Driekwart van de kinderen met psychische problemen komt via de huisarts bij
de jeugd-ggz terecht. Terwijl die instroom eigenlijk via de bureaus jeugdzorg
zou moeten gaan. ‘We moeten de jeugd-ggz duidelijk maken dat de diagnostiek van
de bureaus jeugdzorg een meerwaarde heeft ten opzicht van die van de
huisartsen,’ oppert Hans Lomans van de werkgeversvereniging voor bureaus
jeugdzorg.
Deskundigheid
Lomans is voorzitter van de branchecommissie van de bureaus jeugdzorg
van de MOgroep. Hij erkent dat de indicatiestelling door bjz kan verbeteren door
medewerkers op te leiden met meer ggz-deskundigheid. Dat is ook de kritiek die
de jeugd-ggz heeft op de indicatiestellingen van bjz. Volgens Hans Lomans wordt
al flink geïnvesteerd in opleiding van indicatiemedewerkers. ‘In 2007 kunnen we
de afspraken uit het protocol landelijk uitvoeren.’
Weinig vertrouwenHet protocol is een handleiding voor
betere afstemming en samenwerking tussen bjz en de jeugd-ggz. Het beschrijft
welke informatie het bjz moet verzamelen en geeft aan welke methoden gebruikt
moeten worden om de psychiatrische problemen vast te stellen. De samenwerking
tussen beide instanties laat veel te wensen over, constateren de inspecties
Jeugdzorg en Gezondheidszorg in een gezamenlijk rapport. In geen van de vijftien
onderzochte regio’s blijkt de samenwerking te voldoen aan de eisen van de Wet op
de jeugdzorg van 2005. Er is sprake van weinig onderling vertrouwen. De intake
van bjz is volgens de ggz te globaal en wordt door ggz-psychologen nog een keer
overgedaan. Dat alles leidt tot trage toeleiding en ontijdige behandeling van
het kind. Afstemming tussen het indicatiebesluit van bjz en het behandelplan van
de jeugd-ggz is onvoldoende. Het plan wordt niet getoetst en gegevens worden
niet systematisch uitgewisseld, aldus de inspecties.
CultuurverschilDe conclusies zijn voor bjz niet
verassend, volgens Hans Lomans. Er kan veel verbeteren aan de onderlinge
samenwerking, ‘Door met elkaar in gesprek te gaan, afspraken te maken en
focussen op wat je met elkaar gemeen hebt.’ Jeugd-ggz en bjz hebben een
verschillende cultuur. Dat komt, volgens Hans Loman voort uit de verschillende
beroepsniveaus: psychologen en pedagogen tegenover maatschappelijk werkers bij
bjz. Maar ook de verschillende financieringsstromen – awbz tegenover
provinciegeld – verdiepen de kloof. Lomans: ‘Er zijn twee regisseurs, de een kan
de ander tot niets verplichten.’
InstroomNiet alleen de financieringsstroom moet
samengevoegd worden, vindt Lomans, ook moet de instroom van kinderen met
psychische problemen via de huisarts, waarbij de jeugd-ggz de indicatiestelling
doet, overgaan naar bjz. ‘Driekwart van de kinderen in de jeugd-ggz komen nu via
de huisarts binnen. Als we zoveel meer kinderen gaan indiceren, heb je daar
mensen voor nodig en dat heeft ook financiële consequenties,’ aldus de
voorzitter van de branchecommissie van de MOgroep.
Lees ook:
target=_blank>Specialistische hulp kinderen blijft bij William Schrikker
Groep //24 APR 2006
Meer weten? Lees dan ook de
portal/zorgwelzijn.portal/enc/_nfpb/true/_pageLabel/tsge_page_nieuwsbrief/_desktopLabel/zorgwelzijn/index.html”>gratis
Zorg + Welzijn Nieuwsbrief . Daarvoor kunt u zich
portal/zorgwelzijn.portal/enc/_nfpb/true/_pageLabel/tsge_page_nieuwsbrief/_desktopLabel/zorgwelzijn/index.html”>hier
aanmelden .
target=_blank>Door hier te klikken leest u de laatste
editie.