Hoe wordt het vak van sociaal werker uitgehold?
‘Heel veel sociaal werkers plakken nu vooral pleisters maar zorgen niet voor fundamentele veranderingen. Kijk, als je in een wijk woont waar allerlei problemen spelen, hulpverleners komen en gaan maar jouw familie zit generatie op generatie nog steeds in dezelfde situatie, dan doet dat wat met je. Dan krijg je ook minder vertrouwen in die sociaal werkers, in de overheid. Dit zorgt ervoor dat mensen afhaken, zich afkeren. Je ziet fatalisme maar ook normloosheid ontstaan. Mensen gaan zich afzetten en eigen codes ontwikkelen die niet meer te rijmen zijn met de normen en waarden van de dominante samenleving.’
Dat is ernstig. Wat kunnen sociaal werkers doen?
‘Ik denk dat sociaal werkers zich allereerst bewust moeten zijn van hun maatschappelijke positie en verantwoordelijkheden. Het gaat verder dan alleen maar individuele hulpverlening en methodische gesprekken voeren. Ik kom veel sociaal werkers tegen die geen flauw benul hebben dat ze ook een signalerende rol op macroniveau hebben. Als je merkt dat een groot percentage van mensen in jouw werk met een licht verstandelijke beperking niet mee kan draaien op de arbeidsmarkt, terwijl ze dat wel willen, dan heb je als sociaal werker de verantwoordelijkheid om dat probleem aan te kaarten. Het maakt me echt verdrietig dat heel veel sociaal werkers zich niet bewust zijn van deze verantwoordelijkheid.’
De sociaal werker is de positie om problemen aan te kaarten kwijtgeraakt?
‘Ja, en sinds de decentralisatie constateer ik dat we onze positie nog verder zijn kwijtgeraakt. Organisaties hangen nu zo sterk aan het subsidie-infuus dat ze soms eieren voor hun geld kiezen en liever hun mond houden over bepaalde, politiekgevoellige problemen. Sociaal werkers moeten veel vaker van zich laten horen. We zijn geen verlengstuk van de staat. We doen dit werk op basis van menselijkheid, we zijn de smeerolie van de samenleving en zijn elke dag keihard aan het werk om iedereen erbij te houden. Dat is de essentie, gebaseerd op de rechten van de mens. We zijn géén poortwachters om te voorkomen dat mensen in de Wet langdurige zorg (WIz) terechtkomen, of bij de specialistische jeugdzorg.’
Toch zien burgers hulpverleners wel vaak als een vertegenwoordiger van die overheid?
‘Absoluut en daar zijn we dus zelf debet aan, omdat we daarin meegaan. Ik weet zelf hoe complex het is, ik ben zelf directeur bij Stichting Meion en ik weet hoe complex het is. Medewerkers zijn afhankelijk, zij moeten ook hun hypotheek betalen. Maar als we zo blijven doorgaan, dan doen we onze positie in de uitverkoop.
‘We zijn geen activiteitenboeren, houd ik mijn studenten vaak voor. Sociaal werkers hebben niet voor niets vier jaar hoger onderwijs achter de rug. Ze worden geschoold in het toepassen van de wetenschap. In het werk komen sociologie, psychologie, criminologie en antropologie samen. Prachtig en complex werk. Wat ik allemaal meemaakte toen ik nog in de jeugdzorg werkte en bij gezinnen kwam die onder toezicht stonden. Wij kijken achter de voordeur, zien de gevolgen van beleid in de praktijk en die kennis moeten we delen, de problemen moeten we agenderen. We worden niet opgeleid om de agenda van de staat uit te voeren.’
Wat kan een sociaal werker die zich in dit verhaal herkent, morgen anders doen?
‘Je kunt beginnen met signaleren, als sociaal werker moet je het grote verhaal in het kleine kunnen zie en het kleine verhaal in het groot. Je zorgt voor een goed onderbouwd en gedocumenteerd verhaal en vervolgens ga je intern agenderen. Met collega’s bespreken, met de directeur, met de gemeente. Schrijf een stuk op LinkedIn, haal de lokale media erbij. Er zijn echt veel mogelijkheden.
‘Het is daarbij heel belangrijk dat organisaties medewerkers steunen als ze misstanden of knelpunten signaleren in plaats van hen het zwijgen op te leggen uit angst voor de consequenties. Dit vraagt om een duidelijke visie en leiderschap, waarbij sociaal werkers worden gezien als professionals met een belangrijke maatschappelijke rol, en niet alleen als uitvoerders van beleid die bezig zijn het halen van targets en KPI’s.’
‘Ik was zwaar teleurgesteld tijdens de coronapandemie. Overal zag ik biomedische professionals aanschuiven maar aandacht voor het enorme psychosociaal leed was er nauwelijks. De stem van de sociaal werker ontbrak en zo bleef het sociale aspect van het leven bleef haast volledig onderbelicht, terwijl we nu heel goed weten hoe groot die schade is. We zijn een stille sector geworden. Ik vind ook dat onze beroepsorganisaties veel meer van zich moeten laten horen. Zij moeten blijven opkomen voor ons vak.
Dit vraagt ook wat van de overheid?
‘De overheid moet meer doen om de rol van sociaal werkers te erkennen en te ondersteunen. Bestuurders en ambtenaren moeten zich bewust zijn van het belang van de input van sociaal werkers. Dat zijn de voelsprieten in de wijk. Het zou niet zo moeten zijn dat sociaal werkers bang zijn om zich uit te spreken. De overheid moet actief luisteren naar wat sociaal werkers uit de praktijk te zeggen hebben, en deze input serieus nemen. Dat is echt cruciaal om de kloof tussen beleid en praktijk te dichten en om het vertrouwen van burgers terug te winnen.’
Geachte heer,
Zou u aub svp met mij in contact willen treden, want ik wil wat melden qua grote hersteloperaties in zorg en sociaal domein. 0618850249