Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Scheidend NZf-voorzitter Ton Krol wil beloningsmechanismes in plaats van straf: ‘Ondernemende zorgsector verdient meer vrijheid’

'Ondernemende zorgsector verdient meer vrijheid' 'Ik begrijp heel goed dat de NVZ een eigen CAO wil afsluiten, maar volgens mij is het een stap te ver. Nu gaat er een concurrentie tussen de sectoren ontstaan. Dat is een heilloze weg. De bonden zijn sterke onderhandelaars. Voor je het weet word je uitgespeeld. Dat gaat je geld kosten en dat is er niet. Ik wens de partijen veel wijsheid.' Na zeven jaar voorzitter geweest te zijn verlaat Ton Krol de Nederlandse Zorg Federatie (NZf). Een afscheidsinterview.

Het afgelopen jaar was Ton Krol veel in het nieuws.

Schijnbaar onvermoeibaar benadrukte hij dat Paars-I te weinig geld voor de

gezondheidszorg had uitgetrokken. Dit jaar moesten de CAO-onderhandelingen zowel

voor- als achteraf in Den Haag stevig bevochten worden. En nu is het genoeg

geweest, vindt Krol, die zijn carrière in de zorgsector ooit begon als

bewegingstherapeut. Vanaf volgend jaar wordt hij voorzitter van de International

Hospital Federation in Londen, waarbij wereldwijd zo’n zestigduizend

ziekenhuizen zijn aangesloten.

Met welke ambitie begon u aan het voorzitterschap van de

NZf?

‘Ik wilde bereiken dat de gezondheidszorg niet langer louter als

collectieve last en kostenpost gezien werd, maar tevens als een zaak van

maatschappelijk en economisch belang. Dat is me gelukt. Zelfs werkgevers, die

een groot deel van de ziektekostenpremies betalen, zien nu in dat de

gezondheidszorg veel meer is dan een kostenpost. Zij hebben er alle belang bij

dat de gezondheidszorg in ons land goed geregeld is. Ook de grote

werkgeversorganisatie VNO-NCW begreep dat en stond open voor een lidmaatschap

van de NZf. Vervolgens kregen we ook toegang tot de SER. Verder wilde ik laten

zien de zorg ondernemend, doelmatig en vernieuwend kan zijn.’

Wat waren voor u de hoogtepunten in dit

voorzitterschap?

‘De jaarlijkse cyclus van Gezondheidszorg in Tel en het Nationaal Debat

Gezondheidszorg, waar steeds meer partijen zich achter schaarden. Verder de

privatisering van vele overheidsinstellingen, een gigantische operatie, die

tamelijk geruisloos verlopen is. En we hadden de herziening van het

opleidingenstelsel, waar we zelf niet om gevraagd hadden. Maar ik heb het meest

beleefd aan de gevechten op het front van de arbeidsvoorwaarden. De

CAO-onderhandelingen heb ik niet gevoerd, ik trad op in de richting van de

overheid. Het was altijd spannend. Het heeft het beeld opgeleverd dat de

zorgsector telkens op de stoep stond om weer meer geld te vragen en dat verhoudt

zich absoluut niet met de ondernemersgeest in de sector. Maar in dit land zijn

de kaders die van bovenaf worden gesteld heilig.’

Waar kijkt u minder tevreden op terug?

‘Dat je zo moet knokken. Je kunt niet onderhandelen met zo weinig geld in

de portemonnee. De gezondheidszorg is het belangrijkste wat we hebben. Dat

Paars-I daar zo weinig geld voor over had, heb ik als zeer ontluisterend

ervaren. Een beetje druk op de ketel is goed, maar die 1,3% groei: dat kon niet!

En de politiek zei maar: regeerakkoord is regeerakkoord, terwijl dat gebaseerd

was op wishful thinking. Het kan als je maatregelen neemt die werken, maar als

je maatregelen niet werken, dan moet je ook niet vasthouden aan dat

regeerakoord. Maar goed, onder Paars-II is het perspectief beter.’

Wie de zorgsector in de media volgt, krijgt de indruk dat er

door de jaren heen maar weinig verandert. De sector wil meer geld, de overheid

houdt de boot af, de bonden klagen over werkdruk en de wachtlijsten groeien. Hoe

doorbreek je die vaste patronen?

‘In tegenstelling tot wat de kranten en de bladen brengen, verandert er wel

degelijk van alles. Er zijn tal van vernieuwende initiatieven. Er wordt hard

gewerkt aan deregulering, er is meer vertrouwen in de sector. Zaken als de

meerjarenafspraken en de deregulering komen niet uit de lucht vallen, maar zijn

voorgekookt. Een voorbeeld is het Waarborgfonds, waardoor instellingen tegen

lagere tarieven kunnen lenen – de winst mogen ze houden. Dergelijke

veranderingen komen mede uit mijn koker.’

