‘Dit project brengt twee werelden bij elkaar,
de wereld van zorg en welzijn. Buurtcentra zijn in feite bedoeld voor
alle wijkbewoners, ook voor mensen met een beperking. In de praktijk komen
zij nauwelijks de buurtcentra in. Welzijnsinstellingen beseffen vaak onvoldoende
dat er jongeren met een verstandelijke beperking in de wijk wonen’, zegt
Karen Soeterik. Zij treedt op als kwartiermaker van het project, dat gefinancierd
wordt door de provincie Noord-Holland.
Samenwerking
Soeterik begon in juni 2005 met het project om de
reguliere buurt- en sportcentra toegankelijker te maken voor mensen met een
verstandelijke beperking. Bijna twee weken geleden is in Amsterdam Oud-Zuid die
samenwerking officieel bekrachtigd. De deelnemende partijen zijn de
zorginstellingen
name=IJlanden>Cordaan IJlanden en
target=_blank name=”De Kleine Johannes”>De Kleine Johannes,
welzijnsinstelling
name=Combiwel>Combiwel en
target=_blank name=Prisma>stichting Prisma
.
Buurtniveau‘Voor mensen met een beperking is er op het
gebied van vrijetijdsbesteding weinig aanbod in de directe woonomgeving. Mensen
komen van heinde en ver met speciale busjes om bijvoorbeeld in Amsterdam Oost te
‘line dancen’. Wij willen met het samenwerkingproject bereiken dat er meer
activiteiten op buurtniveau worden aangeboden in reguliere instellingen’ vertelt
Soeterik.
De laatste jaren zijn steeds meer mensen met
een verstandelijke beperking begeleid zelfstandig gaan wonen. ‘Op sociaal vlak blijven
zij vaak geinsoleerd of tussen anderen met dezelfde handicaps.’ De Schinkelband –
een band voor jongeren met een beperking – slaat aan en ook de
maandagavondinloop blijkt populair onder ‘verstandelijk beperkten’.
Link en foto:
name=Downpower>Downpower, een fotoboek over jongeren die leven met het syndroom
van Down