‘Een pluim voor de buurtbemiddelaars. Zij moeten het doen. Ik ben “maar” de projectleider.’ Aan het woord is Yolande Donker Duyvis van Buurtbemiddeling Deventer. ‘De vijftien vrijwillige krachten dragen het project. Immers, buurtbemiddeling valt of staat met de inzet van vrijwilligers. Heel hun ziel en zaligheid leggen ze er in. Voor een goede samenleving, dat is toch fantastisch. Daarnaast delen de samenwerkingspartners mee in de prijs. Zij hebben het draagvlak gecreëerd voor dit project.’
Buurtbemiddeling is volgens Donker Duyvis goed aangeslagen in Deventer. Bijna driehonderd burenruzies hebben de bemiddelaars reeds behandeld. In negentig procent van de bemiddelingen werden de conflicten tussen buurtbewoners succesvol opgelost.
Hoe verklaart u dit succes?
‘We hebben een hecht team van vrijwillige bemiddelaars, die ik zeer capabel acht om het bemiddelingsproces in de conflicten te begeleiden. Wanneer een potentiële bemiddelaar zich bij mij aanmeldt, wordt deze eerst professioneel getraind.
‘Bemiddelaars moeten neutraal en onpartijdig zijn, ze moeten open staan voor andere culturen en verschillende normen en waarden, en zeker belangrijk, ze moeten gesprekken kunnenleiden. Dat vergt nogal wat van de bemiddelaar.’
Zijn Deventenaren meewerkende burgers?
‘Het project wordt inderdaad breed gedragen in Deventer. Het loopt al vanaf mei 2002. Bewoners weten van de buurtbemiddeling en horen dat het een effectief middel is. Door voorlichting, door artikelen in de krant, door stands op de markt, we hebben een hoop PR-activiteiten gedaan. En bovendien: niemand vindt het fijn een conflict te hebben met zijn buren. Je woont met elkaar in een straat en zal toch samen moeten leven. Daarom staan de meeste burgers in Deventer open voor de bemiddeling.’
Zorgt deze bekendheid van het project in de stad soms niet voor pietluttige zaken?
‘De eerste vraag die ik stel wanneer een burger een klacht bij mij meldt, is: wat heb je er zelf aan gedaan? We doen een groot beroep op de zelfredzaamheid en de eigen verantwoordelijkheid van de burger om zelf conflicten te leren oplossen. Ga zelf eerst eens kijken, ga zelfs eens even vragen of hij de muziek wat zachter kan zetten. Of vraag zelf je buurman of hij de vuilniszakken netjes in de container gooit in plaats van op straat.’
En als dit niet helpt?
‘Dan bereiden de bemiddelaars een huisbezoek voor. Eerst gaat de bemiddelaar op bezoek bij degene van wie de klacht afkomstig is. Vervolgens bezoekt hij de beklaagde. Opvallend bij deze intakegesprekken is dat de beklaagde de aandacht wel fijn vindt en daarom coöperatiever wordt. Hij ervaart het als prettig en waardevol. Bij wederzijdse bereidheid gaan de twee conflicterende partijen op neutraal terrein aan de tafel zitten. Het is van belang dat de bemiddelaar onpartijdig is en zelf geen oplossingen aandraagt. Dat moeten de burgers zelf doen. Beide partijen stellen vervolgens een overeenkomst met afspraken op. Na zes weken bellen we nog een keer op of de afspraken daadwerkelijk worden nageleefd. ‘
Jullie hebben de prijs ‘Welzijn Versterkt predikaat 2004’ gewonnen.
Waarom jullie en niet een ander vergelijkbaar project?
‘In het algemeen hebben de projecten meer overeenkomsten dan verschillen. De methodiek van buurtbemiddeling is in elke stad ongeveer hetzelfde. Ik denk vooral dat de buurtbemiddeling als middel in de samenleving voldoet aan de criteria die het samenwerkingsverband Welzijn Versterkt van belang vindt. Ga maar na: we hebben zichtbare resultaten. We dragen bij aan een leefbare en veilige samenleving en buurtbemiddeling werkt effectief. Bovendien werkt buurtbemiddeling instellingen- overstijgend. Wij besteden daar veel aandacht aan, die samenwerking met partners. Met onze welzijnsinstelling Raster, met de woningcorporaties, de politie, de gemeente en de GGD hebben we uitstekende banden. We sturen burgers met klachten naar ze door, maar we krijgen ook doorverwijzingen van de politie en de corporaties.
‘Ik zeg: weg met die schotten tussen de instanties. Weg met langs elkaar heen werken. Werk aanvullend en biedt ondersteuning. Dat is mijn devies.’
Welke knelpunten zijn er in de methode?
‘De samenleving is in beweging. Burgers veranderen ook. Constant. Daarom schaven we onze methodiek voortdurend bij. Ik merk dat de attitude van sommige burgers de laatste tijd is veranderd. De moord op Fortuyn, de moord op Van Gogh, gezinnen die de buurt terroriseren, het zet de samenleving op scherp. Dat werkt door. Sommige mensen staan niet meer open voor een gesprek. Praten? Wat nou praten. Daar heb ik helemaal geen zin in. Ik doe lekker wat ik zelf wil, die instelling. De buurtbemiddelaars zullen dan dat ze hun gesprekstechnieken aan moeten passen om die barrière te doorbreken. Daarnaast hebben we gemerkt dat nazorg erg belangrijk is. Daarom bellen we niet alleen na een paar weken of de afspraken nog nageleefd worden, maar ook na een half jaar.’
Moet buurtbemiddeling een vaste voorziening worden?
‘Ja natuurlijk, eigenlijk zou elke stad buurtbemiddeling als voorziening moeten hebben. Als je nagaat, een grote stad als Nijmegen heeft geen bemiddeling. Dat kan toch niet. Conflicten zijn er altijd en overal. Buurtbemiddeling is een prachtig instrument. Ik ben de enige betaalde kracht voor de buurtbemiddeling in Deventer. Voor achttien uurtjes: het kost bijna niets en het levert heel wat op!’