Jarenlang heeft de sector geroepen dat het zorgbudget jaarlijks

2,4% moet groeien. Maar nu dat toegezegd is, beweren de koepels nog steeds dat

er niet genoeg geld is.

‘Dat komt omdat de regeringspartijen gerekend hebben met een schone lei.

Maar er is veel oud zeer opgebouwd. Het wegwerken van de huidige wachtlijsten is

niet ingecalculeerd. Je kunt zo uitrekenen hoeveel het kost om duizenden mensen

op de wachtlijsten weg te werken. Dat red je niet met de bestaande

middelen.’

U heeft gezegd dat u Melkert als minister van Volksgezondheid

prefereerde boven Borst.

‘Dat was in maart. Er wordt in het kabinet hard gevochten en ik vond dat er

meer financieel-economisch geweld tegenaan moest. Ik bedoelde niet per se

Melkert zelf, maar zo’n type: iemand die met de vuist op tafel kan slaan. Maar

met de resultaten van Borst ben ik zeer tevreden en ik ben blij dat zij een

zakelijk iemand naast zich heeft gekregen. Borst en Vliegenthart samen vormen

een sterk team.’

Wat zou u doen als u minister van Volksgezondheid

was?

‘Ik zou de regelgeving opschonen. Veel meer vrijheid geven binnen bepaalde

kaders. Dan maar verschillen tussen instellingen, als ze zich maar goed

verantwoorden. Ik ben vóór transparantie, maar op dit moment moeten instellingen

voor elke regeling een apart accountantsverslag maken. Het is onzinnig. Ik zou

meer beloningsmechanismen willen in plaats van afstraffingmechanismen. Nu is de

methode: je krijgt geen extra geld meer als je de wachtlijsten niet wegwerkt.

Het zou moeten zijn: je krijgt extra geld als je de wachtlijsten weggewerkt

hebt. Er is onderzoek gedaan naar de besteding van de 50 miljoen voor het

wegwerken van de wachtlijsten in de curatieve sector en daar zie je dat dat geld

het beste besteed is waar de organisatie fundamenteel verbeterd is. Alleen maar

geld steken in het wegwerken van wachtlijsten helpt niet structureel. Belonen

wel. We hebben een tijdje de 2% regeling voor zorgvernieuwing gehad.

Instellingen kregen geld voor zorg-op-maat- maatregelen. Dat gaf een enorme

dynamiek. Maar nu dat geld weer deel uitmaakt van de reguliere gelden, ontbreekt

de stimulerende prikkel.’

Waar gaat het naar toe met de NZf nu de NVZ apart een CAO gaat

afsluiten?

‘Allereerst: de NVZ stapt niet uit de NZf. Maar met het alleen optreden

wijkt de NVZ wel af van wat ze zelf hadden afgesproken. Wat mij betreft is het

een stap te ver. Want hoe ga je nu verder? Ik ben bang dat er, als je de

gezamenlijkheid weggooit, een concurrentie tussen de sectoren gaat komen. Dat is

een heilloze weg. Dat gaat je geld kosten en dat is er niet. De bonden zijn

sterke onderhandelaars, ze zijn meer geprofessionaliseerd dan de zorgsector.

Voor ons is de CAO slechts een van de vele aandachtspunten. Voor je het weet

word je uitgespeeld. Dit jaar zag je het al. De eerste CAO, met de academische

ziekenhuizen, werd afgesloten met 3,3% loonsverhoging, toen volgde de LVT met

3,4% en vervolgens de NZf met 3,6%. Dat brak de onderhandelingen bij de LVT weer

open toen werd het daar ook 3,6%. Naarmate de maand vorderde, stegen de CAO’s.

Ik vind dat de werkgevers in de zorg daar gezamenlijk tegen moeten optreden. Ik

wens de partijen veel wijsheid.’

Onlangs pleitte u voor meer mogelijkheden in het derde

compartiment om zo de zorgkloof op te heffen. Hoe ziet u dat voor de

care-sector?

‘Voor de gehandicaptenzorg zie ik niet veel mogelijkheden, maar wel voor de

ouderenzorg. Daar zit steeds meer geld. Er ontstaat een heel privé-circuit,

mensen met geld kopen wat ze nodig hebben. Waarom zou je daar geen gebruik van

maken? Waarom ontwikkel je niet een goed basispakket waar iedereen recht op

heeft, en waar je dan extra zorg bij kunt kopen? Bijvoorbeeld standaard een

tweepersoonskamer en een x-aantal uren zorg. Wil je op een eenpersoonskamer of

meer uren zorg, dan moet je daarvoor bijbetalen. Laat dat in het stelsel

ontstaan, dan blijft het geld in de sector.’/Lucie Th.

Vermij

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.