Kanovaren, dansen, fitness, voetbal… Waar het sportaanbod voor mensen met een verstandelijke handicap in het verleden zeer beperkt was, is er nu volop keus. Uit cijfers van de Nederlandse bond voor aangepast sporten (NebasNsg) blijkt dat zo’n dertigduizend mensen met een beperking of chronische aandoening sporten. Naast de vermaatschappelijking van wonen en werken komt ook bij het sporten steeds meer de nadruk te liggen op emancipatie en integratie. De sportbond werkt onder meer samen met NOC*NSF om integratie van sporters met een beperking te bevorderen.
Bij sport- en recreatiestichting Samen Onderweg in het Friese Heerenveen en Sneek wordt sport juist niet ingezet als middel om te integreren. De sportstichting voor mensen met een verstandelijke beperking heeft 425 gehandicapte leden. ‘Sport moet vooral leuk zijn,’ zegt coördinator en administratief medewerker Berber van der Krieke. ‘We maken wel gebruik van dezelfde ruimtes als de reguliere sporters, en af en toe zijn er wel eens activiteiten waar gemengd gesport wordt. Maar plezier en op je eigen niveau kunnen sporten is het belangrijkst.’
Daarnaast is gebleken dat sportbeoefening de bewegingsvrijheid en het zelfbewustzijn van de gehandicapte leden vergroot. Van der Krieke bemant al twintig jaar het kantoor van de stichting, die volgend jaar haar dertigjarig bestaan viert. In die jaren heeft ze veel zien veranderen. ‘Zowel de deelnemers als de vrijwilligers zijn anders geworden. Gehandicapten leren door de verandering van wonen en dagbesteding zelf keuzes te maken. Dat maakt ze assertiever. Ook de vrijwilligers hebben geleerd minder voor de deelnemer in te vullen. Ze dachten vroeger nog wel eens automatisch te weten wat de deelnemers willen en leuk vinden. Nu laten ze de gehandicapten zelf aangeven wat ze wel of niet willen. De doelgroep is niet zielig, maar geweldig om mee te werken. Medelijden hebben moet dan ook geen reden zijn om vrijwilliger te worden.’
Het sporten voor en met verstandelijk gehandicapten is volgens Berber van der Krieke elke keer weer een feest. ‘De deelnemers en de 150 vrijwilligers hebben zoveel lol. En je ziet de sporters langzaam veranderen. Eerst kijken ze heel erg de kat uit de boom. Maar na een tijdje worden ze losser en gaan ze echt genieten van de sport en de groep. Bovendien zie je ze zelfstandiger en vrijer worden.’ Samen Onderweg vindt het teleurstellend dat judo dit jaar niet door kon gaan. ‘We hebben geen trainer kunnen vinden die voor langere tijd les kon geven. Erg jammer, omdat judo een mooie contactsport is. Voor een aantal deelnemers was dit een goede manier om wat lijfelijker te worden. Gelukkig hebben we ook nog dansen in het pakket zitten, wat ook een goede confrontatiesport is.’
Vrijwilligers geven les in de meeste sporten. Doordat alleen materiaal, onderhoud en zaalhuur bekostigd hoeft te worden, kan de contributie laag blijven. Die bedraagt maximaal 77 euro. Alleen paardrijdlessen en fitness wordt door betaalde krachten gegeven. Het grootste deel van de vrijwilligers bestaat uit niet-familieleden. ‘Via via komen we altijd weer aan genoeg mensen. De vrijwilligers zijn mensen die zowel een passie hebben voor de sport als graag met verstandelijk gehandicapten willen werken. Een nieuwe vrijwilliger draait eerst een tijdje voor proef mee. Want het moet natuurlijk van beide kanten klikken. Meestal zie je na één keer al of het goed gaat of niet. Ze leren in de praktijk met de doelgroep om te gaan. De deelnemers zijn heel direct, daar moet je mee om kunnen gaan. Maar zo weet je tenminste meteen waar je aan toe bent.’ De verstandelijk gehandicapte deelnemers krijgen ook een paar weken de tijd om te kijken of ze de gekozen sport daadwerkelijk leuk vinden. Zwemmen is van oudsher al het populairst, maar daarnaast doen fitness, voetbal en bowlen het ook erg goed. Bij Samen Onderweg kunnen de deelnemers kiezen uit elf sporten. ‘Gehandicapten moeten toch ook uit een groot aanbod hun keus kunnen maken? Want als ze iets niet leuk vinden, dan laten ze dat weten ook.’