Sociaal werkers zijn het meest te spreken over de inhoud van hun werk en de afwisseling in het werk. Een overgrote meerderheid van de ondervraagde sociaal werkers heeft erg veel zin in het werk. Dat blijkt uit de werknemer enquête van het CBS waarin werd gevraagd naar werkplezier, maar ook naar werkdruk, invloed op het werk en beloning. Opvallend: vooral de combinatie van werk en privé pakt voor ruim 80 tot 89 (welzijn breed) procent van de sociaal werkers goed uit.
Goed nieuws
Het beeld is de afgelopen jaren niet veel veranderd, tekent het CBS aan bij de onderzoeksresultaten. De tevredenheidscijfers van werknemers in het sociaal domein zijn wel met enkele procenten omhoog gegaan in 2022. Neemt niet weg dat de tevredenheid met het sociaal werk al enkele jaren rond de 77 tot 80 procent zit, hoewel het in 2021 iets is afgenomen, waarschijnlijk door corona. Goed nieuws dus voor sociaal werkers: ze vinden hun werk leuk, ze zijn enthousiast, hebben veel invloed op de inhoud van het werk en kunnen ook werk en privé (mantelzorg) redelijk goed combineren.
Keerzijde
Er zijn natuurlijk ook keerzijden aan alle positieve vibes in het welzijnswerk. Toch nog 19% van de sociaal werkers zegt opgebrand te raken in het werk. 35% van de werkers in het sociaal domein vindt het werk emotioneel zwaar. Toch zegt 88% (!) dat ze hun werk zinvol en afwisselend vinden. 60% van de werkers krijgt zelf veel energie van zijn of haar werk.
Mensenwerk
Het CBS noteert dat het bij zorg- en welzijnsberoepen gaat om cliëntgebonden functies. Dat kan emotioneel zwaar zijn, maar juist dit “mensenwerk” is kennelijk ook heel bevredigend. Wat opvalt is dat de band tussen werknemers en de organisaties waar ze werken vrij hecht is. Rond de 80% van de werkers in het sociaal domein zegt loyaal te zijn aan de organisatie waar ze werken. 75 procent – 3 van de 4 medewerkers – zegt bereid te zijn tot extra inspanningen in het werk.
Kantoorbanen
Het CBS vergelijkt de cliëntgebonden (zorg- + welzijn beroepen) en niet-cliëntgebonden (kantoor- en technische banen) beroepen: Werknemers in cliëntgebonden beroepen waren eind 2022 minder vaak tevreden over het werk dan werkers in een niet-cliëntgebonden beroep (75 tegen 79 procent), De eersten gaven wel vaker aan dat ze inhoudelijk leuk werk hebben (91 tegen 87 procent). Ze waren ook vaker enthousiast over hun baan (78 tegen 76 procent).
Op zoek naar ander werk?
En verder ook nog even een heilig huisje omver gooien: werkers in zorg en welzijn zijn niet vaker op zoek naar ander werk, volgens het CBS. In de bedrijfstak zorg en welzijn werken circa 1,4 miljoen werknemers. Zij zijn gemiddeld 10 jaar bij hun huidige werkgever in dienst. Ruim 81 procent gaf in 2022 aan niet actief op zoek te zijn naar ander werk. Bijna twee derde (64 procent) gaf aan niet meer of minder uren te willen werken.
Werknemers in bedrijfseconomische en administratieve beroepen werken gemiddeld het langst bij hun huidige werkgever (12 jaar). Ze zijn – net als degenen in dienstverlenende beroepen – het minst vaak op zoek naar een andere baan: respectievelijk 85 en 86 procent.