ons gezichtsveld beland.
Stoornis
De wetenschap is de laatste jaren bezig geweest om gezinsproblemen te medicaliseren, zegt De Winter in het magazine. Deze problemen werden steeds meer gezien als een stoornis op het niveau van het individu en moet aangepakt worden met een evidence based methode. ‘Maar het valt behoorlijk tegen wat we hiermee kunnen bereiken’, kan de hoogleraar vaststellen.
Gezag
Professionals moeten het moreel gezag weer organiseren, vindt De Winter. Mensen die zeggen “nu is het afgelopen!” bij situaties die uit de hand dreigen te lopen. ‘Wat als je het mis ziet gaan bij een gezin in jouw omgeving? Is het dan alleen aan de professionals of ook aan jou als omstander, familie of vriend?’
Lees het hele artikel in het nieuwe Zorg +Welzijn magazine van februari . Heb je geen abonnement? Dan kun je het artikel ook hier op Myjour.com lezen >>
Wellicht zonder het zelf te beseffen gaat de Winter hiermee zélf ook verder mee in de welbekende riedel dat ‘de professional het moet doen’.
Als we daar als samenleving toe willen besluiten, zou het goed zijn om dan aan die professional ook de daar bij behorende middelen (en bevoegdheden) toe te kennen. Want of je moreel gezag krijgt, heb je als professional niet altijd helemaal zelf in de hand. Vooral in situaties waar opgetreden moet worden zonder instemming van het gezin in kwestie, lijkt het me voor de professional prettig als hij/zij ook over de benodigde bevoegdheden. beschikt.
Veel spannender is wat mij betreft de vraag wie zich moreel verantwoordelijk zou moeten voelen voor ontsporende gezinnen. In plaats van nóg meer verantwoordelijkheid op de schouders van de professionals te laden, zou ik er warm voorstander van zijn dat we met enige ‘volksverheffing’ burgers eraan herinneren dat ook dit tot goed burgerschap behoort.
Punt van aandacht is dat er in onze huidige samenleving wat weinig morele ‘gezagsvoerders’ zijn die ons die weg kunnen wijzen. Zolang wij in dit land worden geregeerd door een regering wiens minister-president van mening is dat visie vooral een hinderlijk iets is, hoeven we uit die hoek weinig ‘verheffends’ te verwachten. Maar van wie dan wel?
Misschien kan de hulpverlener zijn morele gezag ontlenen aan de eigen persoonlijkheid. Moraliteit is een deugd die in de praktijk getoond moet worden. In die zin ben ik het niet met dhr. Boom eens.
Tja, nou maakt Mischa het wel heel bont. Waar moet een hulpverlener zijn morele gezag aan ontlenen of op baseren, god, allah, de ‘goeie’ bedoelingen van onze neoliberale politieke kopmannen en -vrouwen? Moreel gezag vraagt een heldere en gedeelde moraliteit. Als aan de bovenkant, de wooncorporatiedirecteuren en andere graaiers de moraliteit ver te zoeken is waarom zouden mensen die niet (kunnen) graaien zich dan beter moeten gedragen op andere terreinen