De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) maakt
gemeenten vanaf 1 januari 2007 verantwoordelijk voor deelname van hun inwoners
aan de samenleving. Elke gemeente mag zelf bepalen hoe ze die maatschappelijke
ondersteuning van burgers organiseert.
De gemeente is in ieder geval verplicht om haar inwoners en georganiseerde
groepen te betrekken bij het opstellen van het nieuwe beleid en hen de kans te
bieden mee te denken en te adviseren. Dat gebeurt momenteel nog veel te weinig,
zo blijkt uit een onderzoek dat het Verwey-Jonker Instituut op 25 april
presenteerde.
Slechts een kwartIn slechts een kwart van de gemeenten
worden cliënten bij de beleidsvorming betrokken. Dan gaat het meestal om de meer
voor de hand liggende doelgroepen als gehandicapten en ouderen. Mensen met een
psychische handicap en mantelzorgers worden maar door weinig gemeenten om hun
mening gevraagd en dak- en thuislozen al helemaal niet.
Uit het onderzoek blijkt ook dat cliënten en gemeenteambtenaren nogal
verschillend tegen de inbreng van de cliënt aankijken. De cliënt zelf is in het
algemeen vrij positief, terwijl de gemeenteambtenaren juist negatief zijn over
de resultaten. Gemeenten beperken zich vaak tot het informeren van cliënten. Dat
ze ook van hen zouden kunnen leren, wil er nog niet echt in.
Als cliënten al om advies wordt gevraagd, dan gebeurt dat veelal op basis
van ervaringsdeskundigheid en concrete zaken waarmee individuele cliënten te
maken hebben. Van meer integrale beleidsadvisering is geen sprake.
Stimuleringsprogramma De presentatie van het onderzoek vormt tevens
het startschot voor het stimuleringsprogramma ‘Lokale cliëntenparticipatie in
het kader van de Wmo’, dat de komende drie jaar wordt uitgevoerd en gefinancierd door
het ministerie van VWS. Het ministerie wil hiermee
de lokale patiënten- en cliëntenorganisaties in staat stellen een inbreng te krijgen bij
het lokale Wmo-beleid. Regionale Patiënten Consumenten Platforms (RPCP’s)
gaan daarom belangenbehartigers ondersteunen en trainen om op te komen voor
de participatie in de Wmo.
Lange weg ‘Er is nog een lange weg te gaan’, zegt
Piet Kuhlmann van Lorep, de brancheorganisatie van de regionale patiënten-
en consumentenplatforms. ‘In een aantal gemeenten zijn al vormen
van medezeggenschap, zoals seniorenraden en inspraak rondom de Wet
voorzieningen gehandicapten. Dat moet nog verbreed worden naar andere doelgroepen
zoals ggz-cliënten, mantelzorgers, allochtonen. Maar er zijn ook nog veel
gemeenten waar helemaal geen sprake is van participatie. Daar moet nog eerst
worden uitgelegd wat de Wmo is en hoe die doelgroepen daarbij betrokken kunnen
worden.’
Links: Lorep
href=”http://lorep.sebastianwebprojecten.nl:80/index.php?p=67&i=1&src=home&PHPSESSID=87cebd08d140b1c709a65d2e546fb62c”
target=_blank>‘Startconferentie stimuleringsprogramma lokale
cliëntenparticipatie Wmo’ en Verwey-Jonker Instituut,
href=”http://www.verwey-jonker.nl:80/publicaties/con_pub.asp?K=13&P=595&ar=True&T=III%20Maatschappelijke%20partic”>Adviseren
over maatschappelijke ondersteuning. Cliëntenparticipatie bij gemeenten