Dat heeft Rouvoet dinsdag in de Tweede Kamer gezegd in reactie op vragen van Ineke Dezentjé van de VVD. Ook zei de ChristenUnie-bewindsman dat huisartsen vaker een forensisch arts kunnen inschakelen als ze twijfelen of er sprake is van kindermishandeling.
Opheldering
Het VVD-Kamerlid had Rouvoet om opheldering gevraagd na uitspraken van Rob Bilo, forensisch arts bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI), zaterdag in het radioprogramma Argos dat de diagnose bij kindermishandeling vaak fout is.
Meer nieuws in uw inbox? Klik hier voor de gratis Zorg + Welzijn Nieuwsbrief. Voor meer achtergronden en opinies, neem hier een abonnement op Zorg + Welzijn Magazine.
Bron: ANP
Binnen de opleiding Social Work van de Hogeschool Zuyd is signalering van kindermishandeling en huiselijk geweld al jaren opgenomen in het curriculum. De praktijk leert dat hulpverleners vaak meer oog hebben voor zowel fysieke als ook niet-fysieke vormen van kindermishandeling dan artsen. Niet-medici mogen echter geen lichamelijk onderzoek doen en dat kan het wel eens lastig maken.
Huis-, school-, en jeugdartsen zijn in mijn ervaring overigens juist die groepen artsen die voor kindermishandeling al redelijk wat oog en oor hebben. Het is daarom belangrijk om ook medisch specialisten (denk bijvoorbeeld aan internisten en dermatologen) in hun opleiding al alert te maken op kindermishandeling en verwaarlozing.
Het is een heel goede zaak om dit contact met deze beroepsgroepen op te nemen.
Ik zou wel willen pleiten vanuit mijn ervaring met de opleiding tot verpleegkundige en in het bijzonder de GGZ verpleegkundige of tewel prsychiatrisch verpleegkundige om dit ook zeker met de beroepsvereniging van de verpleegkundigen te doen.
De contacten met de MBO en HBO raad voor deze beroepsgroep wat betreft het opleiden voor de praktijk zelf moeten zeker gelegd worden.
Verpleegkundigen ook in de AGZ hebben veel met dit probleem te maken.
Het is een heel goede zaak om dit contact met deze beroepsgroepen op te nemen.
Ik zou wel willen pleiten vanuit mijn ervaring met de opleiding tot verpleegkundige en in het bijzonder de GGZ verpleegkundige of tewel prsychiatrisch verpleegkundige om dit ook zeker met de beroepsvereniging van de verpleegkundigen te doen.
De contacten met de MBO en HBO raad voor deze beroepsgroep wat betreft het opleiden voor de praktijk zelf moeten zeker gelegd worden.
Verpleegkundigen ook in de AGZ hebben veel met dit probleem te maken.