Wijkverpleegkundigen gaan de zorg voor cliënten thuis organiseren en zullen zelf de indicatie vaststellen per 1 januari 2015. Daar zijn hbo-bachelor of -master opgeleide verpleegkundigen voor nodig. Maar daar zijn er te weinig van. Om dit tekort op te vangen, hebben brancheorganisaties ActiZ en BTN en beroepsvereniging V&VN een overgangsperiode tot 2017 afgesproken, waarin ook mbo-verpleegkundigen mogen indiceren wanneer zij bezig zijn met een hbo-opleiding.

Maatregelen

In een document: “Toewerken naar voldoende gekwalificeerde verpleegkundigen in de wijkverpleging” leggen de organisaties vast welke maatregelen worden genomen om iets te doen aan het tekort. Mbo-verpleegkundigen mogen alleen indiceren als ze gestart zijn met een opleiding hbo Verpleegkunde. Verder moeten zij ‘expert zijn in de wijk en minimaal 24 uur per week werken’.

De wijkverpleegkundige moet straks indiceren, coachen, samenwerken en preventieplannen opstellen in de wijk. Maar daar is de afgestudeerde, jonge wijkverpleegkundige nog onvoldoende op voorbereid. Zo blijkt uit onderzoek >>

Normenkader

Afgelopen zomer heeft beroepsorganisatie V&VN het “Normenkader voor het indiceren en organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving” vastgesteld. Dat zijn de eisen waaraan de nieuwe wijkverpleegkundige moet voldoen. Uit onderzoek van brancheorganisaties ActiZ en BTN blijkt dat ruim 75 procent van alle verpleegkundigen mbo opgeleid zijn. Ongeveer 20 procent van de zorgorganisaties heeft geen hbo-opgeleide verpleegkundigen in dienst. Een doorrekening laat zien dat er in 2015 ruim 2300 hbo-verpleegkundigen extra nodig zijn. Dat cijfer zal verder oplopen in de komende jaren.

Beroepsorganisatie Verplegenden en Verzorgenden Nederland (V&VN) heeft de normen voor indicatiestelling opgesteld. Lees hier hoe de wijkverpleegkundige straks indiceert >>

Opleidingen

De partijen hebben afgesproken om voor mbo-verpleegkundigen verkorte hbo-v opleidingen te stimuleren. Ook moeten hbo-verpleegkundigen worden bijgeschoold om zich voldoende te kwalificeren voor indicatie en de autonome rol die de wijkverpleegkundige speelt in in de wijk. Er wordt gewerkt aan mogelijkheden voor zij-instromers en stageplaatsen. Volgens ActiZ kunnen zorgaanbieders met deze maatregelen ‘een gedeelte van het tekort aan hoger gekwalificeerde wijkverpleegkundigen opvangen. Het is nu van groot belang dat het ministerie van VWS en de zorgverzekeraars deze afspraken overnemen, zodat er vanaf  2015 voldoende mensen zijn om de indicatiestelling uit te voeren.’